Bijdrage Pieter Grinwis onderwijsdebat

Foto Pieter interruptie II.jpg
05 Pieter Grinwis.jpg
Blog by Pieter Grinwis on December 13, 2024 at 10:12 AM

Bijdrage Pieter Grinwis onderwijsdebat

Voorzitter. Hoe ga je om met een slecht voorstel? Dat probeer je te verbeteren. Na veel vijven en zessen is het gelukt met de behoorlijk beroerde OCW-begroting. Na intensieve onderhandelingen ligt er een akkoord over de Onderwijsbegroting. Dat akkoord maakt verschil voor jongeren, leraren en onderwijsinstellingen. Daarmee gaat deze begroting voor de ChristenUniefractie van een vette onvoldoende naar een beter cijfer, van slecht naar minder slecht.

Vanaf deze plaats dank ik de collega's van het CDA, de SGP, JA21 en ook D66 voor de constructieve samenwerking. Ik heb tevens waardering voor de samenwerking met de coalitiefracties, met natuurlijk de winstwaarschuwing dat zij weliswaar altijd kunnen rekenen op een stevige, kritische en constructieve benadering, maar niet op steun voor te slechte plannen en begrotingen.

Voorzitter. Van meet af aan was het wegbezuinigen van leren omzien naar elkaar, van de maatschappelijke diensttijd, ons een doorn in het oog. Het was een echte afknapper. Deze blijft gelukkig behouden. Jongeren zetten zich in voor de samenleving bij Defensie, in de zorg. Ze leren waar ze goed in zijn en hoe ze iets kunnen doen voor een ander. Daar knapt de samenleving van op. Er gaat een streep door de langstudeerboete, een onbarmhartige maatregel in een ongenadige tijd. Studenten verdienen ruimte voor mantelzorg of een bestuursjaar, of voor als het leven soms tegenzit. Sowieso blijven onderwijsinstellingen hierdoor verschoond van een praktisch onuitvoerbare maatregel. Het vormingsonderwijs blijft behouden, passend bij de onderwijsvrijheid in ons land. Het o zo belangrijke praktijkonderwijs blijft overend. Doorstroming stimuleren we nog steeds. Al moeten we naar een houdbaar onderwijsstelsel waarbij de instroom van internationale studenten wordt beperkt, kleine onderwijsinstellingen mogen niet omvallen, zeker niet als ze van groot belang zijn voor een regio. Ook dat staat in het akkoord en is goed nieuws voor regio's als Zeeland, Groningen en Twente. Met deze maatregel telt elke regio gelukkig weer mee.

Een slechte begroting wordt minder slecht. We staan er niet bij te juichen. We snappen dat de bezuinigingen die wel plaatsvinden, voor teleurstelling zorgen en pijn doen. Ik heb het over waardevolle regelingen die alsnog worden geschrapt of beperkt en over blijvende bezuinigingen op het gebied van onderzoek en wetenschap. Tegelijk geldt dat, sinds ik Kamerlid mag zijn — dat is vanaf 2021 — op Defensie en de sociale zekerheid na, geen begroting er beleidsmatig zoveel budget bij heeft gekregen als de OCW-begroting. Dat is zeer terecht, want het gaat om de toekomst van mensen, van kinderen en van ons land. Tegelijkertijd zet de resterende forse ombuiging van 1,25 miljard deze gegevens in een ander licht na de structurele investeringen in OCW via de coalitieakkoorden van Rutte III, met 1,76 miljard, en Rutte IV, met 4,7 miljard in 2021. Dat was precies dat jaar dat ik hier dit mooie werk mocht gaan doen. De rekening wordt grotendeels gedekt met verantwoorde bezuinigingen van vrijvallende posten via een ingreep bij medisch specialisten en een belasting op die vermaledijde vapes. Dit is hoe de ChristenUnie constructief oppositie voert. Dat doen we niet om dit kabinet in de lucht te houden, maar wel om voorstellen te verbeteren. Daarom bleven we niet in onze bankjes zitten om eenvoudig, simpel tegen te stemmen, maar stonden we op voor de toekomst van onze jongeren, voor de toekomst van leraren en voor de toekomst van de samenleving.

Interrupties en reactie Pieter:

De heer Ergin (DENK):
Toen ik zo de heer ... De ChristenUnie ...

De voorzitter:
Grinwis is de naam.

