Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg Raad Buitenlandse Zaken
Bijdrage Joël Voordewind aan een algemeen overleg met minister Blok van Buitenlandse Zaken
Kamerstuknr. 32623
De heer Voordewind (ChristenUnie):
Dank u wel, voorzitter. Het belangrijkste onderwerp vanmiddag is de situatie aan de Turks-Griekse grens. Ik vraag als eerste aan de minister van Buitenlandse Zaken hoe hij nu het optreden van Turkije apprecieert. Hoe beoordeelt hij dat? Vindt hij dit nu ook chantage? Want wat was de aanleiding voor president Erdogan om die vluchtelingen naar de Griekse grens te sturen? Was de aanleiding de tientallen Turkse soldaten die in Noord-Syrië zijn omgekomen? Of was het een grote verandering van de situatie van de vluchtelingen in Turkije zelf? Want die is volgens mij niet veranderd. Die vluchtelingen waren er al. Er zijn geen nieuwe vluchtelingen bij gekomen, want die houdt Turkije stelselmatig tegen bij de grens tussen Idlib en Turkije. Hoe schat de minister de situatie en de drijfveren van Turkije nu in? Wat zijn de redenen geweest? Wat is de trigger geweest om de vluchtelingen opeens richting de Griekse grens te sturen? Wat wil Turkije nu eigenlijk van Europa, ook gezien het feit dat er nog steeds zo'n 3 miljard uit te keren is onder de Turkijeverklaring. We hebben gisteravond gehoord dat dat nog loopt tot 2025. Tegelijkertijd horen we dat de Turkijeverklaring deze maand afloopt. Wat is nou de inschatting van de minister als het gaat om de eisen van Turkije?
De minister lijkt wel begrip te hebben voor de Turkse veiligheidsbelangen, staat in de brief. Wat bedoelt hij nu precies met begrip voor die legitieme Turkse veiligheidsbelangen? Bedoelt hij nu dat de inval in, de bezetting van, Idlib gerelativeerd moet worden? We hebben hem eerder gezegd dat de inval in Syrië illegaal is. Kan de minister uitleggen wat de legitieme Turkse veiligheidsbelangen zijn om Syrië binnen te vallen?
Welke steun heeft Turkije vorige week precies gevraagd aan de NAVO? Het lijkt erop dat dit alles bedoeld is om ten eerste meer geld te krijgen van de Europese Unie en ten tweede steun te krijgen van de NAVO voor de operaties in Idlib, nu de Turken in het nauw zijn gekomen. Dat is mijn enige verklaring. Ik hoor daar graag een reactie op van de minister. Ik heb heel goed begrepen dat de NAVO niet staat te springen om Turkije bij te staan. De Kamer heeft op initiatief van de ChristenUnie een motie aangenomen om zich niet te laten verleiden om bijstand te geven op het moment dat Turkije Syrië zou binnenvallen.
Voorzitter. De ChristenUnie vindt dat we ons niet onder druk moeten laten zetten door Turkije, door de chantage van Turkije. Want als dat het geval is, zou de Europese Unie daar wat ons betreft andere maatregelen tegenover kunnen stellen, namelijk dreigen met het opschorten van de douane-unie of dreigen om te stoppen met de in de Turkijedeal toegezegde gelden. Wij moeten dus niet toegeven aan die chantage, maar tegelijkertijd moeten we wel oog hebben voor de schrijnende situatie van de vluchtelingen aan de Grieks-Turkse grens. Het is goed dat de Europese Unie die 700 miljoen inderdaad ter beschikking stelt, maar ik heb dezelfde vragen als mijn collega's. Gelden die 700 miljoen dan ook voor de Griekse eilanden en de schrijnende situatie daar? Wat kunnen de Europese Unie en Nederland doen om de situatie daar te verlichten? Gaat deze minister er bij Griekenland op aandringen om met name de meest kwetsbaren toch over te laten komen naar het vasteland, aangezien er 20.000 man in kamp Moria en daarbuiten zitten en er slechts capaciteit is voor 3.000. Is Nederland bereid om een aantal alleenstaande minderjarige kinderen op te nemen? Portugal is daartoe bereid. We hebben eerder in de Kamer een motie aangenomen, ingediend door de ChristenUnie, om dit op de agenda te zetten. Omdat er al een motie lag om het kabinet hiertoe op te roepen, heeft mijn partij vanmiddag niet voor die motie gestemd; misschien waren daar interrupties over. Ik hoor graag de inzet van de minister als het gaat om de Griekse eilanden.
