Bijdrage Carla Dik-Faber aan het dertigledendebat over het sluiten van verzorgingshuizen

donderdag 12 juni 2014

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carla Dik-Faber als lid van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport aan een dertigledendebat met staatssecretaris van Rijn van Volksgezondheid, Welzijn en Sport   

Onderwerp:   Dertigledendebat over het sluiten van verzorgingshuizen

Kamerstuk:    30 597

Datum:            12 juni 2014

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Voorzitter. Het is ingrijpend als verzorgingshuizen sluiten. Ingrijpend voor de bewoners die in de overgangsperiode in halflege huizen wonen en vaak op hoge leeftijd moeten verhuizen, maar ook ingrijpend vanwege het wegvallen van de sociale structuur rondom de verzorgingshuizen. Het is dan ook niet gek dat er veel onrust is bij mensen over de sluiting van die verzorgingstehuizen. Het is goed dat wij daar vanavond het debat over voeren.

Dat verzorgingshuizen sluiten, is soms onvermijdelijk. We zien ook een ontwikkeling in de samenleving dat ouderen langer thuis willen wonen en verzorgd willen worden. Het beleid sluit daarop aan en de ChristenUnie steunt dat. Maar het moet wel op een verantwoorde manier gebeuren.

Ik ben blij met het recente rapport van de NZa over het aantal beschikbare plekken voor cruciale zorg. Dit rapport bevestigt de stelling dat degene die een plek nodig heeft, daar straks ook op kan rekenen. Ik besef echter dat dit algemene cijfers zijn die gaan over de intensievere zorgvraag in de ouderenzorg. De cijfers nemen de onrust niet weg en ook niet de problemen van mensen die te maken krijgen met de sluiting van een huis. Bij het sluiten van locaties moet de afbouw voor de bewoners goed worden geregeld. Dat ligt in de eerste plaats op de weg van de zorginstelling zelf. Helaas zien we dat het nogal eens misgaat. Daarom vind ik het goed dat de staatssecretaris zijn verantwoordelijkheid neemt en sluitingen wil voorkomen door zorgkantoren en zorginstellingen met elkaar te verbinden en onvermijdelijke verhuizingen goed te begeleiden. Kan de staatssecretaris dit verder toelichten? Ik heb hierover gelezen in zijn brief en ik wil graag een nadere toelichting. Wat gaan de mensen die nu in onzekerheid zitten hiervan merken?

De doorlooptijd van bestemmingsplan- en bouwplanprocedures is niet echt behulpzaam om adequaat in te springen op de zorgbehoefte in onze samenleving. Hoe voorkomen we dat er nu plekken verdwijnen die over tien jaar weer hard nodig zijn? Mensen zullen langer thuis wonen, maar waarschijnlijk gaan we daarmee niet de vergrijzing verslaan. Heeft de staatssecretaris goed zicht op belemmerende wetgeving als verouderd vastgoed wordt gemoderniseerd en aangepast aan de eisen van deze tijd?

Ik zie ook mooie, nieuwe initiatieven. Op verschillende plekken in het land nemen de mensen het heft in eigen hand, bijvoorbeeld in het dorp Warffum, waar vorige zomer het enige verzorgingshuis zijn deuren moest sluiten. Met het initiatief GoudOud Warffum hebben de dorpsbewoners een vrijwilligersnetwerk opgezet om mensen langer in het dorp te kunnen laten wonen. Het loopt goed. De initiatiefnemers zoeken ook naar mogelijkheden om een eigen zorghofje op te zetten, zodat mensen die echt niet meer thuis kunnen wonen, toch in het dorp kunnen blijven. Juist het realiseren van alternatieve kleinschalige woonvormen, zoals het zorghofje, blijkt heel erg moeilijk. De lokale woningbouwcorporatie durft het niet aan om te gaan bouwen in een krimpgebied, en de eigenaar van het oude verzorgingshuis wil de hoofdprijs voor de grond waar het hofje moet verrijzen. Ik denk dat we het allemaal frustrerend vinden dat een geweldig initiatief van bewoners om de zorg dichtbij en op maat te organiseren, op deze manier niet of moeilijk van de grond komt. Heeft de staatssecretaris helder voor ogen welke initiatieven er op dit gebied allemaal bestaan en weet hij tegen welke uitdagingen de initiatiefnemers aanlopen, zoals belemmeringen in wet- en regelgeving? Waar kunnen zij terecht als zij door landelijke regelgeving gehinderd worden? De ChristenUnie houdt een pleidooi voor een loket om mensen te ondersteunen.

