Bijdrage Joël Voordewind aan Algemeen Overleg Passend onderwijs.

woensdag 29 juni 2011

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind en de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in een algemeen overleg met minister Van Bijsterveldt-Vliegenthart van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Onderwerp:    Passend onderwijs

Kamerstuk:    31 497

Datum:             29 juni 2011

De heer Voordewind (ChristenUnie): Voorzitter. Wij zitten hier iets gemakkelijker dan een paar maanden geleden. Ik dank de minister ervoor dat ze inmiddels heeft geluisterd naar het veld en veel gesprekken heeft gevoerd met scholen en ouders. Dat heeft uiteindelijk geleid tot een temporisering. Ik had de minister ook kunnen adviseren om, zoals zij ook in het vorige kabinet heeft gedaan, eerst 100 dagen te nemen om te luisteren naar het veld en dan naar de Kamer te komen met de plannen. Maar goed, dat is achteraf gepraat. Het is misschien iets voor de volgende keer. Het had een heleboel onrust kunnen voorkomen in het veld. We zijn er nog niet, want de bezuinigingen van 300 mln. zijn weliswaar getemporiseerd, maar staan nog steeds overeind.

Ik heb in het vorige debat uitdrukkelijk aandacht gevraagd voor een onderzoek van de ECPO over de gang naar de bezuinigingen toe. Mijn motie werd ontraden door de minister en verworpen door de Kamer. Gelukkig heeft de ECPO het onderzoek wel gedaan. Wij bespreken het dan ook vandaag. De ECPO kan zich op zichzelf vinden in een stelselherziening, maar zegt heel grote vragen te hebben bij de uitvoering en bij het nog steeds bestaande tempo. Het rijtje voordelen staat absoluut niet in verhouding tot het rijtje nadelen. De ECPO heeft het over een ongelukkige combinatie van maatregelen, namelijk een stelselwijziging gecombineerd met forse bezuinigingen, een gering maatschappelijk draagvlak voor die bezuinigingen et cetera. De ECPO adviseert ook een uitvoeringstoets. Ik merk dat men er in ieder geval in de Kamer oren naar heeft om, dit zo zorgvuldig mogelijk te doen, vooral in de eindfase. Dat is ook conform het advies van de commissie-Dijsselbloem. Het geeft niet alle garanties, maar het is een laatste check.

We zien ook een cumulatie van problemen. Ik noem de krimpproblematiek, de problemen van de zwakke scholen, allerlei bezuinigingen op het onderwijs tegelijk en het wegvallen van de AWBZ-compensatie. De minister kan nog steeds niet garanderen dat iedere zorgleerling de juiste aandacht en begeleiding krijgt. Ik grijp ook terug op de motie Voordewind c.s. van november (32 500-VIII, nr. 34), waarin ik de regering verzoek de bezuiniging vooral te zoeken in de bureaucratie en niet in de vergroting van de klassen of het ontslaan van ambulante begeleiders. Ik heb daar toen ook alternatieve dekkingen voor gezocht. De minister stelt in het begin van haar brief dat zij het veld heeft beluisterd, maar geen alternatieve dekkingen hoort. In het tweede deel van de brief schrijft zij dat er wel degelijk alternatieven door het veld zijn aangedragen, namelijk de prestatiebeloning. Dat was toen ook een voorstel van de Christen-Uniefractie. De minister had het gewoon binnen haar begroting kunnen oplossen. Om daar nog een schep bovenop te doen: de ChristenUnie heeft in het vorige kabinet erg gepleit voor het betalen van de schoolboeken. Ik doe, hoewel wat laat in het traject, toch een laatste handreiking aan het kabinet. Als we de gratis schoolboeken zouden moeten opofferen voor het tegengaan van de bezuinigingen op de meest kwetsbare kinderen, is de ChristenUnie daartoe bereid. We moeten nu prioriteiten stellen waar de hardste klappen vallen en waar de steun het hardst nodig is. Het is een handreiking, maar ik weet dat het vijf voor twaalf is. Ik dank de minister voor de beantwoording van onze schriftelijke vragen over de cijfers. We krijgen daar opheldering over. De zorgen zijn er niet minder om, want juist bij de zware zorg is er een heel grote stijging. Die is weliswaar gemiddeld 15%, maar dat moet je echt in de context bekijken, want de lichte zorg neemt af. Die groei is zelfs −4%. Die afname wordt echter gecompenseerd door de zwaardere zorg. Dan hebben we het nog steeds over 107 000 leerlingen in de zware zorg. Dat is bijna de helft van de het totale aantal zorgleerlingen. We mogen dat niet wegwuiven door te zeggen dat het maar om 15% gaat.

