Bijdrage Carola Schouten aan het algemeen overleg Parlementaire betrokkenheid bij EFSF/ESM-besluiten

woensdag 04 juli 2012 00:00

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carola Schouten als lid van de vaste commissie voor Financiën en de vaste commissie voor Europese Zaken aan een algemeen overleg met minister De Jager van Financiën

Onderwerp:   Parlementaire betrokkenheid bij EFSF/ESM-besluiten

Kamerstuk:   21 501 – 07

Datum:            4 juli 2012

Mevrouw Schouten (ChristenUnie): Voorzitter. Dit is het sluitstuk van de behandeling van het ESM en de discussies die we hebben gevoerd over het rapport van commissie-De Wit. In dat rapport werd nadrukkelijk de spanning zichtbaar tussen enerzijds het informeren van de Kamer en anderzijds de vraag «wat te doen met vertrouwelijke informatie?». Ik proef dat de minister in zijn brief dat evenwicht zoekt. De Kamer zoekt dat evenwicht ook altijd. Dat blijft een doorgaand proces. Ik heb een meer principiële vraag vooraf. Die heeft te maken met de opmerkingen van de heer Van Rompuy gisteren. Toen ik die las, vroeg ik mij af wat we hier doen. Hij stelt met name rondom de noodprocedure: dat gaan we gewoon zo doen, ook als de kleine lidstaten het daar niet mee eens zijn. Zo heb ik zijn uitspraken geïnterpreteerd. Ik wil weten hoe de minister deze opmerkingen heeft geïnterpreteerd, ook in relatie tot wat wij hier bespreken: de betrokkenheid van het Nederlandse parlement. Voor mijn fractie staat voorop dat informatie vooraf het uitgangspunt is. Je ontkomt er dan niet aan dat je in geval van secundaire marktinterventies vertrouwelijk geïnformeerd wordt. Wij hebben daar echt de voorkeur voor in plaats van achteraf meedelen wat er gebeurt. Ik wil van de minister weten hoe hij daarin staat. Wat ons betreft, moet dat de lijn zijn. Er hoeft daarvoor geen apart clubje te worden georganiseerd. De vaste commissie voor Financiën is hierbij altijd betrokken. Dit zou wat ons betreft dus ook in dit gremium kunnen plaatsvinden. Ik heb een vraag over de verhoging van het Nederlandse aandeel in de EFSF en het ESM. De minister stelt dat het reguliere traject van een suppletoire begroting te lang kan duren. Is dat in alle gevallen zo? Ik sluit mij aan bij de heer Harbers, die sowieso een incidentele suppletoire begroting wil hebben. Ons uitgangspunt is dat er waar mogelijk een suppletoire begroting moet komen, mede omdat we er dan een advies van de Raad van State bij krijgen. Als het kan, zou dat het uitgangspunt moeten zijn. Anders moet er een incidentele suppletoire begroting komen. Ik ben er ook van overtuigd dat we die, zoals we de afgelopen weken genoeg hebben bewezen, snel kunnen behandelen. Ik sluit mij aan bij de vragen van de heer Irrgang wanneer het debat moet worden gevoerd als de stukken niet op tijd komen. Heeft de Kamer nu drie dagen om het debat te voeren of kan die tijd korter worden als de stukken later verschijnen? De heer Harbers zei dat het een minimumtermijn moet zijn. Ik sluit mij daarbij aan. In principe, tenzij de nood heel hoog is, moeten wij de tijd hebben om de stukken te bestuderen en een debat uit te schrijven. Ik ontvang graag een bevestiging van de minister op dat punt. Ik kom te spreken over de overschrijding van de 2%-norm. Hoe is de weging gemaakt om tot 2% te komen? Is dat een individuele Nederlandse afspraak? Wat is de ratio achter dit percentage? Hoe ligt dat bij andere landen? Wat gebeurt er als we die norm overschrijden? Er komt dan een besloten bijeenkomst, maar wat gebeurt er dan? Wat is de procedure daarna? Spreken we daar achteraf nog over? Het blijft wat mij betreft een beetje hangen daar. Ik wil iets meer informatie over wat daarbij gebeurt. Als we bijvoorbeeld in een recesperiode een incidentele suppletoire begroting zouden moeten behandelen, moet de hele Kamer hier op tijd kunnen zijn om daarover te stemmen. Is die periode lang genoeg om dat voor elkaar te krijgen? Het lijkt een beetje hypothetisch, maar ik kan mij voorstellen dat er in de komende zomer eventueel een casus ontstaat dat dit wel gebeurt. Ik hoop het overigens niet. Is het dan realistisch om die termijnen te hanteren? Tot slot kom ik te spreken over de overgang naar het ESM. De minister stelt dat hij ervan uitgaat dat in deze situatie de procedures rondom de EFSF ook van toepassing zijn op het ESM. Het is mogelijk dat er instrumenten komen waarvan het de vraag is of opnieuw moet worden geratificeerd. De regering heeft aangegeven dat dit de vraag is. Blijven deze procedures allemaal in stand? Als er opnieuw instrumenten aan toegevoegd worden, kan ik mij voorstellen dat er separate afspraken over gemaakt moeten worden. Is de minister dat met mij eens?

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.


« Terug

Archief

« Vorige Volgende »

december 2019

juni

september 2018

juni 2017

mei

april

februari

januari

december 2016

november