Bijdrage Joël Voordewind aan het plenair debat over de MH17 en de informatiepositie van de Nederlandse regering

donderdag 23 april 2015

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind als lid van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken aan een plenair debat met minister Koenders van Buitenlandse Zaken, minister van der Steur van Veiligheid en Justitie en  staatssecretaris Mansveld van Infrastructuur en Milieu

Onderwerp:   Debat over de MH17 en de informatiepositie van de Nederlandse regering

Kamerstuk:    33 997

Datum:           23 april 2015

De heer Voordewind (ChristenUnie):
Voorzitter. Vandaag bekeek ik de indrukwekkende fotoreportage van de Nederlandse fotografe Ilvy. Slaapkamers, een kantoor, een drumstel, een kinderkamer. Stille getuigen van wat ooit was, maar niet meer zal komen. Mensen uit het leven weggerukt. Een enorme leegte die is achtergebleven. De MH17. Die twee letters en die twee cijfers zijn gekerfd in het collectieve geheugen van Nederland. Nu, alweer negen maanden verder, zijn 296 slachtoffers geïdentificeerd en zijn de onderzoeken in volle gang. Inmiddels richt het strafrechtelijk onderzoek zich nadrukkelijk op het scenario van de Russische Buk-raket vanaf Oekraïens grondgebied.

Het debat van vandaag staat op de agenda vanwege de behoefte van de Kamer om te spreken over de informatievoorziening. Dat gaat met name over het inmiddels zo beruchte memo. De ChristenUnie-fractie begrijpt dat de diplomatieke memo's niet zonder meer gedeeld kunnen worden met de Kamer. Van de Kamer mag terughoudendheid worden verwacht om de lopende onderzoeken en het vertrouwelijke diplomatieke verkeer niet te verstoren. Daar houdt het verhaal helaas niet op: het memo is alsnog uitgelekt en de Kamervragen daarover zijn beantwoord. Alsnog heeft ook mijn fractie daar een aantal vragen over.

De belangrijkste vraag waarover mijn fractie vandaag helderheid wil krijgen, is waarom het zo lang heeft moeten duren voordat de Onderzoeksraad Voor Veiligheid dit memo van het kabinet heeft gekregen. Dat gebeurde pas in januari 2015, nadat er de nodige commotie was ontstaan. Waarom pas op verzoek van de OVV en niet op eigen initiatief van het kabinet? Kan de OVV nu beschikken over alle relevante informatie die hij nodig heeft? Graag een reactie.

Mijn fractie wil niet speculeren over de vraag hoe nu verder naar aanleiding van het memo. Voor ons blijft het wel van belang om nu al lessen te trekken voor de toekomst, als het gaat om de uitwisseling van informatie die de veiligheid betreft, met name de veiligheid voor de luchtvaartmaatschappijen. Wat zijn nu de concrete vorderingen om de informatie-uitwisseling over de veiligheid te verbeteren?

Terecht heeft collega Ten Broeke schriftelijke vragen gesteld over het bericht dat een Russisch museum wrakstukken van de MH17 tentoon zou hebben gesteld. In de beantwoording laat de minister weten dat zowel Oekraïne als Rusland hier geen weet van zou hebben. Om die reden beschikt het kabinet niet over aanwijzingen dat het hier inderdaad om een tentoonstelling van wrakstukken zou gaan. Het kabinet kan het bericht dus bevestigen noch ontkennen. Ziet de minister alsnog mogelijkheden om de zaak via de Nederlandse diplomatieke staf in Rusland nauwlettend te volgen en de Kamer hiervan op de hoogte te houden? Het eventueel tentoonstellen van wrakstukken is simpelweg onacceptabel.

Dan het optreden van de patholoog-anatoom en lid van het identificatieteam. Deze heeft vertrouwelijke informatie gelekt tijdens een openbaar educatief optreden. Ik kan daar kort over zijn. Het is vooral triest voor de nabestaanden dat zij hiermee opnieuw geconfronteerd worden met pijnlijke herinneringen. Ik heb er dan ook begrip voor dat deze mijnheer nu op non-actief is gesteld. Ik heb er nog wel twee vragen over. Zijn er eerder soortgelijke presentaties gegeven? Is daarvoor ook toestemming verleend? Door wie is die toestemming dan verleend?

Ik sluit af met een woord van dank in de richting van al die professionals die zich sinds de ramp met hart en ziel hebben ingezet; de politiemannen, militairen, zorgverleners, identificatieteams en de diplomaten van Buitenlandse Zaken. Mijn fractie spreekt de hoop uit dat de lopende onderzoeken zo snel mogelijk kunnen worden afgerond en dat de daders van deze brute en laffe aanslag snel kunnen worden berecht.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug

Archief > 2015 > april