De heer Ergin (DENK):
De heer Grinwis, ja. Herstel, opnieuw. Toen ik de heer Grinwis zo overtuigend, zo zeker van zijn zaak hoorde praten, dacht ik aan een advies van zijn fractievoorzitter aan de minister, de heer Bruins. Daarin zei zij: de ChristenUnie heeft oud-Kamerlid Eppo Bruins ten stelligste afgeraden om minister te worden in het nieuwe kabinet. Maar nu zie ik dat de ChristenUnie weliswaar niet met de minister, maar met de steunende partijen in gesprek is gegaan, onder andere met de PVV, over de onderwijsbegroting en over andere begrotingen. Welke ChristenUnie moet ik nou geloven? De ChristenUnie die een heel ferme principiële houding heeft en zegt "ga nou niet met hen in zee, want wij gaan ook niet met dit kabinet in zee"? Aan de andere kant doet ze dat zelf een paar maanden later wel. Welke ChristenUnie moet ik nou geloven, zou ik aan de heer Grinwis willen vragen.

De heer Grinwis (ChristenUnie):
De ChristenUnie is een partij uit één stuk, maar de werkelijkheid is niet zwart-wit. De ChristenUnie heeft nog steeds dezelfde houding als het gaat om samenwerking met de PVV, en dus gaan wij niet in een kabinet zitten met de PVV daarin. Maar als we voorstellen voorgelegd krijgen, gaan we die inhoudelijk wegen, stevig, kritisch en constructief. En als wij kans zien om die voorstellen te verbeteren, zullen wij die kans niet laten liggen. Dan komen we dus uit onze bankjes en gaan we, als het nodig is, praten, zelfs op de kamer van de heer Wilders, om die voorstellen te verbeteren. Dat is wat wij hebben gedaan. De kans was net zo goed aanwezig dat wij er niet uit waren gekomen, dat de verbetering in onze ogen niet voldoende was om uiteindelijk een gewijzigd amendement in te dienen en voor deze begroting te stemmen. Dan hadden we gewoon tegen de begroting gestemd. Dat gaan we ook bij een aantal begrotingen doen waarbij we onvoldoende kans hebben gezien om die begroting zodanig te verbeteren dat we die kunnen dragen. Zo gaan wij om met voorstellen: kritisch, stevig en constructief.

De heer Ergin (DENK):
Als ik het antwoord van de heer Grinwis zo hoor, dan begrijp ik de woorden van mevrouw Bikker, zijn fractievoorzitter, dat "de onderhandelende partijen naar elkaar toe aan het groeien waren", veel beter. Ik zie dat de ChristenUnie langzaam opschuift van een principiële nee, een principiële afstand, naar een gedoogconstructie. Dat vind ik heel gevaarlijk. Ik had het ook niet verwacht van de ChristenUnie. Dat noemen we in de Kamer natuurlijk geen "gedoogconstructie" maar "constructieve politiek", terwijl het gewoon keihard gedogen is. De ChristenUnie is op dit moment Wilders aan het gedogen. Ik hoor nu de term "bedrijfspoedel" links van mij in de zaal vallen. We kunnen er lacherig over doen, maar wat ik hier vooral zie gebeuren, is dat de ChristenUnie kiest voor machtspolitiek, in plaats van voor politiek op basis van overtuiging, politiek op basis van principes. Daarmee maakt zij normaal wat niet normaal is, en wat nooit normaal mag zijn, namelijk een extreemrechtse partij in het kabinet.

De heer Grinwis (ChristenUnie):
Collega Ergin van DENK ziet spoken. Hij mag wat mij betreft de hele beestenbende bij hemzelf thuis laten. Wij benaderen elk voorstel kritisch en constructief. Zo gaan wij de wedstrijd in. We proberen te verbeteren wat mogelijk is. Als dat niet mogelijk is, stemmen we tegen. Dat is de stijl van politiek bedrijven van de ChristenUnie. Dat zegt niks over met wie je wel of niet in een kabinet gaat zitten, met wie je wel of niet gaat regeren. Het zegt iets over hoe je taakopvatting is ten aanzien van voorstellen hier in dit huis. Daarin zijn wij aangesteld als controleur, volksvertegenwoordiger en medewetgever. Dit is onze taakopvatting en die is inderdaad gans anders dan die van DENK.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Ik onderdruk de neiging, omdat het de hele tijd over poedels gaat, om iets te zeggen over een oppositie die niet alleen zou moeten blaffen, maar ook zou moeten bijten. Maar mijn vraag is hoe de ChristenUnie dit dan uiteindelijk weegt. Ik hoor de ChristenUnie net als het CDA heel keurig zeggen dat het slecht was en dat het nu minder slecht is. Dat betekent dat het nog steeds een slechte begroting is. De fractievoorzitter van de ChristenUnie heeft gezegd: als het tegen onze waarden is, stemmen wij tegen. Samen met de rest van de oppositie hadden we al die bezuinigingen ongedaan kunnen maken. Nu blijft er toch 1,2 miljard staan, waaronder bezuinigen op het bestrijden van kansenongelijkheid. Dus dat begrijp ik niet zo goed. Dat lijkt me in strijd met de waarden van de ChristenUnie. Dan lijkt het me dat de ChristenUnie alsnog, samen met de rest van de oppositie, moet zeggen: "Weet je wat, we doen het niet. Het blijft een slechte begroting. Het is tegen onze waarden. We trekken samen op om die hele bezuiniging ongedaan te maken." Waarom doet de ChristenUnie dat niet?

