Bijdrage Stieneke van der Graaf aan het algemeen overleg Raad Algemene Zaken
Bijdrage Stieneke van der Graaf aan een algemeen overleg met minister Blok van Buitenlandse Zaken
Kamerstuknr. 21501 - 02
Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter, voor het woord. Ook ik pak het op bij het punt waar meneer Mulder mee eindigde: de uitbreidingsstrategie. In de Raad Algemene Zaken zal worden gesproken over het openen van toetredingsonderhandelingen met Noord-Macedonië en Albanië. Dat was in juli zo besloten. Ik vraag op voorhand aan de minister of de Europese Commissie sinds juni nieuw onderzoek heeft gedaan naar de stand van zaken en de eventuele voortgang in deze landen. Als dat zo is, wat zijn daarvan dan de resultaten en hoe beoordeelt het kabinet die? Als we af moeten gaan op de ontwikkelingen die we nu zien, heeft de ChristenUnie echt nog grote zorgen over Albanië, over de aanpak van corruptie en georganiseerde misdaad daar. Ook het kabinet schrijft daarover in de kabinetsappreciatie. De ChristenUnie is mede-indiener van de voor de zomer ingediende motie om de Nederlandse regering te verzoeken om niet in te stemmen met het Commissievoorstel om te starten met de onderhandelingen over de toetreding tot de Europese Unie. Hierbij vraag ik de minister of deze motie nog steeds leidend is voor de handelingen van onze regering in de Raad Algemene Zaken.
Voorzitter. Wij hebben gezien dat in Duitsland inmiddels stappen zijn gezet. De minister heeft in de kabinetsappreciatie van de geannoteerde agenda beschreven wat de Duitse voorstellen zijn, maar ik vraag eigenlijk om een beoordeling van de minister: hoe moeten wij deze Duitse stap nu zien?
De voorzitter:
Mevrouw Van der Graaf, u heeft een interruptie van mevrouw Ploumen.
Mevrouw Ploumen (PvdA):
Mevrouw Van der Graaf haalt de besluitvorming in de Duitse Bundestag aan. Zij wil graag weten van de minister hoe hij dat apprecieert. Dat wil ik ook, maar ik wil ook heel graag van haar weten hoe zij daartegen aankijkt.
Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Ik zie daarin vooral een heel aantal aanvullende voorwaarden, die voor een deel ook de zorgen adresseren die de ChristenUnie ook heeft, ten aanzien van de rechtsstaat en justitiële hervormingen. Maar het komt op de ChristenUnie over alsof de Duitsers al hebben gezegd: laten we maar beginnen met de onderhandelingen. Op dat punt staat de ChristenUnie niet, maar ik hoor graag van de minister in welk licht wij deze uitspraak van de Bundestag precies moeten zien.
Mevrouw Ploumen (PvdA):
Ik heb dat ook gelezen zoals mevrouw Van der Graaf zegt: we stemmen in met onderhandelingen en dan hebben we een aantal voorwaarden. Die voorwaarden liggen overigens in lijn met wat er ook in de onderhandelingshoofdstukken zou staan. Ik ben wel benieuwd of mevrouw Van der Graaf in het licht van alles wat er gewisseld is en de voortgang die er natuurlijk in Albanië gemaakt is, nu al kan zeggen of de wijze waarop het Duitse parlement daarmee om is gegaan, mogelijk een begaanbare weg voor de ChristenUnie zou zijn. Misschien dat we dat antwoord nog even af laten hangen van het antwoord van de minister, dan geef ik haar daar natuurlijk graag de gelegenheid toe.
Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Voor de ChristenUnie is leidend dat er afspraken zijn gemaakt met de landen over hervormingen die zij zouden moeten doorvoeren. Voor Albanië waren dat vijf voorwaarden, heel duidelijk. Zij moeten voortgang laten zien op de aanpak van georganiseerde criminaliteit en corruptie, hervormingen binnen de overheid, binnen de rechtspraak en ervoor zorgen dat de rechten van minderheden en de mensenrechten beter beschermd worden. Ik zie dat Albanië voortgang boekt. We zijn daar vorig jaar ook op werkbezoek geweest. Als je de voortgang ziet die zij boeken binnen de rechtspraak en bij de doorlichting van de rechters, dan vind ik dat goede stappen. Maar ik zie ook dat dat leidt tot een manco, dat de hoven niet gevuld worden met voldoende rechters, waardoor er niet rechtgesproken kan worden. Daardoor komt er in rechtszaken die van groot belang zijn, juist ook in die aanpak van georganiseerde misdaad en corruptie, geen uitspraak. Dat is de andere kant van de zaak. Maar op dit moment beoordeelt de ChristenUnie de voortgang op basis van wat wij hebben gekregen, als onvoldoende op het gebied van de georganiseerde misdaad en de corruptie. Dat is het kader, die vijf afspraken die we met elkaar hebben gemaakt. Daarop beoordelen wij Albanië op dit moment.
De voorzitter:
Was dat ook het einde van uw betoog?
Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Nee. Ik was ook nog niet aan de tijd, volgens mij, toch?
De voorzitter:
Nee, absoluut niet, maar u bleef stil. Mevrouw Van der Graaf gaat door.
Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Heel goed. De ChristenUnie vindt het van belang dat we hier eerlijk naar kijken, omdat het juist gaat over de waarden van de rechtsstaat. Dat zijn waarden op basis waarvan wij binnen de Unie met elkaar samenwerken en dat leidt ook tot het vertrouwen om op andere terreinen waarop we binnen de Europese Unie met elkaar samenwerken, stappen te kunnen zetten. Daarom hechten wij hieraan. Daar moeten we ook fair over zijn.
Voorzitter. Ik heb de indruk gekregen dat er een heel aantal landen Noord-Macedonië en Albanië als één pakketje beoordelen, om het maar zo te zeggen. Kan de minister bevestigen dat de beoordeling van ieder land op zich staat?
Voorzitter, dan de brexit. We zijn gisteren in Londen geweest met een aantal leden van de commissie en hebben daar goede gesprekken gevoerd en gehoord wat er achter de schermen speelt. We hebben ook geprobeerd te ontdekken hoe het ervoor staat. Ik vraag aan de minister hoe ons kabinet de plannen van de regering Johnson nu precies apprecieert. Op het moment dat er uitstel komt — als we afgaan op de eerste reacties op die plannen, dan lijkt een akkoord op 19 oktober nog niet bereikt en zal er uitstel gevraagd moeten worden — wil de ChristenUnie de regering vragen om voldoende ruim de tijd te nemen om hen dat uitstel te verlenen.
Dat was het, voorzitter.