Bijdrage Eppo Bruins aan het VAO Passend onderwijs

donderdag 22 december 2016

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Eppo Bruins aan een voortgezet algemeen overleg met staatssecretaris Dekker van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Onderwerp:   VAO Passend onderwijs (AO d.d. 15/12)

Kamerstuk:    31 497          

Datum:           22 december 2016

De heer Bruins (ChristenUnie):
Voorzitter. Ik heb drie moties.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat in sommige regio's beter passend onderwijs kan worden gegeven en scholen in stand kunnen worden gehouden wanneer het speciaal basisonderwijs (sbo) en speciaal onderwijs (so) hechter samenwerken en infrastructuur en expertise bundelen;

constaterende dat het sbo valt onder de Wet op het primair onderwijs en het so valt onder de Wet op de expertisecentra;

overwegende dat daardoor kinderen van sbo en so altijd verschillende BRIN-nummers hebben en dat het om die reden formeel niet is toegestaan om kinderen van sbo en so-scholen in dezelfde klas te hebben;

van mening dat het belang van het kind moet prevaleren boven een administratieve hobbel;

verzoekt de regering, innovatieve experimenteerruimte te bieden aan besturen die zowel sbo- als so-scholen onder hun verantwoordelijkheid willen nemen, zodat dit tijdelijk kan worden toegestaan zolang ongewenste en onnodige administratieve en wettelijke hobbels nog niet zijn weggenomen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Bruins en Rog. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 232 (31497).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat begeleiding van en onderwijs aan leerlingen met een ernstige meervoudige beperking (EMB) in de huidige situatie worden bekostigd door de samenwerkingsverbanden passend onderwijs;

verzoekt de regering, het onderwijs aan leerlingen met een ernstige meervoudige beperking afzonderlijk en landelijk te financieren, vergelijkbaar met de clusters 1 en 2, en de uitvoeringsafspraken in overleg met het onderwijsveld uit te werken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Bruins en Siderius. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 233 (31497).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de aangenomen motie-Bruins (31497, nr. 201) verzoekt om te zorgen voor inclusiviteit in het regulier onderwijs voor kinderen die vroeger een "dubbele rugzak" ontvingen;

constaterende dat de regering zich op het standpunt stelt dat een overstap van regulier naar speciaal onderwijs voor kinderen met syndroom van Down of met een chronische ziekte onderwijsinhoudelijk en niet financieel gedreven mag zijn;

constaterende dat de regering niet eerder dan in 2018 de resultaten verwacht van een evaluatie op dit onderwerp;

overwegende dat ouders reeds in de afgelopen tijd hebben geconstateerd dat voor hun kind met syndroom van Down of met een chronische ziekte het ondersteuningsbudget vanuit het samenwerkingsverband is gedaald;

verzoekt de regering om scholen en samenwerkingsverbanden duidelijk te maken dat een passende plek voor het kind leidend is, dat kinderen met een beperking niet om financiële redenen doorverwezen mogen worden naar het speciaal onderwijs en dat voldoende ondersteuningsmiddelen worden toegekend wanneer kinderen in het regulier onderwijs mee kunnen doen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door de leden Bruins en Ypma. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 234 (31497).

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl

 

« Terug