Bijdrage Joël Voordewind aan het plenair debat over de laatste stand van zaken met betrekking tot MH17
Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind aan een plenair debat met minister-president Rutte, minister Koenders van Buitenlandse Zaken en minister van der Steur van Veiligheid en Justitie
Onderwerp: Debat over de laatste stand van zaken met betrekking tot MH17
Kamerstuk: 33 997
Datum: 26 oktober 2016
De heer Voordewind (ChristenUnie):
Voorzitter. Eergisteren spraken wij wederom met de nabestaanden van de slachtoffers van vlucht MH17. Opnieuw werd duidelijk dat voor de meeste nabestaanden de ramp niet ruim twee jaar geleden heeft plaatsgevonden, maar gisteren. Het verlies van geliefden, zoons, dochters, vaders, moeders, opa's, oma's, broers en zussen raakt hen nog steeds dagelijks. Dat zal niet worden weggenomen door welk onderzoek dan ook, zo begrepen we. De Stichting Vliegramp MH17 als ook de Werkgroep Waarheidsvinding geven wel aan dat het onderzoek van het JIT van groot belang is voor het verwerkingsproces. Hoe heeft dit ooit zo kunnen gebeuren? Wie zijn er verantwoordelijk voor? Deze zeer wezenlijke vragen zullen moeten worden beantwoord. Daar hebben ze recht op. En uiteraard dienen de daders berecht te worden.
Het JIT heeft inmiddels zijn rapport uitgebracht. Allereerst geef ik uiting aan mijn grote waardering en respect voor het JIT en het OM voor het grondige werk dat zij verricht hebben om de toedracht van het neerhalen van de MH17 te achterhalen. Duidelijk is geworden waar de Buk-raketinstallatie vandaan kwam en in welk gebied de raket is afgeschoten. Inmiddels blijken er ook honderd mensen in beeld te zijn die betrokken zouden zijn bij het afvuren van de raket. Dit zijn grote stappen voorwaarts in het onderzoek en in de zoektocht naar de daders. Het is dan ook van groot belang dat niets de strafvervolging frustreert of tegenwerkt, of de onafhankelijkheid van het onderzoek in twijfel trekt. In dat licht is het terecht dat het kabinet de Russische ambassadeur op het matje heeft geroepen nadat de Russen twijfels zaaiden over de onafhankelijkheid van het onderzoek. De vraag is echter waarom Nederland dit in zijn eentje heeft gedaan. Waarom hebben alle andere JIT-landen dat niet ook gedaan? Dan was het misschien een nog sterker signaal geweest richting Rusland. Nu blijkt dat de Russen nieuwe radarbeelden hebben. Waarom worden die beelden nog steeds niet met het JIT gedeeld? Waarom zou de Europese Commissie zich hier niet ook over uitspreken, of de Europese Raad?
Mijn vraag aan het kabinet is welke acties er nog mogelijk zijn om Rusland wel volledig te laten meewerken met het JIT-onderzoek. Het zou de druk op Rusland toch kunnen verhogen als andere JIT-landen de politieke en publieke druk op Rusland ook zouden opvoeren om volledige openheid van zaken te geven en de nieuwe radarbeelden vrij te geven? In de brief van 24 oktober van het kabinet staat dat het kabinet zich actief inzet om het internationale draagvlak te behouden. Kan de minister die zin nader toelichten? Waar bestaat die inzet precies uit?
Dan de rechtsgang. Het JIT zegt nog geen keuze te hebben gemaakt voor een berechtingsvorm, omdat die afhankelijk is van de uitkomsten van het onderzoek. Het kabinet zegt dat er op dit moment twee opties worden onderzocht: een nationale vervolging in Nederland en een internationaal tribunaal. Heeft het kabinet, zo vraag ik de bewindslieden en de premier, zelf een voorkeur? Ligt het niet het meest voor de hand dat deze berechting in Nederland zal plaatsvinden, aangezien de meeste slachtoffers uit Nederland afkomstig zijn, de Nederlandse wet internationale misdrijven kent, Nederland nabestaanden ruimschoots spreekrecht biedt en een verstekvonnis kent? Voor de berechting in Nederland is het noodzakelijk dat de rechtsmacht van Oekraïne wordt overgedragen aan Nederland. Is het waarschijnlijk dat dit zal gebeuren? Waar hangt dat dan van af? Hoe groot is de kans dat ook de tijdelijke overdracht van verdachten aan Nederland zal plaatsvinden door Oekraïne of Rusland?
De nabestaanden hebben aan ons Kamerleden nog twee zaken voorgelegd. Bij een deel van de nabestaanden is er grote onzekerheid of en hoe het kabinet zich achter de schermen inzet om alle landen volledig te laten meewerken aan het strafrechtelijk onderzoek. Is het kabinet bereid om, indien daartoe behoefte bestaat bij de nabestaanden, hen, uiteraard vertrouwelijk, te informeren over de politieke inzet van het kabinet in dezen? Er is grote waardering voor de openheid van het OM, maar men zou graag ook wat meer inzicht krijgen in de politieke inzet van het kabinet. Kan de premier bij het JIT erop aandringen dat bij de keuze van een berechtingsvorm rekening wordt gehouden met de wens van de nabestaanden om ook aan hen spreekrecht te geven?
Nogmaals, de nabestaanden krijgen hun geliefden er niet mee terug, maar zij hebben er recht op om te weten door wie deze gruweldaad is uitgevoerd en dat de daders berecht worden. Er zijn inmiddels grote stappen voorwaarts gezet. Het komt er nu op aan dat wordt bepaald wie de daders precies zijn en dat zij daadwerkelijk berecht worden.
Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl
Archief > 2016 > oktober
- 26-10-2016 - Bijdrage Joël Voordewind aan het plenair debat over de laatste stand van zaken met betrekking tot MH17
- 12-10-2016 - Bijdrage Joël Voordewind aan het plenair debat over de Europese Top van 20 en 21 oktober 2016
- 11-10-2016 - Schriftelijke vragen Joël Voordewind over misstanden op Indiase theeplantages
- 06-10-2016 - Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg Nederlandse deelname aan vredesmissies
- 05-10-2016 - Schriftelijke vragen Joël Voordewind en Rik Grashof (GL) over hongerlonen en zeer slechte arbeidsomstandigheden bij Indiase leveranciers aan Nederlandse kledingmerken
- 05-10-2016 - Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg Vreemdelingen- en asielbeleid