De heer Grinwis (ChristenUnie):
Omdat je een afweging moet maken over elke begroting, elk begrotingsdocument. Het gaat om miljarden. Het gaat om een totaalplaatje. De totale hoeveelheid begrotingshoofdstukken waar we straks over gaan stemmen, vertegenwoordigt een hoeveelheid geld. Dat moet opgebracht worden door de belastingbetalers. Op dit moment slaat dat uit het lood. Zeker op de langere termijn zie je dat ons begrotingstekort verder oploopt, en oploopt en oploopt, terwijl we tegelijkertijd een heel hoge inflatie hebben. Er is dus reden om op dit moment in te grijpen in de begroting. Ja, daarvoor kijkt de ChristenUnie naar belastingverhogingen waar dat kan en waar dat nodig is. Daar hebben wij goede ideeën over. Maar wij zijn ook bereid om niet alleen naar de belastingkant of de inkomstenkant van de begroting te kijken, maar ook naar de uitgavenkant. Daarbij zijn wij dus bereid — dat is niet zomaar, maar na ampel beraad — om inderdaad een aantal bezuinigingen, ook op de Onderwijsbegroting, maar ook op andere begrotingen, voor onze kap te nemen, tenzij de kloof te groot is. Hier hebben we de kloof kleiner kunnen maken, zodanig dat wij vanavond voor deze begroting kunnen stemmen. Het is niet dat we erbij staan te juichen, maar we zien wel dat dit een verantwoorde afweging is in het geheel van beschikbare middelen, de belastingdruk die we hebben, hoeveel belastingen we nog extra kunnen verhogen en de overheidsfinanciën, want ook mevrouw Ouwehand zal uiteindelijk die begroting rond moet krijgen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Maar de begroting zoals die er nu ligt, bevat nog steeds elementen die indruisen tegen de waarden van de ChristenUnie. Kijk, dan moet je niet zeggen: als het ingaat tegen onze waarden, dan stemmen we tegen. Volgens mij verleent de ChristenUnie vanavond namelijk gewoon steun aan een begroting waarin 1,2 miljard wordt bezuinigd, waaronder op de bestrijding van kansenongelijkheid. Ik had er toch eigenlijk wel op gerekend dat de ChristenUnie dat niet zou steunen.

De heer Grinwis (ChristenUnie):
Als mevrouw Ouwehand naar onze tegenbegroting had gekeken, dan had zij gezien waar wij vanuit onze waarden de prioriteiten hebben gelegd bij deze begrotingsronde. Dat is namelijk bij het behoud van het omzien naar elkaar, het leren omzien naar elkaar bij onze jongeren, namelijk de maatschappelijke diensttijd. Dat is ook bij het terugdraaien van die vermaledijde langstudeerboete. Dat is ook bij een aantal andere maatregelen, die je ook terugziet, zoals dat we praktijkleren nooit het kind van de rekening mogen laten worden of bijvoorbeeld het doorstromen van kinderen — dat is ook goed voor de kansengelijkheid — van het ene niveau naar het andere niveau. Als ze dat dus in principe kunnen, willen we ze daar graag de kans toe geven. Dan resteren er inderdaad nog steeds een heleboel bezuinigingen, maar we hebben ons inderdaad juist vanuit onze waarden ingezet voor maatregelen zoals de maatschappelijke diensttijd, godsdienstonderwijs en levensbeschouwelijk vormend onderwijs op openbare scholen, en het terugdraaien van de langstudeerboete.

