Bijdrage Carla Dik-Faber aan de plenaire behandeling van de Begroting Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI)

woensdag 19 november 2014

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carla Dik-Faber als lid van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport aan de plenaire behandeling van de Begroting Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI)

Onderwerp:   Begroting Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI)

Kamerstuk:    34 000 – XVI

Datum:           19 november 2014

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Voorzitter. Ik kijk terug op een bewogen jaar. De Kamer heeft grote wetten behandeld. In de vele discussies die wij met elkaar hebben gevoerd, zijn we doorgedrongen tot de essentie van ons zorgstelsel. Zorg voor elkaar, solidariteit, nu en in de toekomst, en betaalbaarheid zijn de richtsnoeren waarmee de ChristenUnie dit debat gevoerd heeft. Er wordt op allerlei niveaus hard gewerkt aan de hervormingen. Op veel plekken gaat het ook gewoon goed. Toch is er nog veel onzekerheid en onduidelijkheid in het land. Daarin kan de informatiecampagne geen verandering brengen. De staatssecretaris kan dit wel. Daarom onderstreep ik vandaag het geven van duidelijkheid. Vrijwel dagelijks ontvang ik vanuit het land mails van bezorgde mensen, mensen die niet weten waar ze volgend jaar aan toe zijn. Hebben zij inmiddels een persoonlijke brief ontvangen, vraag ik de staatssecretaris.

Onlangs heb ik nog Kamervragen gesteld omdat uitkomsten van Kamerdebatten en afspraken met de staatssecretaris niet leken te zijn doorgedrongen tot de indicatiekantoren. Wat gaat de staatssecretaris daaraan doen? Is dit intussen opgelost?

Ik kom op de motie over het objectief verdeelmodel, excuses voor het jargon, die is aangenomen tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen. Wanneer wordt dat model aangepast? Is iedereen er voldoende van doordrongen dat het model wordt aangepast? Te vaak krijg ik signalen dat het objectief verdeelmodel het uitgangspunt is. Voor gemeenten als Urk en Staphorst is het op dit moment onmogelijk opereren doordat ze wel weten dat er een verandering aankomt maar niet precies weten wat er gaat veranderen.

Ook leg ik mijn zorgen over beschermd wonen bij de staatssecretaris neer. Over beschermd wonen is altijd heel duidelijk gezegd dat daarop niet zal worden gekort. Toch ondervindt een stad als Assen grote tekorten. Als de cijfers kloppen, gaat dit ten koste van zorg aan cliënten. Ook voor andere steden dreigen er problemen voor beschermd wonen. Ik wil daarop graag een reactie.

In het kader van de transitie noem ik ook dementie. Ik vraag mij sterk af in hoeverre er voldoende kennis is over het amendement dat experimenteerruimte regelt voor dementiezorg. Ik heb de indruk dat dit onvoldoende is. Bij Alzheimer Nederland zijn talloze verhalen bekend van cliënten die afscheid van hun casemanager moeten nemen. Dat kan toch niet de bedoeling zijn? Ik ontvang hierop graag een reactie.

Door de veranderingen in de zorg is de rol van vrijwilligersorganisaties alleen maar groter geworden. Deze week las ik een mooie quote die heel goed de essentie weergeeft. Mantelzorgers en vrijwilligers geven kleur aan het leven van een cliënt. Door alle veranderingen in de zorg wordt de hulp van vrijwilligers en mantelzorgers belangrijker. Dit gaat niet vanzelf. Landelijk werkende organisaties staan te popelen om te bouwen aan de ondersteuning van lokale netwerken van vrijwilligers. Zij zien daar veel kansen voor. Nu hebben zij echter nog onvoldoende slagkracht. Daarom heb ik eerder dit jaar bij de behandeling van de Wmo een motie ingediend die door de Kamer aangenomen is. Om hieraan een vervolg te geven, heb ik nu samen met de SGP een amendement ingediend en uiteraard hoop ik dat dit amendement op brede steun kan rekenen.