Er zit dus nog steeds een stijging in de zwaarste categorie, en dan hoor ik dat de minister de temporisering juist wil betalen door een verdere stijging van het aantal zorgleerlingen tegen te gaan. De stelselherziening hebben we straks echter nog niet doorgevoerd, dus er zal voorlopig nog geen beperking zijn van het aantal zorgleerlingen. Toch gaat de minister al geld weghalen door de stijging van het aantal zware leerlingen bij voorbaat te stoppen. Hoe gaat zij dat precies doen? Ik ben blij met de temporisering, maar ik zie grote problemen bij de dekking, want we kunnen niet zeggen dat er vanaf vandaag, omdat we de dekking nodig hebben, geen nieuwe zorgleerlingen bij zullen komen. Het is dus een beetje luchtfietserij. Ik vraag de minister dus om extra te kijken naar de dekking van de temporisering. Ik geef haar in overweging om toch nog meer geld weg te halen bij de prestatiebeloning. Daar zit nog enige ruimte in, hoewel die ook is uitgesmeerd over een aantal jaren. Laten we niet in een proces komen waarin we tegen nieuwe ouders moeten zeggen: sorry, nu even niet, komt u over vijf jaar maar terug. Daar maak ik me grote zorgen over.

Ik maak me ook zorgen over de oorzaken, net als de heer Van der Ham. Daar hebben we in de algemene commissie Jeugdzorg, in de werkgroep over de stelselherziening, ook lang over gepraat. Waar komt die grote stijging van het aantal zware zorgleerlingen vandaan? Ik zie nu de cijfers, maar ik mis nog de analyse van de maatschappelijke oorzaken van de toename. We kunnen niet alleen verwijzen naar een betere registratie of zeggen dat het aanbod vanzelf de vraag in het leven roept. Er moeten maatschappelijke oorzaken achter zitten. Voordat we die goed in beeld hebben, krijgen we er geen grip op.

Ik ga verder met de stelselwijziging. De minister heeft eerder in het debat al gehoord dat wij van de ChristenUnie de hoofdlijnen van de stelselwijziging steunt, hoewel niet in combinatie met de grote bezuinigingen, juist omdat we beseffen dat we het betaalbaar moeten houden. Zo kent de minister de ChristenUnie ook: verantwoord beleid, ook in deze tijden van bezuinigingen. Er zijn echter nog wel onduidelijkheden. Dat erkent de minister ook. Ik noem de zorgplicht, de positie van de ouders, de geschillencommissie en de medezeggenschap. Dat zijn allemaal onderwerpen waar we het ook in het vorige debat en bij de begrotingsbehandeling over hebben gehad. Ik heb toen een motie (31 497, nr. 39) ingediend over de geschillencommissie, waarvan de minister zei dat die voorbarig was. Ik denk dat het nu tijd is om de minister heel concrete dingen mee te geven. Ik krijg dus graag een concrete reactie van haar op de medezeggenschapsraad, het zorgprofiel van de scholen en de geschillencommissie. De ChristenUniefractie is ook tegen juridisering van het proces, maar we moeten wel een soort achtervang creëren in deze wet, die er immers voor zorgt dat ouders door de regionale samenwerkingsverbanden op wat grote afstand komen te staan.

We zien wel degelijk ook allerlei andere risico’s op ons afkomen. De scholen gaan zich nu al indekken tegen zorgleerlingen die ze niet goed kunnen begeleiden. Er ontstaat nu al een uitloop naar het speciaal onderwijs. Hoe houden we een goede greep op de situatie, waarin het reguliere onderwijs leerlingen al gaat weghouden omdat er ook bezuinigd wordt op de reboundprojecten? Wij hebben daar grote zorgen over. Ik ben blij dat de minister het landelijke samenwerkingsverband van de reformatorische scholen in stand wil houden. Complimenten daarvoor. Ik vraag ook aandacht voor Gereformeerd Primair Onderwijs West-Nederland, een samenwerkingsverband dat bijna de hele Randstad beslaat, van Zeeland tot Den Helder. Ik vraag de minister om daar ook welwillend naar te kijken. Dit ligt in de lijn met de motie-Elias, die de regering ertoe oproept om samenwerkingsverbanden die het goed doen, niet af te breken.

Voor meer informatie zie ook www.tweedekamer.nl.


« Terug

Archief > 2011 > juni