Voorzitter. Ik hoor ook graag de reactie van de minister op het schieten op bootjes van vluchtelingen. We hebben de beelden inderdaad gezien. Hoe bizar moet het zijn om te gaan schieten op onschuldige vluchtelingen in bootjes? Wat vindt de minister daar nu van?
De voorzitter:
Wilt u afronden?
De heer Voordewind (ChristenUnie):
Ja, voorzitter. We hebben een appreciatie gehad van het plan-Trump, maar ik begrijp dat we daar plenair over komen te spreken.
Ten slotte heb ik een vraag over het bezoek aan het Midden-Oosten, met name over Iran. De minister heeft daar terecht de mensenrechten aan de kaak gesteld. Ook heeft hij zijn grote zorgen geuit en de inmenging in de proxyoorlog in Irak en Jemen aan de kaak gesteld. Maar toch rept hij hier weer van INSTEX. Dat blijft een dubieus en dubbel signaal van het kabinet. Want aan de ene kant willen we de handel stimuleren en aan de andere kant sturen we daar een fregat heen om onze eigen schepen te beschermen. Daarom nogmaals het pleidooi: laten we niet vooroplopen om de handel weer te starten. We hebben het diplomatieke spoor met EMASOH, dus vanwaar die grote eagerness om die handel toch weer te ...
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Voordewind. U mag een vraag stellen, meneer Van Ojik.
De heer Van Ojik (GroenLinks):
Ik heb er nu al zo vaak bij gezeten dat de heer Voordewind het kabinet opriep om niet mee te werken aan INSTEX. Ik heb niet geteld, maar ik denk dat dit al wel de tiende keer is. Het antwoord van het kabinet is elke keer hetzelfde. Op een gegeven moment is mijn vraag dan: als je dit nou echt zo belangrijk vindt dat je het elke keer weer aan de orde stelt en als je elke keer het lid op de neus krijgt, wat voor consequentie verbind je daar dan aan? Anders blijft dit een beetje een soort ritueel. Nogmaals, ik was helemaal niet van plan om te interrumperen, maar ik heb dit nu al zo vaak meegemaakt dat ik toch wel benieuwd ben wat deze oproep van de ChristenUnie eigenlijk betekent.
De heer Voordewind (ChristenUnie):
De kracht zit hem in de herhaling, dus ik blijf herhalen hoe dubieus ik het vind. Ik lees nu weer in het verslag van de minister dat hij toch blij en tevreden is dat we een bijdrage kunnen leveren aan de relatie met Iran, terwijl de minister in de opsomming in de brief de sjiitische milities in Irak en ook de houthi's noemt en schrijft dat Hezbollah gesteund wordt. Hij noemt de Golf van Hormuz. Hij noemt de verrijking van uranium. Hij noemt de ballistische raketprogramma's. Zelfs wij worden bestookt door Iraanse raketten in Irak. Als je dit allemaal opsomt, is het toch heel tegenstrijdig om INSTEX te blijven verdedigen? De vraag van meneer Van Ojik is of ik dat nou niet een keer zat wordt. Ik blijf het vreemd vinden en ik blijf het noemen. Ik hoop echt dat ik uiteindelijk de steun van Van Ojik, van de GroenLinksfractie krijg daarvoor. Want de heer Van Ojik kan mij oproepen tot een motie, maar ik kan ook tellen. Er is op dit moment geen meerderheid om INSTEX op te schorten. Die komt ook niet van de heer Van Ojik, terwijl deze schrijnende dingen allemaal aan de gang zijn. Daar trekt hij zich blijkbaar ook niks van aan.
