Groningen
Nederland heeft een ereschuld aan Groningen, die moeten we inlossen. Dat was de conclusie van de parlementaire enquêtecommissie aardgaswinning Groningen. Zij concludeerde dat er sprake is geweest van een ongekend systeemfalen, onder verantwoordelijkheid van de Rijksoverheid, met een rampzalige situatie voor Groningers tot gevolg. Groningen is als wingewest stelselmatig en langjarig ondergeschikt gemaakt aan het verdienen van geld.
De aardbevingen als gevolgen van de gaswinning zullen nog jarenlang van invloed zijn op de samenleving in Groningen en in (Noord-)Drenthe. Herstel van fysieke en emotionele schade zal nog vele jaren duren. Dan gaat het niet alleen om de 270.000 schademeldingen, de 85.000 panden die meer dan één keer schade hebben gehad en de 12.000 huizen die niet voldoen aan de veiligheidsnorm en moeten worden versterkt. Het gaat ook om het herstel van vertrouwen in de overheid, van het welzijn van kinderen en jongeren, van de economie in Groningen.
- Inlossen van de ereschuld. De maatregelen uit de kabinetsreactie ‘Nij begun’van het enquêterapport worden zo spoedig mogelijk uitgevoerd of in werking gesteld. Er komt een Groningenwet waarin de uitvoering hiervan geborgd wordt. De gereserveerde middelen voor uitvoering van dit pakket worden ondergebracht in een Groningenfonds. Het inlossen van de ereschuld vindt plaats in goed overleg met inwoners van Groningen. Hierbij wordt geput uit het Nationaal Programma Groningen (NPG). Het uitvoeren van de maatregelen vindt zo dicht mogelijk bij de inwoners van het aardbevingsgebied plaats, zodat het effect daarvan in wijken en straten te merken is.
- Gaswinning wordt gestopt. De gaswinning uit het Groningerveld stopt per 1 oktober 2023. Op 1 oktober 2024 gaat de waakvlam uit. De installaties worden zo snel als mogelijk ontmanteld, behoudens monitoring en onderzoek ten behoeve van de veiligheid. Waar mogelijk worden de vrijgekomen locaties ingezet voor duurzame energieopwek of –opslag, uiteraard in overleg met omwonenden, lokale en regionale overheden.
- Schadeherstel vereenvoudigd. De inwoners van Groningen moeten centraal staan; niet de beschikbare middelen. Bij schades waarbij de herstelkosten groter dan € 40.000 zijn, wordt het bewijsvermoeden toegepast zodat de bewijslast niet bij de bewoner ligt. In de kern van het aardbevingsgebied ligt dit bewijsvermoeden hoger. Er wordt meer ruimte voor maatwerk in de hersteloperatie geboden.
- Welzijnsherstel. Er moet blijvende aandacht zijn voor de immateriële gevolgen van gaswinning. Steeds meer mensen kampen met gezondheidsproblemen en psychische klachten. De geestelijke verzorging in het aardbevingsgebied wordt blijvend aangeboden. Er komt een sociale agenda om het welzijn in het aardbevingsgebied te verbeteren. Hierbij is met name aandacht voor jongeren en kinderen.
- Duidelijkheid voor de bewoners. Inwoners van het aardbevingsgebied krijgen via een digitaal portaal inzicht in de ontwikkelingen van het schadeherstel van hun woning. Voor iedere woning in het aardbevingsgebied komt een plan van aanpak voor een langere termijn beschikbaar, waarin minimaal 10 jaar wordt vooruitgekeken naar wat er aan de woning moet worden hersteld, en hoe en door wie dit moet worden bekostigd.
- Herstel van vertrouwen in buurten. Door verschillende regelingen en procedures is een onwenselijke ongelijkheid tussen bewoners en tussen wijken, gebieden en gemeenten in het aardbevingsgebied ontstaan. Dit heeft relaties in het aardbevingsgebied geschaadt. Waar mogelijk wordt dat rechtgetrokken en in de toekomst zoveel mogelijk voorkomen. Dit kan gerealiseerd worden door inwoners in de toekomst zelf te laten besluiten of hun woning aan het oude of het nieuwe bouwkader getoetst wordt.
- Behoud van Groninger erfgoed. De versterkingsopgave vormt een bedreiging voor typische Groningse dorpsgezichten. Voor woningeigenaren is het vaak aantrekkelijker om te kiezen voor sloop en nieuwbouw in plaats van verbouw. Dit erfgoed moet echter behouden blijven voor de toekomst. Dat geldt ook eeuwenoude kerken en borgen die schade hebben geleden door de gaswinning. In het hele aardbevingsgebied komen gelden beschikbaar om monumenten en oude dorpsaanzichten te behouden.