Bijdrage Carola Schouten aan de plenaire behandeling van de Begroting Wonen en Rijkdienst

dinsdag 19 november 2013 00:00

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carola Schouten als lid van de algemene commissie voor Wonen en Rijksdienst aan de plenaire behandeling van de Begroting Wonen en Rijksdienst

Onderwerp:   Begroting Wonen en Rijksdienst

Kamerstuk:    33 750 – XVIII

Datum:            19 november 2013

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Nou, nu weer even ademhalen na het lange betoog van de heer Verhoeven, hoewel het wel boeiend was om naar te luisteren.

Voorzitter. Mijn inleiding lijkt op de inleiding van veel andere collega's, maar ik denk dat het toch wel goed is te memoreren dat 2013 een bijzonder jaar is. We hebben ontzettend grote en betekenisvolle stappen gezet op het dossier van de woningmarkt. We vinden het heel bijzonder dat de hypotheekrenteaftrek eindelijk na zo veel jaren discussie en zo veel jaren taboe nu is aangepakt, dat ook het scheefwonen echt is aangepakt door de huurverhoging op grond van inkomen en dat er maatregelen zijn genomen die in deze crisis de bouwsector een steuntje in de rug geven. Ik memoreer bijvoorbeeld het laatste akkoord dat gesloten is, over de verlenging, wederom, van het btw-tarief in de bouw. Op het dossier van de restschulden is vanmiddag nog een amendement aangenomen om schenkingen aan te wenden voor het wegwerken van restschulden, niet alleen heel recente schulden, maar zelfs schulden die al wat langer uitstaan. Zo geven we mensen de kans om door te stromen op de woningmarkt en een eigen wooncarrière, zoals dat zo mooi heet, te ontwikkelen. Zijn wij er dan? Nee, er zijn nog genoeg uitdagingen over.

Wij hebben nog een aantal vragen, wensen en mogelijke oplossingen die wij aan de minister willen voorleggen. Het eerste punt dat ik wil aandragen, betreft niet meteen de doorstroming, maar is wel belangrijk voor ons, namelijk de stem van de huurder. Woningcorporaties zijn verplicht om de huurders een stem te geven, bijvoorbeeld bij het aanstellen van commissarissen. In de praktijk zijn het echter vaker beroepscommissarissen dan mensen die voorgedragen worden uit de kring van de huurdersorganisatie. Juist omdat de corporaties er voor en door de bewoners zouden moeten zijn, vinden wij het belangrijk dat de minister nagaat hoe hij bijvoorbeeld in overleg met Aedes en de Woonbond de stem van de huurder kan versterken, bijvoorbeeld bij het aanstellen van commissarissen.

In dat licht ben ik benieuwd wanneer de novelle van de herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting aan de Kamer wordt gestuurd. Dit wetsvoorstel is in de Eerste Kamer aangehouden. In dit wetsvoorstel wordt een aantal zaken geregeld om juist op het terrein van het geven van een stem aan de huurders verbeteringen door te voeren. Wanneer is de minister van plan om die novelle te sturen? Kan hij hierin inzicht geven? Hoe staat hij ertegenover om de stem van de huurders meer te borgen?

Een punt waarover wij ons zorgen maken — meerdere collega's hebben dit al aangeroerd — is de positie van starters op de huurmarkt. Het stimuleren van de doorstroming is een van de doelen van het woonakkoord. Wij zien een knelpunt bij de instroom van starters op de huurmarkt. Voor hen is het buitengewoon lastig om aan woonruimte te komen. Wij stellen voor om voor starters een nieuwe vorm van huren te introduceren, het starterscontract. Dit is een tijdelijk contract — wij denken zelf aan een periode van zo'n vijf jaar — inclusief de verplichting om je in te schrijven voor een huurwoning met een normaal huurcontract. Hierdoor wordt het voor verhuurders aantrekkelijker om voor deze doelgroep te bouwen, want elke vijf jaar kan de woning weer beschikbaar komen voor de doelgroep, namelijk de starters. In Amsterdam is er een experiment op dit terrein. Dat heeft echter nog geen goede juridische borging. Wat ons betreft, moeten wij dat wel regelen. Ik wil dat dit uitgevoerd wordt aan de hand van een initiatiefwetsvoorstel. Daarvoor hebben wij een nota opgesteld, waarin wij het een en ander alvast uitwerken. Deze nota, "Starterscontract: Flexhuren voor jongeren", wil ik niet alleen overhandigen aan de minister, maar ook aan de collega's.

