Bijdrage Joël Voordewind aan het voortgezet algemeen overleg Vreemdelingen- en asielbeleid

dinsdag 21 juni 2016

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind aan een voortgezet algemeen overleg met staatssecretaris Dijkhoff van Veiligheid en Justitie

Onderwerp:   VAO Vreemdelingen- en asielbeleid (AO d.d. 26/05)

Kamerstuk:    19 637          

Datum:           21 juni 2016

De heer Voordewind (ChristenUnie):
Voorzitter. Normaal gaan dames voor, maar om de hele orde van de Kamer niet te verstoren, zal ik dat nu maar niet doen.

De voorzitter:
Dat lijkt mij ook.

De heer Voordewind (ChristenUnie):
Ook ik heb drie moties. Gelet op de tijd, zal ik de moties direct voorlezen.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de verhoogde instroom zorgt voor een ingewikkeld logistiek proces dat gepaard kan gaan met verschillende verhuismomenten en dat dit met name voor kinderen extra ontwrichtend kan werken;

verzoekt de regering, de mogelijkheden voor mobiele IND-hoor- en beslisambtenaren te onderzoeken, met name voor de asielzoekers met minderjarige en schoolgaande kinderen, en de Kamer hierover zo spoedig mogelijk te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Voordewind. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 2202 (19637).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat veel aanvragers niet in aanmerking komen voor de buitenschuldregeling doordat het meewerkcriterium veelal wordt tegengeworpen en dat ook het ACVZ heeft geconstateerd dat niet altijd duidelijk is welke handelingen vreemdelingen moeten verrichten om mee te werken aan hun vertrekplicht;

verzoekt de regering, het meewerkcriterium nader te specificeren en te versoepelen zodat vreemdelingen die daadwerkelijk meewerken, maar zonder eigen toedoen, bijvoorbeeld door weigering van het land van herkomst, alsnog in aanmerking kunnen komen voor de buitenschuldregeling,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Voordewind. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 2203 (19637).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat uitgeprocedeerde gezinnen met minderjarige kinderen met regelmaat onder begeleiding van meerdere politieagenten vroeg in de ochtend van hun bed worden gelicht om in detentie te worden genomen voor uitzetting en dat daar soms dwangmiddelen aan te pas komen;

overwegende dat dit voor minderjarige kinderen in het bijzonder traumatiserend werkt;

verzoekt de regering, mogelijkheden te inventariseren waarbij gezinnen met minderjarige kinderen bijvoorbeeld door maatschappelijk werkers — in samenwerking met de politie — worden begeleid bij uitzetting, en de Kamer hierover zo snel mogelijk te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Voordewind. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 2204 (19637).

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl

 

« Terug

Archief > 2016 > juni