Verhagen schreef vorige week nog in een brief aan de Tweede Kamer dat voor de studenten inmiddels goede huisvesting zou zijn gevonden, en dat hulp dus niet meer nodig zou zijn.  Een reportage in het Nederlands Dagblad weerspreekt die geruststellende boodschap van de minister. Voordewind wil dat de minister er bij de Indonesische autoriteiten op aandringt goede huisvesting voor de studenten te regelen, zo nodig met financiële steun van de Nederlandse ambassade.

Schriftelijke vragen van de leden Voordewind (ChristenUnie) en Van der Staaij (SGP) over de huisvesting van theologiestudenten in Jakarta

1. Heeft u kennis genomen van het bericht dat ongeveer tweederde van de veertienhonderd theologiestudenten in Jakarta, die vorig jaar met geweld van hun campus zijn verdreven nog steeds onder erbarmelijke omstandigheden moet leven?

2. Hoe verhoudt dit bericht zich met uw brief van 21 augustus jl., waarin staat dat de studenten goede huisvesting is toegewezen en met uw toezegging in het Algemeen Overleg over Indonesië van 11 maart jl. waarin u aangaf bereid te zijn een bijdrage te leveren aan een nieuw onderkomen voor de studenten?

3. Bent u alsnog bereid om bij de Indonesische autoriteiten aan te dringen op goede huisvesting voor de studenten, mogelijk met financiële steun uit het Mensenrechtenfonds, in lijn met uw Mensenrechtenstrategie waarin godsdienstvrijheid als één van de speerpunten wordt aangemerkt?