Bij het thema "ondersteuning" vraag ik in het bijzonder aandacht voor het Joods Maatschappelijk Werk. Dit biedt hulp aan joodse oorlogsgetroffenen en hun kinderen. De trieste actualiteit van vandaag zorgt ervoor dat de derde generatie van oorlogsslachtoffers steeds vaker een beroep doet op het Joods Maatschappelijk Werk. De subsidie wordt echter steeds lager. Daarom heb ik een amendement ingediend voor het toekomstbestendig maken van deze organisatie. Welke toekomst heeft de staatssecretaris voor ogen voor het Joods Maatschappelijk Werk? Volgens mijn fractie zou de organisatie uiteindelijk een plek moeten krijgen binnen de Wmo. Is de staatssecretaris het hiermee eens? Hoe gaat hij het Joods Maatschappelijk Werk ondersteunen om deze plek in te kunnen nemen? Voor de ChristenUnie zijn het deze kleine ondernemingen met een sterk profiel en hoge kwaliteit die kleur geven aan de zorg. Deze instellingen hebben het echter juist vaak lastig in de transitie of in de onderhandelingen met de zorgverzekeraars.

Dit brengt mij bij de zorgverzekeraars. Binnenkort is het weer mogelijk om de zorgpolis te veranderen. De eerste polistarieven zijn bekend. Verpleging en verzorging zijn in de Zorgverzekeringswet ondergebracht en wij hebben met elkaar voorzien dat de premies zouden stijgen. Is de stijging niet hoger dan op basis van de zorghervormingen verwacht werd? Op het loonstrookje dalen de AWBZ-premies weliswaar, maar zijn de mensen straks al met al toch niet duurder uit? Ik constateer ook dat het gat tussen natura en restitutie groter wordt. Je zou toch denken dat de grote winsten die zorgverzekeraars behalen, kunnen worden ingezet om de verschillen te verkleinen. Graag krijg ik hierop een reactie.

Recentelijk is er een motie aangenomen die de minister oproept om te zoeken naar wettelijke mogelijkheden om risicoselectie beter te voorkomen. Ik hoor graag de stand van zaken op dat punt.

Ook de ChristenUnie heeft gestreden voor een pgb in de Zorgverzekeringswet. Wil de minister een reactie geven op de berichten dat de tarieven ontoereikend zijn, dat de tarieven voor de intensieve kindzorg zelfs nog helemaal niet bekend zijn en dat het moeilijk overstappen is voor mensen met een pgb?

Dit is ook de tijd dat zorgorganisaties druk bezig zijn met het rondkrijgen van hun contracten met zorgverzekeraars. Kleine aanbieders, zoals fysiotherapeuten, worden gek van de grote hoeveelheid gegevens die ze moeten aanleveren. Vindt de minister dat er nu voldoende evenwicht is? Ik wil dat de minister onderzoek gaat doen naar de hoeveelheid informatie die zorgverzekeraars uitvragen. Naar mijn idee zouden zorgverzekeraars beter moeten beargumenteren waarom ze bepaalde informatie nodig hebben. Wil de minister dit onderzoek uitvoeren?

De huisartsen maken zich ook zorgen over de contractering. De eerste lijn mag groeien. Dat is een heel goede route. Hoe kun je echter groeien als zorgverzekeraars niet inkopen en beknibbelen op prijzen? Daarom is er een transparant inkoopbeleid nodig. Ook op dit punt krijg ik graag een reactie.

De minister had het plan om artsen in loondienst te laten werken, maar wij stellen vast dat dit plan mislukt is. De medisch specialist is liever zelfstandig. Mijn fractie vindt het zorgelijk dat vrij gevestigde medisch specialisten zich nauwelijks laten verleiden om in loondienst te werken. Welke vervolgstappen onderneemt de minister? Is het wellicht een idee om te focussen op artsen die nu klaar zijn met hun opleiding en het hun in ieder geval mogelijk te maken om in loondienst te werken?

