Schriftelijke vragen Joël Voordewind over het rapport Flawed Fabrics over moderne slavernij en kinderarbeid in de productieketens van kledingmerken

vrijdag 31 oktober 2014

Schriftelijke vragen van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind als lid van de vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking aan de ministers voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en van Buitenlandse Zaken

Onderwerp:   Het rapport Flawed Fabrics over moderne slavernij en kinderarbeid in de productieketens van kledingmerken

Kamerstuk:    2014Z19419

Datum:           31 oktober 2014

Vraag 1

Bent u bekend met het rapport Flawed Fabrics van SOMO en de Landelijke India Werkgroep (LIW) waaruit blijkt dat (vooral «kasteloze») Dalit-meisjes en -vrouwen het slachtoffer zijn van «moderne slaverij» en kinderarbeid in de Indiase textielsector, waarvan een groot aantal werken binnen de productieketen van kledingmerken als Primark, C&A en Mothercare? 1)

Vraag 2

Bent u het eens met de conclusie van het rapport Flawed Fabrics dat vrijwilligheid niet werkt bij het aanpakken van deze misstanden en dat een verplichtende aanpak nodig is om slavernij en kinderarbeid te bestrijden?

Vraag 3

Hoe beschouwt u de opmerking in het artikel van de Volkskrant van 28 oktober 2014 («Misstanden bij spinnerijen H&M») dat «»H&M met deze kwestie de prijs betaalt voor zijn eigen goede gedrag»» omdat «»het Zweedse moederconcern sinds vorig jaar openbaar maakt bij welke fabrieken het kleding laat maken»»? 2) Deelt u de mening dat koplopers op dit gebied juist gesteund moeten worden door ketentransparantie verplicht te maken?

Vraag 4

Bent u bereid om het initiatief te nemen tot verplichte ketentransparantie en due diligence in bedrijfstakken met grote mensenrechtenrisico’s? Bent u bereid een belangrijke nieuwe stap te zetten in aanvulling op de Nederlandse inzet zoals u die formuleerde in uw antwoord op eerdere vragen? 3)

Vraag 5

Vindt u ook dat uw verwachting in uw antwoord op de eerdere vragen (vraag 3 en over het functioneren van de werkgroepen onder het Plan van Aanpak van de brancheorganisaties, in het bijzonder de werkgroep gebonden arbeid, niet is uitgekomen, gezien het feit dat nog maar één bedrijf lid is van de werkgroep gebonden arbeid? Bent u bereid Nederlandse bedrijven die kleding uit Zuid-India importeren alsnog urgent aan te spreken op hun due diligence bij het inkopen van kleding uit Zuid-India, in het bijzonder op ernstige schendingen van mensenrechten zoals beschreven in Flawed Fabrics?

Vraag 6

Bent u bereid deze kwestie tijdens uw komende handelsmissie naar India aan de orde te stellen bij uw Indiase collega’s, waaronder de eerder door u genoemde nieuwe Minister van Arbeid, Narendra Singh Tomar, en uw bereidheid uit te spreken om met hen naar oplossingen te zoeken?

Vraag 7

Zijn er resultaten te melden van uw samenwerking met de International Labour Organization (ILO), de Europese Unie (EU) en de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) op het onderwerp kinderarbeid en «moderne slavernij» in de Indiase textielindustrie? Zo ja, welke, zo nee, waarom niet? Bent u van mening dat dit omvangrijke en ernstige probleem een grotere inzet vraagt van deze organisaties en bent u bereid om hen daartoe aan te sporen?

1) http://www.somo.nl/publications-nl/Publication_4110-nl?set_language=nl

2) http://www.volkskrant.nl/economie/misstanden-bij-spinnerijen-hm~a3777120/

3) Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2013–2014, nr. 2324

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug

Archief > 2014 > oktober