Debat over het ontwerp-instemmingsbesluit gaswinning Groningenveld
Bijdrage Pieter Grinwis aan een plenair debat met minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en minister Van ’t Wout van Economische Zaken
Kamerstuknr. 33529
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Voorzitter, dank u wel. Twee weken na de beëdiging van de nieuwe Kamer voeren we vandaag het eerste echte inhoudelijke debat van deze periode. Dat gaat niet zonder reden over Groningen. Over gaswinning, aardbevingen, schade, versterking en het tergend lange wachten op een overheid die het laat afweten als het moeilijk wordt. Kortom, het gaat vandaag over recht doen. Recht doen aan Groningers, die aan hun lot zijn overgelaten en van wie jarenlang is weggekeken. Zij willen uit Den Haag geen woorden horen, maar daden zien.
Ik groeide op op een eiland, met de overheid op afstand. Ze legden je soms lastige regels op en lieten je soms lang wachten op een vergunning, maar ik groeide op in het vertrouwen dat, als puntje bij paaltje komt, de overheid er voor je is en dat je de overheid kunt vertrouwen. Tot mijn spijt moet ik constateren dat ik het ambt van volksvertegenwoordiger en controleur van de regering aanvat in een tijd dat je de overheid niet zonder meer kunt vertrouwen. Sterker, er is een vertrouwenscrisis. Er gaat ongelofelijk veel mis, juist in de relatie tussen eerzame burgers en een overheid die niet thuis geeft.
Alleen al in mijn portefeuille heb ik te maken met ongekend onrecht, ofwel een toeslagenschandaal, en ongekende onwil. De Kamer wordt continu met een kluitje in het riet gestuurd, bijvoorbeeld als het gaat om het vliegveld Lelystad. Verder noem ik de ongekende onmacht, ofwel Groningen als gaswingewest, en de kafaëske situatie dat bestuurders en politici het gaswinprobleem willen oplossen, maar niet opgelost krijgen, met als gevolg dat veel Groningers compleet murw zijn geslagen en niet ten onrechte nul vertrouwen meer hebben in de overheid. Waarom krijgen we het in dit land, waar we Deltawerken bouwden, niet voor elkaar om zwaar beschadigde huizen tijdig te herstellen?
Mijn missie is natuurlijk: bijdragen aan een land van vrede en recht. En natuurlijk: bijdragen aan een land waar we leven in harmonie met de schepping die ons is toevertrouwd. Maar vooral wil ik bijdragen aan herstel van vertrouwen in overheid en politiek. Ik wil dat we het vertrouwen in de overheid herstellen van mensen die zwaar getroffen zijn en aan wie onrecht is aangedaan door diezelfde overheid. Of je nu een ouder bent van wie onterecht zijn of haar toeslag is afgepakt en die in de vernieling is geholpen, of dat je in Groningen je leven al zo lange tijd niet zeker bent in een door tal van aardbevingen ernstig beschadigd en verzwakt huis: hen willen we helpen. Voorzitter, dat krijg ik niet klein. Want hoe kan het dat kleine schades snel en ruimhartig worden vergoed, maar dat Groningers met werkelijk grote schades, die vaak al tien jaar bezig zijn hun recht te halen, met een fooi of nog minder worden afgescheept? Hoe kan het dat de omgekeerde bewijslast niet werkt daar waar dat juist het hardst nodig is, bij de schrijnende gevallen? Hoe kan het dat in dit geval een onderzoek van TNO en TU Delft ertoe leidt dat het Instituut Mijnbouwschade Groningen nota bene is gestopt met de behandeling van schadegevallen? Een onderzoek nog wel dat geen rekening houdt met zogenoemde triggerwerking en indirecte effecten. Graag een reactie van de minister op deze vragen en vooral de toezegging dat het IMG weer als een speer aan de slag gaat met waar het voor is opgericht.
Voorzitter, aanvullend. De gaswinning gaat naar nul in 2022, maar hoe hard is die nul? En last but not least: de hele situatie is niet bepaald bevorderlijk voor de geestelijke gezondheid van veel Groningers. Is de minister bereid de door mijn voorganger Dik-Faber gerealiseerde financiële steun de komende jaren voort te zetten?
Voorzitter, ten slotte. In deze week, waarin het veel gaat over macht en tegenmacht, moet ook gezegd dat een van de verstrekkendste besluiten uit de afgelopen kabinetsperiode helemaal niet in een regeerakkoord stond en zelfs niet in de doorrekening van de verkiezingsprogramma's van de politieke partijen in dit huis. Na de aardbeving bij Zeerijp besloot het kabinet namelijk tot volledige afbouw van de gaswinning. Een hoopvol besluit, maar het vervolg stemde treurig. Daarom hoop ik dat dit dossier van ongekende onmacht alsnog een dossier van ongekende daadkracht wordt.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Grinwis.
(Geroffel op de bankjes)
De voorzitter:
Felicitaties namens uw collega-Kamerleden voor uw maidenspeech en heel veel succes in deze Kamer!
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Dank u wel.