De voorzitter:
Ik neem aan dat er geen bezwaar tegen bestaat dat dit stuk ter inzage wordt gelegd bij het Centraal Informatiepunt van de Kamer.

(Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.)

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Er is al het nodige gezegd over de woningtoewijzing. De groep met een inkomen tussen de €34.000 en €43.000 valt nu tussen wal en schip. De heer Monasch heeft hier uitgebreid over gesproken en ik sluit mij bij zijn woorden aan. Daarom vragen wij de minister om na te gaan wat de mogelijkheden zijn voor het verhogen van de inkomensgrenzen. Daarmee zou gepaard moeten gaan — dat is de kern — dat de minister zich er meer voor gaat inzetten om het gat tussen de sociale huurmarkt en de particuliere markt, de commerciële huurmarkt, te dichten. Dat is natuurlijk het echte probleem: de aansluiting tussen aan de ene kant de sociale huurwoningen en aan de andere kant de vrije markt. Dat gat is gewoon te groot. Wij moeten nagaan of wij de inkomensgrens tijdelijk kunnen verruimen om te voorkomen dat de doelgroep tussen wal en schip valt. Dat zou gepaard moeten gaan met een inspanningsverplichting van de minister om te bekijken hoe hij ervoor kan zorgen dat er voldoende woningen in het tussensegment gebouwd kunnen gaan worden. Ik hoor graag welke mogelijkheden de minister hiervoor ziet en of hij bereid is om ook met de bouwers in discussie te gaan om te bezien wat zij nodig hebben om die stap te kunnen zetten. Ik heb nog twee punten die wat ons betreft zeker aandacht verdienen. Het project Nul op de meter is de minister zeer bekend. Dat is een mooi initiatief om de woonlasten te verlagen. Het project heeft als doel om woningen te realiseren die geen energiekosten hebben. Dit initiatief is gericht op huurwoningen, maar wat zou het mooi zijn als dit initiatief ook op de koopwoningmarkt van de grond zou komen. Voor de financiering daarvan is wel een innovatie bij de banken vereist. Op dit moment zijn er nog geen producten die hierop inspelen. Banken zien investeringen in het kader van Nul op de meter vooral als een extra hypothecaire lening, alsof het om een normale verbouwing zou gaan. Kan de minister bevorderen dat banken in hun hypothecaire producten meer rekening houden met dergelijke investeringen, zodat initiatieven als Nul op de meter en Stroomversnelling meegefinancierd kunnen worden?

Mijn laatste punt betreft een onderwerp op het onderdeel Rijksdienst, de Social Return Prestatieladder. De minister is medeverantwoordelijk voor het rijksinkoopbeleid. Maandag aanstaande wordt de Social Return Prestatieladder voor de bouw aan de minister aangeboden. De fractie van de ChristenUnie pleit ervoor dit systeem rijksbreed, dus niet alleen in de bouw, voor het inkoopbeleid in te zetten, om te bewerkstelligen dat bedrijven zich meer inzetten voor het bieden van kansen aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Het betreft hier een doelstelling die het kabinet heeft gesteld en die wij hebben aangescherpt in het recent gesloten akkoord. Volgens ons is hier veel winst te boeken. Is de minister bereid om zich in te spannen om deze doelstelling te realiseren?

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.


« Terug

Archief

« Vorige Volgende »

december 2019

juni

september 2018

juni 2017

mei

april

februari

januari

december 2016

november