Bijdrage Carola Schouten aan het plenaire debat VAO Prostitutie en mensenhandel.

dinsdag 29 november 2011

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carola Schouten aan het voortgezet algemeen overleg Prostitutie en mensenhandel.

Onderwerp:    VAO Prostitutie en mensenhandel (AO d.d. 16/11)

Kamerstuk:    28 638

Datum:             29 november 2011

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Voorzitter. Onze fractie heeft tijdens het algemeen overleg een actieplan aangeboden. Daarin staan een aantal punten waar wij nog een reactie van de minister op krijgen. Wij wachten die reactie af. Ik vraag de minister wel of wij die reactie wat eerder dan in maart kunnen krijgen, zoals hij in het algemeen overleg aangaf. Een reactie in maart vinden wij namelijk enigszins laat. Het zou heel fijn zijn als hij dat kan toezeggen.

Ik heb drie moties voorbereid en die dien ik graag in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er een wachtlijst is voor de opvang van slachtoffers van mensenhandel en loverboys;

overwegende dat de vraag met de aankomende verhoging van de minimumleeftijd van 18 naar 21 jaar eerder zal toenemen dan afnemen;

overwegende dat met de bestaande wachtlijst het risico bestaat dat deze slachtoffers ongewild weer in de prostitutie belanden, zelfs nadat zij zich bij de politie hebben gemeld;

verzoekt de regering, in kaart te brengen welke capaciteit minimaal nodig is om minderjarige en volwassen slachtoffers van loverboys en mensenhandel daadwerkelijk direct een veilige omgeving te kunnen bieden, hoe die capaciteit gerealiseerd kan worden, en de Kamer daarover zo spoedig mogelijk te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Schouten, Arib en Berndsen. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 63 (28638).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er verschillende lokale en nationale meldpunten zijn voor slachtoffers van loverboys en mensenhandel;

overwegende dat het bestrijden van mensenhandel een prioriteit is van de regering en dat een effectieve signalering en bestrijding van mensenhandel gebaat is bij een duidelijk meldpunt;

overwegende dat het na de inwerkingtreding van de Wet regulering prostitutie voor de GGD en de Kamer van Koophandel duidelijk moet zijn waar zij met meldingen van misstanden in de prostitutie en signalen van mensenhandel terechtkunnen;

verzoekt de regering, te komen tot een duidelijk meldpunt mensenhandel voor meldingen van misstanden in de prostitutie en signalen van mensenhandel, en de Kamer hierover in het voorjaar van 2012 te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Schouten. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 64 (28638).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Roemenië, Bulgarije en Hongarije nog altijd bronlanden van prostitutiegerelateerde mensenhandel zijn;

constaterende dat uit onderzoek naar de prostitutiebranche in Amsterdam blijkt dat de grootste groep prostituees die gedwongen in de prostitutie werkt, afkomstig is uit de Oost-Europese landen Hongarije, Roemenië en Bulgarije;

verzoekt de regering, zich actiever in te zetten voor slachtoffers van mensenhandel uit Roemenië, Bulgarije en Hongarije, bijvoorbeeld door in te zetten op het delen van expertise, ontwikkeling van preventieprogramma's en uitstapprogramma's en in te zetten op veilige begeleiding richting thuislanden, en de Kamer daarover te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Schouten. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 65 (28638).

Voor meer informatie zie ook www.tweedekamer.nl.


« Terug