De voorzitter:
45 seconden voor de heer Dassen.

De heer Dassen (Volt):
Ja, voorzitter.

Ik hoorde de heer Grinwis net aangeven dat hij ontzettend blij of in ieder geval tevreden was omdat er sinds 2021 niet zo veel geld bij een begroting is bijgeplust. Maar ik was benieuwd of de heer Grinwis kan aangeven of er in de afgelopen drie jaar dan een begroting is geweest waarbij er zo veel van af is gegaan.

De heer Grinwis (ChristenUnie):
Ik word hier niet juist geciteerd of de heer Dassen citeert iemand anders. Ik heb de woorden "blij" of "tevreden" of wat dan ook allemaal niet in mijn mond genomen. Ik heb gezegd dat we iets wat slecht was, minder slecht hebben gemaakt en dat iets wat een zware voldoende was, nu een beter cijfer krijgt.

Ik heb inderdaad ook het volgende gezegd. Vergelijk dit bijvoorbeeld eens met het moment waarop ik hier de Kamer in mocht stappen. Dat was overigens tegelijk met de heer Dassen. Als je dan alle begrotingen op een rijtje zet en kijkt naar hoeveel geld er beleidsmatig, zoals we dat noemen, is bijgeplust of opgeplust, dan zie je dat na de sociale zekerheid en Defensie, OCW de begroting is waar het meeste geld is bij gegaan, ook na de korting van dit kabinet.

De heer Dassen (Volt):
Excuus als ik de heer Grinwis verkeerd geciteerd heb. "Minder slecht", zegt hij. Ook goed.

Maar dan nog één vraag, want ik ben even benieuwd naar iets. Hij noemde het een paar keer: het ging van een vette onvoldoende naar een beter cijfer. Maar hij heeft een ondernemersnotitie geschreven. Een van de randvoorwaarden die hij daarin heeft opgeschreven, is dat het noodzakelijk is dat er beter onderwijs is om ook te zorgen dat er meer innovatie is. Dat is precies de waarschuwing die op dit moment vanuit alle hoeken wordt gegeven: doe dit het onderwijs niet aan, maar zorg er ook zeker voor dat je deze bezuinigingen op innovatie niet doorvoert, want dit raakt aan ons ondernemerschap en aan ons toekomstig verdienvermogen. Er is inmiddels ook een groot rapport in Europa dat zegt: doe dit niet. Maar Nederland doet dit wel. Mijn vraag aan de heer Grinwis is als volgt. U zegt dat het van een vette onvoldoende naar een beter cijfer is gegaan. Wat is dan volgens de heer Grinwis nu dat betere cijfer?

De heer Grinwis (ChristenUnie):
Mag ik toch eerst memoreren dat ik het toch geweldig vind dat de heer Dassen onze ondernemersnotitie heeft gelezen? Dat kan ik iedereen aanbevelen, want daar staan inderdaad goede voorstellen in, zoals het voorstel dat de heer Dassen nu aanhaalt. Dat gaat trouwens niet alleen over investeringen vanuit overheden, maar natuurlijk ook over investeringen vanuit het bedrijfsleven. Dat gaat dus over de totale uitgaven in een economie die je aan R&D en innovatie besteedt, zoals de heer Dassen ook weet. Natuurlijk, als een van de partijen besluit minder te investeren in innovatie, dan draagt dat niet bij aan het doel. Dat zie ik. Daarom blijven wij knokken voor een betere OCW-begroting. Dat hebben we nu gedaan met, me dunkt, een historische stap van 750 miljoen erbij c.q. minder bezuinigingen dan het voorstel dat was voorgelegd door het kabinet. En bij de volgende begrotingsbehandeling zal de heer Dassen mij weer aan zijn zijde vinden om te strijden voor een betere OCW-begroting en ook voor beter onderzoeks- en innovatiebeleid. Er is ook een amendement aangenomen van mevrouw Van Dijk en mij over extra geld voor de Wbso-regeling, wat ook weer bijdraagt aan innovatie. Dat is ook een voorbeeld.

Een cijfer? Ja, het is een beter cijfer. Is het een krappe voldoende? Uiteindelijk zullen wij als ChristenUniefractie, alles overwegende en gelet op het resultaat dat we wel hebben kunnen boeken, voor de begroting stemmen. Daarmee is het misschien net aan voldoende. Maar we zijn niet tevreden en volgend jaar staan we dan ook weer schouder aan schouder voor een betere begroting.

Tags: