Bijdrage Carla Dik aan het algemeen overleg Landbouw- en Visserijraad d.d. 28 en 29 januari 2013

woensdag 23 januari 2013

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carla Dik-Faber als lid van de vaste commissie voor Economische Zaken aan een algemeen overleg met staatssecretaris Dijksma van Economische Zaken

Onderwerp:   Landbouw- en Visserijraad op 28 en 29 januari 2013

Kamerstuk:    21 501 - 32

Datum:            23 januari 2013

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie): Voorzitter. Ik heb in mijn inbreng een paar landbouwpunten en zal daarna snel overgaan naar de visserij. Dat laatste doe ik namens mijn collega Arie Slob.

Allereerst kom ik op de landbouw. Het lijkt erop dat het nieuwe GLB pas in 2015 ingaat. Er moet dus een goede en duidelijke overgangsregeling komen, lees ik in de brief van de staatssecretaris. Wat is haar inzet in Brussel? Wat betekent het voor de Nederlandse boeren als het budget wel al in 2014 omlaag gaat? De ChristenUnie wacht met smart op de uitkomsten van de onderzoeken van het LEI en Panteia, en roept de staatssecretaris op om zich hard te blijven maken voor een lagere korting op het Nederlandse eerstepijlerbudget dan de 8,2% die nu is voorzien. Bij vergroening blijft de ChristenUnie een voorstander van een flexibel keuzemenu, waarbij de Europese Commissie de doelen formuleert en de lidstaten keuzeruimte krijgen om maatregelen te nemen die het beste passen in de lokale situatie. Het is ook mooi dat de Tweede Kamer een motie daarover van de ChristenUnie heeft aangenomen.

Over de verplichte groepshuisvesting van drachtige zeugen werd net al even gesproken. Hoeveel bedrijven voldoen nog niet aan de eisen op dat vlak? Heeft de staatssecretaris inzicht in het aantal bedrijven die aantoonbaar worden belemmerd in het voldoen aan de eisen door trage vergunningprocedures of problemen met financiering door aangescherpte regels van banken? Ik refereer hierbij aan het voorbeeld van Deutsche Bank.

Ik ga snel over naar het visserijbeleid. De komende maanden wordt het gemeenschappelijk visserijbeleid vastgesteld. Het vorige kabinet verschuilde zich inzake de aanlandplicht te veel achter Europa. De ChristenUnie roept de nieuwe staatssecretaris op zich goed in dit dossier te verdiepen, hierover op heel korte termijn het gesprek aan te gaan met de visserijsector, de uitgestoken hand van de visserijsector aan te nemen en het voorstel van de algehele aanlandplicht dus te vervangen door een selectieve aanlandplicht voor specifieke soorten als deze beneden een kritisch niveau zijn gekomen. In de motie-Bosman c.s. (21 501-32, nr. 647) wordt de regering expliciet gevraagd het compromis in te brengen in de Visserijraad. Staatssecretaris Bleker heeft dit echter niet gedaan. Hij heeft dit alleen in een brief onder de aandacht gebracht van de EU-Commissaris. Mijn simpele vraag is waarom dit niet is ingebracht in de Visserijraad. Wij hebben nu alleen een beleefdheidsbriefje van Commissaris Damanaki waarin zij schrijft dat zij het voorstel van de sector een belangrijke stap voorwaarts en veelbelovend vindt, maar vervolgens veegt zij het van tafel met de woorden dat de Europese Commissie voor een fundamenteel andere benadering kiest, namelijk een terugwerp-verbod. De kansen binnen Europa zijn klein maar de ChristenUnie vraagt van de staatssecretaris een uiterste inspanning. Wij vragen haar de motie alsnog uit te voeren en in de Visserijraad pal te gaan staan voor het compromis van de sector. Dat is ook belangrijk voor het draagvlak binnen de sector voor het gemeenschappelijk visserijbeleid. Ook wil de ChristenUnie een onderzoek naar nut en noodzaak van de algehele aanlandplicht, de discardban en de gevolgen voor de visserijsector inclusief een uitvoerbaarheidstoets.

De ChristenUnie is uiteraard blij met de bevriezing van het aantal zeedagen voor de schol-, tong- en kabeljauwvisserij op de Noordzee. Moeizamer waren de onderhandelingen met Noorwegen over de visquota voor de gezamenlijk beheerde visbestanden, maar gelukkig is er alsnog een akkoord bereikt. Het verloopt elk jaar erg moeizaam met Noorwegen. Een aantal knelpunten is nog steeds niet opgelost. De EU wilde een extra korting op de quota voor makreel om sancties tegen de Faeröer en IJsland haalbaar te maken. Het quotum wordt nu niet verlaagd omdat Noorwegen en een aantal EU-lidstaten dit blokkeerden. Dat is mooi voor de vissers, maar hierdoor komen er dus ook geen sancties en zijn wij geen stap verder. De Faeröer en IJsland gaan gewoon door met overbevissen, waardoor de makreel in de gevarenzone komt. Hoe komen wij uit deze impasse?

De ChristenUnie is teleurgesteld dat Noorwegen opnieuw de meerjarige flexibiliteit van de scholquota heeft geblokkeerd. Hoe lang gaat de staatssecretaris nog akkoord met dit Noorse veto zonder duidelijke argumenten? Er is niet eens een gezamenlijk beheerplan door het Noorse verzet. Dat was al zo in 2007. Ondertussen gaat het goed met het bestand. Dus waarom staat de EU deze flexibiliteit niet eenzijdig toe? Noorwegen heeft bovendien nauwelijks belang bij schol. De total allowable catches (TAC’s) zijn weliswaar 7% voor Noorwegen, maar het werkelijke Noorse belang is minder dan 1%. Het vreemde is dat bij gedeelde bestanden met een groter Noors belang die er gelijk of minder goed voorstaan, meerjarige flexibiliteit wel is toegestaan. De voorzitter: Dank u wel.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug

Archief > 2013 > januari