Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg Discriminatie

woensdag 01 april 2015

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind als lid van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken aan een algemeen overleg met minister Plasterk van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Onderwerp:   Discriminatie

Kamerstuk:    30 950

Datum:           1 april 2015

De heer Voordewind (ChristenUnie): Voorzitter. Ik zal proberen om wat constructieve ideeën aan te dragen om te bekijken hoe de samenleving wat toleranter zou kunnen worden.

Het is droevig om te constateren dat discriminatie toeneemt vandaag de dag. Dat blijkt ook uit de monitor. Onverdraagzaamheid is gif voor de samenleving en kan mensen ernstig schaden. Collega's hebben daar ook al aan gerefereerd. Ik zal twee onderwerpen benoemen in mijn bijdrage, namelijk: antisemitisme en arbeidsdiscriminatie.

Laat ik beginnen met antisemitisme. Ik heb een aantal bezoeken gebracht aan joodse synagogen, ook de afgelopen weken weer. Ik constateer dat de situatie nog niet helemaal op orde is, ondanks het feit dat het kabinet, daartoe gestimuleerd door de ChristenUnie, er extra geld voor heeft vrijgemaakt, namelijk 1,5 miljoen voor de komende vier jaar. We zijn blij met de stappen die zijn gezet -- de joodse synagogen zijn dat ook -- maar uit Amsterdam en Amersfoort heb ik berichten gekregen dat het daar nog niet op orde is. Ik zeg niet om welke locaties het gaat -- dat kan ik onderhands doen -- want daar stellen de betrokkenen geen prijs op in verband met de veiligheid.

Je hoort daar de vreselijkste verhalen met name over orthodoxe joodse scholen. Klassen kunnen in Amsterdam niet met het openbaar vervoer naar Artis omdat ze dan bespuugd en uitgescholden worden. Het is toch enorm triest dat anno 2015 de joodse gemeenschap hier niet over straat kan in zelfgekozen kledij. Wij moeten ons dat als samenleving enorm aantrekken en er alles aan doen om die haat tegen te gaan.

Ik heb de quickscan van de bewindslieden ook gezien. Zij constateren daar zelf ook in dat het antisemitisme is toegenomen in de eerste tien maanden van 2014. Het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) komt vandaag ook met cijfers naar buiten die een toename van het antisemitisme laten zien. Het centrum spreekt van een groei van 66% in 2014 --  dat zijn schokkende cijfers -- en meldt dat er in de drie zomermaanden evenveel meldingen van antisemitisme zijn geweest als in het hele jaar daarvoor. Dat zegt nogal wat.

Ik kom op een aantal concrete vragen. Ik heb al de berichten over Amsterdam en Amersfoort al even genoemd. Weet het kabinet hiervan? Wil het contact opnemen met de joodse gemeenschappen aldaar?

Wij zijn blij met de 1,5 miljoen euro die is uitgetrokken, maar dan blijven er nog steeds honderden euro's over die ouders van joodse kinderen moeten bijdragen aan de beveiligingskosten. Ik blijf er namens de ChristenUnie op aandringen dat de Staat zijn verantwoordelijkheid moet nemen en dat niet de ouders die beveiligingskosten voor de kinderen die daar naar school gaan, zouden moeten betalen.

De quickscan hebben we inderdaad gekregen. Daarin zien we een stijgende lijn, maar wordt dit nu ook standaard geregistreerd bij de politie zoals de minister van Justitie ons eerder heeft toegezegd? Kan er een vakje worden aangevinkt om aan te geven dat het gaat om incidenten die te maken hebben met antisemitisme? Ik krijg daar graag een reactie op.

Een andere suggestie die ook werd gedaan tijdens de rondetafelgesprekken die we georganiseerd hebben en waar de collega's ook bij aanwezig waren, was: zou het niet een idee zijn om burgerpolitie te laten meelopen met mensen, orthodoxe joden, die regelmatig bespuugd en beledigd worden? Daardoor krijgt de politie de mogelijkheid om daders, antisemieten, een keer op heterdaad te betrappen. Al doen we dat maar steekproefsgewijs. Gelet op het feit dat mensen dit bijna elke dag moeten meemaken, geef ik de minister van Justitie via de twee hier aanwezige bewindslieden, deze suggestie mee.

Ik kom op het onderwijs. Het CIDI pleit voor een meldplicht. Dat lijkt me te ver gaan. Ik vraag me ook af of dat tot een betere vertrouwensrelatie leidt met de ouders en de kinderen. Maar wat kan er wel gedaan worden om scholen en leraren beter uit te rusten om antisemitisme en radicalisering tegen te gaan? Is de minister het met de ChristenUnie eens dat scholen, leraren, het lesgeven over de Holocaust niet mogen vermijden? Kunnen we daar een duidelijk antwoord op geven? En op welke wijze gaat de minister ingrijpen als dat toch gebeurt? Van de Anne Frank Stichting hebben we gehoord dat 10% van de leraren zegt dat de Holocaust op hun school wordt ontkend. Wat gaat de minister daaraan doen? Ik hoorde van een joodse school in Amsterdam dat die in het kader van het project "Op bezoek bij de buren" leerlingen van mbo-scholen gewoon uitnodigt om op bezoek te komen en om de stereotypen en de vooroordelen te bespreken. Hoe gaan we de good practices die er ongetwijfeld ook zijn op andere scholen, uitrollen bij andere scholen in Nederland? Ik hoor daar graag een reactie op.

De voorzitter: Ook u bent door uw tijd heen.

De heer Voordewind (ChristenUnie): Dan houd ik het hierbij en maak ik alleen nog de opmerking dat ik alles wat hier gezegd is over arbeidsdiscriminatie van harte steun. Ook ik roep op tot een nationaal actieplan antidiscriminatie en antisemitisme.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

 

« Terug

Archief > 2015 > april