Vorige week nog en ook al eerder heeft mijn fractie benadrukt dat prenatale screening vooral moet worden ingezet om in de baarmoeder te opereren of om ouders voor te bereiden op de komst van een gehandicapt kind. Gisteren hoorde ik het nieuws dat de minister gaat onderzoeken of ook in Nederland operaties van kinderen met spina bifida in de baarmoeder kunnen plaatsvinden. Dat is fantastisch nieuws! De ChristenUnie is blij hiermee en vindt net als de SGP dat de kosten hiervan vergoed moeten worden. Wij vragen de minister nogmaals om er bij de artsenorganisaties op aan te dringen dat zij ouders goed voorlichten over spina bifida, zeker nu de mogelijkheid van een vroege operatie er binnenkort ook in Nederland is.

Nu kom ik bij het onderwerp "preventie". Ik wil vandaag de aandacht van de minister voor voeding in de gezondheidszorg vragen. De gemiddelde ligduur van ondervoede patiënten in ziekenhuizen is 28% langer dan de gemiddelde ligduur van niet ondervoede patiënten. Van iedere euro die wordt gestoken in de behandeling van een ondervoed persoon, krijgt de maatschappij €1,90 tot €4,20 terug. Het aanpakken van ondervoeding levert dus een besparing op van 1,8 miljard aan zorgkosten.

Vorige week was Ziekenhuis Gelderse Vallei in het nieuws. Door verrijkte voeding en een systeem waarbij patiënten à la carte kunnen bestellen wat zij nodig hebben, wordt grote gezondheidswinst geboekt. Ook voor ouderen die thuis wonen is goede voeding belangrijk. Goede voeding bevordert het lichamelijk functioneren en de zelfredzaamheid. Toch is voeding nog onderbelicht in de zorg. Ik vind dat onbegrijpelijk. Er is gebrek aan kennis over voeding in de opleidingen van artsen en er is te weinig bewustwording van het belang van goede voeding bij ouderen zelf. Ook wordt er in mijn ogen te makkelijk gekozen voor drinkvoeding. Drinkvoeding kan een oplossing bieden in het dieet van ouderen, maar is het vaak niet. Ik zie dan ook dat de drankjes massaal op Marktplaats worden aangeboden. Ik vraag de minister om te zoeken naar mogelijkheden om kennis over voeding te verspreiden in de opleiding van artsen. Ook kan de Stuurgroep Ondervoeding een belangrijke rol spelen bij het ontwikkelen van standaarden voor de thuissituatie, iets waar de stuurgroep nu niet genoeg middelen voor heeft. Wij overwegen een amendement op dit punt.

Ik feliciteer de staatssecretaris met het nieuws dat deze week naar buiten kwam. Brummen is de 75ste JOGG-gemeente. Daarmee is het doel voor het aantal JOGG-gemeenten in 2015 gehaald. Complimenten voor de staatssecretaris, maar ik vraag hem ook om nieuwe ambities te formuleren. Kunnen wij afspreken op 100 gemeenten in 2015?

Tegelijkertijd zijn er zorgelijke berichten. Artsen trekken aan de bel over het gebruik van energiedrankjes. Wat is het antwoord van de minister hierop? In de afgelopen week was ook in het nieuws dat zonder gericht beleid het aantal diabetici verdubbelt. In 2025 zijn er 1,4 miljoen mensen met diabetes. De zorgkosten daarvoor lopen op tot 20 miljard. Is de minister ook de vrijblijvendheid voorbij?

Ik eindig met een aantal opmerkingen over ebola. Wat moet je moedig zijn om elke dag weer een beschermend pak aan te trekken. Een verpleegkundige zei: ik wil dat de mensen in West-Afrika weten dat wij hen niet aan hun lot overlaten. Zoals sporters na het behalen van een olympische topprestatie een lintje krijgen, zouden wij alle dappere verpleegkundigen en artsen die nu naar West-Afrika gaan of daar al zijn, bij thuiskomst een lintje willen uitreiken. Deze waardering zouden wij heel passend vinden. Wil de minister dit oppakken?

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug

Archief > 2014 > november