Langer Thuis / Dementiezorg / PGB / Wijkverpleging / Wmo
Kamerstuk 31765
Bijdrage aan een wetgevingsoverleg met minister de Jonge van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
De heer Segers (ChristenUnie):
Dank, mevrouw de voorzitter. Ook voor mij geldt: heel veel onderwerpen in heel weinig tijd, dus ik zal het een beetje staccato moeten doen. Allereerst het onderwerp langer thuis wonen en de strijd tegen eenzaamheid. Zeker in deze tijd is dat heel urgent. We hebben daar vorige week in het coronadebat ook over gesproken. Ik zou de minister willen vragen om een update. Wat doen we in de strijd tegen eenzaamheid als het gaat om ouderen?
Als het gaat om woonvormen blijft het toch haperen. Er wordt gestreefd naar een bestuurlijke afspraak en er komen heel veel partijen om de tafel. We hebben al heel vaak gevraagd om een ouderenwoonakkoord, omdat het zo ontzettend belangrijk is dat er nieuwe woonvormen komen, dat er combinaties komen van wonen en zorg en dat mensen inderdaad langer thuis kunnen wonen. Mijn vraag is dus toch wel of we voorbij de praattafels en dit soort bestuurlijke afspraken toe kunnen naar een akkoord waar spijkers met koppen worden geslagen.
Dan de geestelijke verzorging, ook thuis dus. Er ligt een aangenomen motie van de collega's Peters en Dik-Faber. Er is een drieslag. Er wordt subsidie gegeven aan geestelijke verzorging via netwerken, palliatieve zorg. Er komt op de middellange termijn een verstrekking van een overheidsopdracht. En op de lange termijn komt er wettelijke borging. Er gebeurt nu al heel veel. Er wordt ook een kennisinfrastructuur opgetuigd. Maar die borging op de lange termijn is wel mijn zorg. Hoe borgen we dat? Kunnen we niet nu al beginnen met die wettelijke borging? Die wordt op de lange termijn in het vooruitzicht geplaatst, maar kunnen we daar niet nu al een begin mee maken?
Dan dementiezorg. Er zijn drie speerpunten: onderzoek, maatschappelijke participatie waaronder vrijwilligerswerk en steun op maat bij leven met dementie. Bij het eerste is wel financiële ondersteuning geregeld, maar bij het tweede en derde niet. Daar staan helemaal geen financiële middelen bij. Als het gaat om die maatschappelijke participatie en mensen met dementie die hun plek innemen in de samenleving, kan er ook bijvoorbeeld verbinding tussen generaties worden gelegd. Ik zie dat dit een van de doelen is, maar zou daarbij kunnen worden aangesloten bij de maatschappelijke diensttijd? Dat wordt steeds meer op poten gezet en het zou mooi zijn als daarbij zou kunnen worden aangesloten. En moet preventie daar ook niet een rol in spelen? Ook als het gaat om gezondheid en leefritme is dat een belangrijk aandachtspunt.
Dan het pgb, het persoonsgebonden budget. Er is een aangehouden motie van mijn collega Dik-Faber uit het coronadebat van 28 oktober over de doorbetaling van pgb-zorg. De regeling zou heropend worden en met terugwerkende kracht zouden er betalingen plaatsvinden. Wat ik nu begrijp is dat die per 1 november zou worden geopend. Is dat niet laat? Als we toch terugkijken, zou je dan niet bijvoorbeeld 1 september moeten hanteren? Voor de Zorgverzekeringswet is er nog steeds niets geregeld. De minister kijkt daarvoor naar de zorgverzekeraars. Die zijn dan in de lead. Maar kan hij niet een duwtje geven? Heeft hij daar niet ook een rol?
Dan heb ik nog een vraag die ik vorige week al heb gesteld, maar ik krijg opnieuw zorgen te horen over de dagbesteding. Die staat echt onder druk in deze tijd. Dat kan vanwege personeelsgebrek zijn, maar het is toch wel heel wezenlijk voor mensen dat die dagbesteding overeind blijft, juist ook in deze tijd. Graag aandacht daarvoor.
Dan tot slot de Wmo. Ik heb natuurlijk ook hier de verhalen gehoord, en de zorgen kennen we, en de discussie kennen we. Bij de wetsbehandeling hebben we die hele discussie gehad. Ik heb het gesprek gevoerd aan de onderhandelingstafel over de regeling zelf, over de abonnementstarieven, dus ik weet ongeveer hoe dat toen is gestart. Het staat ook niet helemaal geïsoleerd of op zichzelf; er is ook het gevoel bij gemeenten dat ze op allerlei manieren bij allerlei regelingen zijn afgeknepen, en dat daar gewoon echt geld tekortkomt. Het is ook een stapeling van frustratie daarover. En er is ook een discussie over de wijze van financiering. Je ziet dat Gemeentefonds heel erg fluctueren. Als wij — even plat gezegd — een JSF aanschaffen, zie je onmiddellijk dat lokaal — nou ja, ik noem eens wat — de bibliotheek onder druk staat of een gemeente anderszins in problemen komt. Dat is natuurlijk heel raar. Dus het is eigenlijk veel complexer dan "ach, ze komen tekort, dus we moeten nu bijpassen". Maar toch, als de VNG nu zegt dat we dat lokaal zouden kunnen gaan afknijpen, of dat we het in ieder geval zouden kunnen gaan versoberen, dan voldoet het in ieder geval niet aan de doelstelling van het abonnementstarief. En het is dan toch ook wel heel zorgelijk dat je daarin lokaal grote verschillen krijgt. Ik ben dus eigenlijk wel heel erg benieuwd naar de reactie van de minister op de zorgen die de VNG heeft geuit.
En dan, helemaal tot slot, sluit ik me aan bij de vraag van mevrouw Bergkamp over een mogelijke inkomenssteun voor mantelzorgers. Je ziet dat het soms toch heel moeilijk is om werk en zorg te combineren. Zouden we niet eens aan een pilot kunnen denken om die mensen toch te ondersteunen en het mogelijk te maken om werk en zorg te combineren? En hier heb ik een punt, mevrouw de voorzitter.
Mevrouw Agema (PVV):
Dank u wel, meneer Segers.