Debat over het Fit for 55-klimaatpakket van de Europese Commissie
Bijdrage Pieter Grinwis aan een plenair debat met de minister van Infrastructuur en Waterstaat, de staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat en de staatssecretaris van Financiën
27 oktober 2021
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Voorzitter, dank u wel. Vandaag gaat het in essentie om de vraag wat we willen behouden, wat we willen bewaren en wat we willen beschermen. Die vraag staat volgende week centraal in Glasgow en die staat vandaag centraal als we spreken over een Europese aanpak voor een minder verhit klimaat. Uiteindelijk begint het antwoord op die vraag op de plek waar we wonen, waar we werken en waar we voor elkaar zorgen.
Wij van de ChristenUnie geloven niet in utopieën. Wij zijn niet van de maakbaarheid en wij zijn niet van hoge doelen zonder daden. Wij zijn een club die staat voor het goede leven en voor genieten van genoeg. Dat betekent een leven dat meer in het teken staat van verbondenheid met wat ons gegeven is: de schepping en de schepselen. Prachtig, maar tegelijkertijd ook kwetsbaar. Dat betekent bijvoorbeeld minder focussen op consumeren en op een 24 uurseconomie, waarbij alles wat we willen op elk moment overal vandaan moet komen, ten koste van veel, zoniet alles. Alleen zo, met ook die focus, kan Europees klimaatbeleid slagen.
Voorzitter. We staan voor een grote opgave en verandering. We weten dat er in zo'n transitie altijd winnaars en verliezers zijn. Ook met dat voor ogen kijken we naar al die grote Europese voorstellen van duizenden pagina's. Dragen die bij aan het goede leven en aan goede daden, en zorgen we goed voor wat kwetsbaar is?
Voorzitter. Ik lees dat het kabinet vindt dat het klimaatbeleid weinig te maken heeft met het inkomensbeleid. Tegelijkertijd kan de klimaat- en energietransitie een toekomstige ongelijkmaker van jewelste zijn. Zo meteen, na dit debat, spreken we nota bene over een gigategemoetkoming via de energierekening vanwege de pijlsnel gestegen gasprijs. Als dat geen inkomensbeleid is, wat dan wel?
Voorzitter. Mijn punt is duidelijk. Neem bijvoorbeeld de gebouwde omgeving. Is het wel sociaal om huurders die hun huis niet kunnen isoleren of woningeigenaren die de verduurzaming niet kunnen betalen, wel op kosten te jagen door hogere energieprijzen maar ze niet te helpen? We moeten niet in semantische discussies vervallen, maar als je begint met deze mensen uit de penarie te halen door hun huis te isoleren, is dat tegelijkertijd goed klimaatbeleid én goed inkomensbeleid.
Er is nog een kant van deze medaille. We moeten scherp oog houden voor de regionale spreiding van de groei aan werkgelegenheid en een mogelijk verlies aan werkgelegenheid. Ik mis dat aspect in alle rapportages over de klimaat- en energietransitie van dit kabinet en de planbureaus. Hoe kijkt vak-K daar eigenlijk tegen aan?
Voorzitter. Ik kom bij een sector die nog flink gas moet geven, of eigenlijk juist niet, namelijk de mobiliteit. Die sector, inclusief de luchtvaart en scheepvaart, is sinds 1990 niet gekrompen qua reductie, maar stoot juist nog meer uit dan in 1990. Nederland wilde al langer alleen nog nieuwverkoop van emissievrije auto's in 2030, maar nu lijkt Duitsland langszij te komen. Mijn vraag aan de staatssecretaris is: biedt dat perspectief om het tijdpad te versnellen van 2035 naar 2030?
Ook op het gebied van landbouw en landgebruik ligt er een forse reductieopgave. Het gemeenschappelijk landbouwbeleid, de Europese Farm to Fork-strategie en de doelen uit Fit for 55 — ik heb de namen niet verzonnen — op het gebied van landgebruik sluiten echter nog niet op elkaar aan en kunnen weleens lelijk gaan stapelen op het boerenerf. Wat is de inzet van het kabinet hierbij? Tegelijkertijd liggen er ook kansen. Boeren kunnen namelijk een cruciale rol spelen in het vastleggen van CO2. In hoeverre is dit een nieuwe loot aan de stam van het onder druk staande verdienmodel van agrariërs? Hoe kunnen de Europese Unie en het kabinet nog een impuls geven aan het verdienen aan het opslaan van koolstof in de bodem? Er ontbreekt op dit moment bijvoorbeeld nog een gecertificeerd systeem om een carbon credit te plakken op een landbouwmethode. Wat gaat het kabinet doen om deze methode en dit systeem dichterbij te brengen, zodat boeren gaan bijdragen aan het aanpakken van de klimaatopgave en daar ook nog een boterham van kunnen eten?
Voorzitter. Dan de waterstofdiscussie. Sommige collega's hebben daarover al vragen gesteld, over het realisme van de waterstofdoelen van de Europese Unie. Ik sluit me daar graag bij aan. De gevolgen voor de financierbaarheid van andere gewenste innovaties dreigen namelijk heel groot te worden. Neem bijvoorbeeld kraken. Dat is een industrieel proces op circa 850 graden Celsius, dat als een van de meest prominente bronnen van CO2-emissies met zes krakers in Nederland verantwoordelijk is voor zo'n 5 miljoen ton CO2-uitstoot per jaar. Als 50% groene waterstof een bindend doel wordt, worden twee ontwikkelingen onderuit gekegeld. Ten eerste het elektrisch kraken, waar hard aan gewerkt wordt. Direct elektrisch kraken kost vier keer minder energie dan kraken via waterstof. Dat gaan we toch niet onmogelijk maken door monomaan te gaan voor waterstof, terwijl andere routes die de staatssecretaris nota bene subsidieert, veel en veel efficiënter zijn?
Het tweede, nog belangrijker, is waterstof uit restgassen. Dat kan bijvoorbeeld gebruikt worden om van oud plastic volledig nieuw virgin plastic te maken of voor de energievoorziening van bedrijven of gebouwen in de omgeving. De financiering daarvan — die beslissing valt volgend jaar al — valt of staat met het meetellen van circulaire waterstof als groene waterstof en niet als blauwe of grijze waterstof. Welke mogelijkheden ziet de staatssecretaris om dat te doen? Gaat hij zich hiervoor in Europa inzetten? Wil de staatssecretaris daar haast mee maken, zodat er voor de investeringscyclus van 2022 al duidelijkheid komt?
Voorzitter, ten slotte. Ik sluit me helemaal aan bij de uitvoerbaarheidsvragen van collega Dassen. Straks hebben we hoge doelen, glanzend beleid, maar geen gouden handen om dat alles te realiseren. Het is een vraagstuk dat deze transitie midscheeps zou kunnen raken. Graag een reactie van het kabinet.