Mevrouw Agema (PVV):
Voor de gemeenteraadsverkiezingen zocht mevrouw Dik-Faber de publiciteit met het bericht "stop sluiten verzorgingshuizen". Dat vond ik heel interessant, want de ChristenUnie heeft met het ondertekenen van het Kunduzakkoord de beslissing tot sluiting genomen. Betekent dit dat de ChristenUnie het beleid niet langer steunt?

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Ik zie in de samenleving de tendens dat mensen langer thuis wonen. In de jaren tachtig woonde 80% van de 80-plussers in een verzorgingshuis, nu nauwelijks 20%. Ik denk dat het beleid waar de ChristenUnie voor staat, naadloos aansluit bij die ontwikkeling. Ook andere sprekers hebben al gewezen op die ontwikkeling en ik kan deze van harte ondersteunen.

Bij het sluiten van verzorgingshuizen staan wij natuurlijk niet te juichen. Met die opmerking ben ik mijn bijdrage begonnen. Het is pijnlijk voor de mensen die het aangaat en slecht voor de sociale structuur in dorpen en wijken. Natuurlijk willen wij alles op alles zetten om sluiting te voorkomen. Daar hebben wij voorstellen voor gedaan. Er zijn ook maatregelen genomen en er is extra geld beschikbaar gesteld om mensen die echt een plek in een instelling nodig hebben, te huisvesten. Ik denk dat er al met al een pakket ligt waardoor mensen die een plek nodig hebben in een verzorgingshuis of in een andere instelling, zo'n plek kunnen krijgen. Ik kan niet garanderen dat er nooit meer een instelling zal sluiten, maar ik heb in de brief van de staatssecretaris gelezen dat hij met een soort teams gaat werken, om te kijken wat hij eraan kan doen om sluitingen te voorkomen. Veel sluitingen zijn het gevolg van misverstanden tussen de zorginstelling en het zorgkantoor. Daar zal hij op inzetten. Het is voor mij nog een heel abstract begrip hoe die teams gaan werken. Daar heb ik hem zojuist naar gevraagd en daar hoor ik graag een nadere toelichting op. Volgens mij kiezen wij met dit hele pakket het goede voor de samenleving.

Mevrouw Agema (PVV):
Ik kan er geen touw aan vastknopen. Op 24 april 2012 tekende de ChristenUnie het zogeheten Kunduzakkoord, het begrotingsakkoord 2013. Dat gebeurde vol trots, blij, gelukkig. Er waren lachende gezichten. In dat akkoord stonden de maatregelen extramuraliseren zzp 1, 2 en 3, het sluiten van de verzorgingshuizen, het stoppen van de financiering van 57.700 plekken. Het is de ChristenUnie zelf die er verantwoordelijk voor is dat die huizen sluiten, dat er gestopt wordt met de financiering van die plekken. Hoe kan de ChristenUnie hier dan opportunistisch zeggen dat zij ook zal strijden voor het openhouden van die huizen? Wees zoals D66. Die partij staat achter haar beleid. Of het CDA, of de VVD, of inmiddels de Partij van de Arbeid. Maar dit is toch onzuiver?

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
De ChristenUnie staat voor het beleid van de ChristenUnie. Dat houdt in dat wij beleid willen maken dat de samenleving ondersteunt. Wij zien in de samenleving dat steeds meer mensen langer thuis willen wonen. Het beleid dat we met elkaar hier vormgeven, sluit daar prima op aan. Een gevolg van dat beleid, maar ook van de ontwikkelingen in de samenleving, is dat er lege plekken komen in instellingen. Dit betekent dat er een moment kan komen dat een instelling de deuren zal sluiten. Dat is pijnlijk. Ik zie in het land voorbeelden hoe je kunt voorkomen dat instellingen sluiten, bijvoorbeeld door overleg met de gemeenteraad, door initiatieven vanuit de wijk. In dit debat wil ik de kansen en de mogelijkheden benadrukken om instellingen open te houden, ook als mensen langer thuis willen wonen, door ze een nieuwe functie te geven et cetera. In mijn inbreng heb ik daarbij stilgestaan. Ik vind het jammer dat de PVV-fractie alleen de negatieve kanten van dit debat benadrukt en geen enkel oog heeft voor de ontwikkelingen in de samenleving. Zij wil geen ruimte bieden en predikt alleen maar kommer en kwel, wat de grote ongerustheid helaas aanwakkert in de samenleving. Dat is onnodig.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug

Archief > 2014 > juni