De voorzitter:
Meneer Van Ojik in tweede instantie, of is dat niet nodig?
De heer Van Ojik (GroenLinks):
Jawel, want dat laatste is wel een beetje ruig. De heer Voordewind beweert dat ik me niks aantrek van alle misdaden van Iran. De heer Voordewind weet overigens wel beter, dus ik doe net of ik dat niet heb gehoord. Het punt is natuurlijk niet wat de fractie van GroenLinks ervan vindt, maar dat hij elke keer iets aan het kabinet vraagt en elke keer hetzelfde antwoord krijgt. Het kabinet zegt, met steun van de meerderheid van de Kamer: wij vinden dat een goede manier om aan Iran te laten merken dat we weliswaar heel veel kritiek op ze hebben, maar dat we de nucleaire deal die we hadden, nou juist iets goeds vonden en dat we proberen om de effecten van de opzegging daarvan te verzachten. Ik kan het antwoord van de minister dus al voorspellen. Als de heer Voordewind in de coalitie zit en elke keer datzelfde punt maakt, moet hij mij niet kwalijk nemen dat ik op een gegeven moment aan hem vraag: is dit nu alleen maar voor de bühne even je dingetje doen of is dit een serieus belangrijk punt?
De voorzitter:
Ik neem u niets kwalijk, maar het is misschien wel goed om even aan te geven wat u in tweede instantie nog van de heer Voordewind wilt horen. Want in feite vraagt u nu hetzelfde als in eerste instantie. Wilt u nog iets extra's van hem weten?
De heer Van Ojik (GroenLinks):
Nee, want de heer Voordewind speelt de bal terug naar mij. Hij zegt dat ik alles wat Iran fout doet, kennelijk geen enkel probleem vind. Hij hoopt dat ik straks ga zeggen dat ik het eigenlijk met hem eens ben. Maar ik heb aan hem gevraagd wat hij nu anders vraagt van het kabinet dan wat hij al tien keer eerder heeft gevraagd en waarvan het kabinet elke keer zegt: nee, we doen dat niet.
De voorzitter:
Dan stel ik voor dat de heer Voordewind een heel kort antwoord geeft, want een herhaling van het eerste antwoord lijkt me overbodig.
De heer Voordewind (ChristenUnie):
Ik ga een ander antwoord geven en ik ga een wedervraag stellen. Dat is een retorische vraag die de heer Van Ojik niet hoeft te beantwoorden, want anders grijpt u weer in, voorzitter. Waarom herhaalt de GroenLinksfractie, de heer Van Ojik, steeds het pleidooi om op te komen voor vluchtelingen in de wereld? Waarom herhaalt en herhaalde GroenLinks de vraag om te komen tot een kinderpardon? Waarom herhaalt de heer Van Ojik de wereldwijde schending van mensenrechten constant? Dat zijn dezelfde soort vragen. Je vindt het onterecht. Je vindt dat het moet veranderen. Je hoopt dat je de collega's meekrijgt. En je hoopt dat op een gegeven moment ook het beleid van het kabinet verandert. Dat is bijvoorbeeld veranderd op het gebied van het kinderpardon. Daarvoor moet je wel verantwoordelijkheid durven nemen in een kabinet. Soms krijg je dingen en soms nog niet, maar dat weerhoudt ons er in ieder geval niet van om de dingen die wij en u ook belangrijk vinden, aan de orde te stellen.
De voorzitter:
Meneer Van Ojik heeft zo meteen nog zijn eigen inbreng. Als hij dat wil, heeft hij dus nog de gelegenheid om hierop te reageren.
Archief > 2020 > maart
- 12-03-2020 - Bijdrage Joël Voordewind aan het VAO JBZ-Raad 12-13 maart 2020 (asiel- en vreemdelingenbeleid) (AO d.d. 11/03)
- 05-03-2020 - Schriftelijke vragen Joël Voordewind over de schrijnende humanitaire situatie op de Griekse eilanden
- 04-03-2020 - Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg Raad Buitenlandse Zaken
- 03-03-2020 - Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen