Jouw vrijheid, onze missie

20240316-CU-Congres-Apeldoorn-lowres-27.jpg
Portret Mirjam Bikker in vierkant.jpg
Blog by Mirjam Bikker on March 16, 2024 at 3:45 PM

Jouw vrijheid, onze missie

Speech Mirjam Bikker op het partijcongres van 16 maart 2024

Vrienden,

Dank jullie wel. Wat mooi om elkaar hier weer te treffen in Apeldoorn. Ik heb er zin in. Het is mooi om hier te zijn en ik wil jullie allemaal bedanken dat je gekomen bent op deze dag. Ondertussen weet ik dat ontzettend veel partijgenoten actief zijn voor Nederland Doet. Dank jullie wel daarvoor, maar vooral dank aan al die vrijwilligers die dat dag in en dag uit doen. Dat wil ik aan het begin gezegd hebben, want ik weet zeker dat ik dat in het vuur van mijn betoog zal gaan missen. Wij hebben jullie gezien en dankjewel!

Vrienden,

Laat ik er geen doekjes om winden, wat is er ontzettend veel gebeurd sinds het vorige congres en al helemaal sinds het vorige congres hier in Apeldoorn. Waar we het hadden over migratie, waar we een missionair kabinet hadden. En het laatste congres, waar we de lijst vaststelden, want er was wat gebeurd. Het kabinet was gevallen. We hielden onze rug recht, omdat we wisten wat ons ten diepste drijft, altijd omzien naar die ene. Kinderen horen bij hun ouders, dat zullen we niet opgeven. Ja we zullen staan, daar waar het echt op aankomt, daar waar het nodig is om migratie aan te pakken. Dat is nodig in dit land, maar niet met het opgeven van onze diepste idealen. Het doet nog steeds pijn dat het kabinet toen viel, maar daarna zijn we stevig aan de slag gegaan. We hebben een verkiezingsprogramma vastgesteld. Er is een prachtige lijst gekomen en een topper van een campagneleider. En we zijn aan de slag gegaan. Maar we hebben ook gezien wat er is gebeurd, in onze partij, in ons land en in de wereld.

Ik denk dat we dat allemaal voelen, zoals we hier zitten. Ik voel het zelf ook. Ik merk het in de gesprekken op zoveel plekken in het land. Ook mooi om gezichten terug te zien, vanuit Meppel, vanuit Tholen en vanuit Amersfoort. Ik weet ook dat er heel veel meekijken vanuit Zeeland, en dat begrijp ik als we in Apeldoorn zitten. We wisselen de bijeenkomsten natuurlijk wat af. En ja, dat doet pijn. We gaan het uiteraard ook hebben over de formatie en de situatie van Nederland. Daar heb ik ook wat gedachten bij. We gaan het ook hebben over de Russische dreiging. Daar is al veel over gesproken vanmorgen.

Maar ik wil hier beginnen, bij jullie, bij ons hier in Apeldoorn, waar een heel aantal van jullie in de afgelopen campagne zolen heeft versleten in het campagnevoeren. Op al die markten, in de straten, tijdens het flyeren, het voeren van gesprekken, tijdens werkbezoeken en wat niet meer. Met vuur voor de boodschap van christelijke politiek die uiteindelijk draait om de navolging van Christus, die gestalte krijgt op al die plekken waar christelijke politici zijn geplaatst om het verschil te maken.

Met dat vuur zijn we op pad gegaan en heel eerlijk, dan doet de uitslag pijn. En nog steeds spreken we allemaal mensen die uitleggen waarom ze deze keer wel op de ChristenUnie hebben gestemd en soms ook niet. En dan doet het zetelverlies pijn, maar meer nog de feedback. De feedback die de verkiezingsuitslag ons geeft en ook de feedback die deze uitslag aan de landelijke politiek als geheel geeft, en heeft geresulteerd in de grote verschuivingen die we gezien hebben: een enorm grote PVV met 37 zetels, en een klein confessioneel blok. Er is wat veranderd in ons land.

Daarom vonden we het belangrijk om eerst met jullie het gesprek te voeren. Tijdens de ledenavonden heb ik van velen van jullie gehoord over de Rutte-zigzag bij de laatste kabinetsdeelname. Eerst zouden we niet, toen toch wél. Dat heeft voor onbegrip gezorgd bij veel kiezers, die van de ChristenUnie juist een consistente lijn verwachten. En nee, het is ook geen goed huwelijk geworden, dat Rutte-IV. Toen we het besluit namen, om na acht maanden stilstand in de formatie, toch die handschoen op te pakken, toen wisten we al dat hier geen bloemetjes op zouden volgen.

Voor onze eigen club, voor onze eigen partij was het beter om het niet te doen. Pieter, Don en ik, als vers gestarte Kamerleden, konden best wel wennen aan het idee van constructief oppositie voeren. Met onze eigen visie, onze eigen plannen, opkomen voor personeel in de zorg, voor woningzoekenden, voor huurders en we waren er zelf al mee begonnen. Maar wanneer een land te lang niet bestuurd wordt, neemt de druk ook wel toe – en ook het besef van verantwoordelijkheid. En die verantwoordelijkheid voelen ook wij dan toch altijd weer. En daarom hebben we destijds gezamenlijk, in Den Haag, met elkaar, maar ook als partij in de breedte, deze zware hypotheek genomen. En geloof me, als we alleen in het partijbelang hadden gedacht, dan hadden we die stap niet gezet. Want het was een van de zwaarste stappen die we konden zetten. Maar we probeerden het landsbelang voor ogen te houden, of zoals Gert-Jan het zei: een laatste kans voor het midden. En ik zou willen dat dit minder waar was dan dat het gebleken is.

We voelden óók als ChristenUnie hoe het kraakte in de politieke cultuur, in de uitvoering – denk aan die toeslagenschandalen, we wilden ontzettend graag juist daar recht brengen. Die vele jaren van neoliberale politiek, van doorgeslagen efficiency-denken, waar de burger enkel een klant is en de overheid steeds meer wordt gemanaged, na de gevolgen van de privatisering, van de liberalisering van collectieve taken in de jaren er voor. Ze ontnamen de overheid op zoveel plekken de kennis en op zoveel plekken de waardering voor mensen in de uitvoering. Ik moet bijvoorbeeld denken aan die belastinginspecteur, die op bezoek gaat en kan onderscheiden wat een fout is en wat fraude. Bij een kopje koffie spreek je door wat het foutje is en er volgt natuurlijk wel een stevige sanctie als er fraude is. Te vaak zijn we in een soort efficiency geraakt van alleen wetgeving, waar ook juist onze mensen in de uitvoering niet meer hun professie konden gebruiken. Denk aan de ellendige toeslagen, waarvan we als ChristenUnie al jarenlang zeggen: die moeten we afschaffen. Als er iets is waar de ChristenUnie altijd voor in vuur en vlam heeft gestaan, dan is het wel het brengen van recht, van gerechtigheid, dat laten stromen. En wat is het dan onverteerbaar, ook als we in ons land kijken, dat een toeslagenschandaal wat in 2003 begon, pas in 2021 uiteindelijk erkenning kreeg. Hoe taai blijkt het om wat krom is gegroeid weer recht te buigen.

Twee weken geleden sprak ik met Nathalie en Regina. Twee dappere vrouwen, die heel veel houden van hun gezin, van hun werk, van hun omgeving, die daar van alles doen. Twee vrouwen die al jarenlang helemaal klem zijn gelopen, zijn vermorzeld door de toeslagenaffaire die maar niet over lijkt te gaan. En elke poging tot herstel gaf eigenlijk weer nieuwe ellende. Een nieuwe gang naar de rechter, nieuw wachten op processtukken, nieuw wachten op, ja, wat. Er wordt gevraagd om stukken van tien jaar geleden of een nieuwe regeling komt of hij komt toch niet en ga zo maar door. En wat dat betekende voor hen, voor hun gezinnen, voor kinderen die jarenlang zijn opgegroeid in stress, in armoede. Onverteerbaar. De strijd van Nathalie en Regina en zoveel meer mensen confronteert ons met een overheid die, ondanks wetgeving en ondanks een rechtstaat met de machten die we kennen om te bevorderen dat er recht is, toch geen recht heeft kunnen brengen. Het tegenovergestelde zelfs. Het confronteert ons dat de weg naar een omkeer, taai en lang is.

We wisten en we weten ook nu, dat een zorgvuldige verandering van de overheid, van het oplossen van de metaalmoeheid, ook om een lange adem zou vragen. Maar dat het zó lang zou duren en dat het zo lastig is dat je een overheid naast je ervaart, nee, dat was niet onze inzet. En dat zien we op meer plekken, hoe lastig het is om wat krom is recht te krijgen. Van de hersteloperaties tot aan grondgebonden boeren waar Brussel onverbiddelijk is. Ik weet hoe we knokken om het verschil te laten zien. We zien dat, ondanks die inzet, ondanks zoeken naar verbetering, dat we tegelijk onderdeel zijn geworden van een landsbestuur, ook in het beeld van vele kiezers, waarin regelgeving geen recht brengt, waarin mensen stuiten op kilheid en op een gebrek aan menselijke maat. Terwijl het ons juist om die nabijheid en een overheid die een ander ziet staan te doen is. Een overheid die naast mensen staat. Die er ook is voor die ene, die vastloopt.

Die omkeer zoeken we voor die éne, maar ook voor al die plekken waar mensen werken, hun boterham verdienen en samenleven. Voor de vrijheid van christelijke scholen, de ruimte voor ouderenzorg in een geïndividualiseerd land, de aanpak van het migratievraagstuk, waarin asielmigratie steeds alleen in de aandacht staat, terwijl, u zag het ook deze week, wat er misgaat bij arbeidsmigratie. Voor een betere omgang met de schepping, op een manier die de industrie niet naar China jaagt en daar laat vervuilen, maar juist groen laat innoveren.

En over die idealen wil ik volstrekt helder zijn: die waren en die zijn niet onderhandelbaar. De ChristenUnie is daarin onveranderd. En wat is het juist daarom ook goed om nu een nieuwe fase in te gaan. Een fase waarin we ons niet meer te verhouden hebben tot hoe we telkens opnieuw weer tot een compromis zijn gekomen. Want ja, natuurlijk, die idealen staan, maar je ziet allemaal dat compromis waar we hard voor hebben geknokt en waar je een stap ten goede zet. Maar het is nooit zo puur als het ideaal waar je als partij mee bent begonnen. Juist daarom vind ik het belangrijk dat we nu dat verhaal van vrede zoeken en recht brengen blijven vertellen. Vanzelfsprekend, we hebben nog een demissionair kabinet en er zijn heel veel momenten dat ik dit Haagse team gigantisch gaan missen. Wat hebben we samen ook heel veel kunnen doen. Ook een hele hoop dingen die nu niet zichtbaar zijn. Ook een hele hoop dingen achter de schermen. En ik weet dat jullie, Carola, Piet en Maarten, daarvoor wellicht ook nooit de waardering zullen krijgen die jullie verdienen. Het is gezien, het is niet onopgemerkt gebleven. Dankjewel! En ik zou jullie willen zeggen, optrekken met deze kanjers gun je echt iedereen. Toch willen we op enig moment wel af van het demissionaire kabinet heb ik begrepen. Dat zijn mensen die keihard werken, zoekend naar het goede in de moeilijke wirwar van deze tijd. Die ook als het taai is, volhouden, om armoede te voorkomen, om telkens weer oog te hebben voor boeren en vissers in deze heftige tijden, om op te komen voor kinderen in de knel. En zolang dit demissionaire kabinet er zit, weet ik dat ze er ook voor blijven gaan, trouw zijn, blijven dragen, blijven dienen. Dank jullie wel.

Tijdens de vele gesprekken met jullie, met partijgenoten, met ChristenUnie-stemmers, op al die avonden, was het ook mooi dat we vooruit gingen kijken. En dan merk je eigenlijk ook in het verschil, zelfs als je terugblikt en daar een verschillende kijk op hebt, vind je elkaar ook weer aan die tafel. Met maar een wens: hoe kan ik God dienen op mijn plek? Hoe kan ik dat doen op de plek waar ik geplaatst ben? In mijn huis, op mijn werk, in de plaats waar ik woon, hoe kan ik daar het goede zoeken? Ik vond het zo prachtig om echt de hele trouwe partijleden, sommige ken ik al uit de tijd dat ik voor mijn vader foldertjes rondbracht in Nunspeet als tiener, weer terug te zien en nieuwe leden aan tafel te treffen, allebei met hetzelfde verlangen. Zoekend, hoe kunnen wij God dienen in deze tijd en op onze plek. En ja, we hebben lessen te trekken als partij. Ankie refereerde daar aan. En ja, wij staan aan de lat, ook politiek, om die les te laten zien: van minder Den Haag, van minder beleidstorens, waar je van alles bedenkt voor het land. Van veel meer Den Helder, van veel meer Harderwijk en veel meer van de tekentafel naar de keukentafel, terug naar de voeten in de klei, het gesprek voeren met wat mensen tegenkomen in plaats van dat Den Haag alleen verzint hoe het zou moeten gaan. Helder en herkenbaar. In woorden en in daden. En dan zal het ook zo zijn dat een kleinere fractie met toch wel een stuk minder coalitieoverleggen – ik kan niet anders zeggen als ik naar de beide heren kijk – ook veel meer tijd heeft om het land in te gaan. Om bij jullie, juist te midden van jullie te zijn, en dat terug te brengen naar Den Haag. De ChristenUnie heeft er heel goed weet van dat het daar begint. Maar ook dat al onze plannen, misschien dat we dat in de afgelopen zes jaar wel eens extra stevig onder ogen hebben moeten zien, dat het niet maakbaar is en dat we dat ook niet moeten suggereren. Dat je niet alles van een overheid kan verlangen, juist niet. Het begint in de samenleving. En dat daar waar de overheid wel is, dat we opnieuw het woord RECHTVAARDIGHEID met hoofdletters schrijven. Dat we ons tomeloos blijven inzetten, ook als het taai is, ook als het veel langer duurt dan we gedacht hadden, voor hen die het niet redden. Voor hen die een overheid onterecht tegenover zich hebben gevonden. Voor hen die onrecht ervaren in hun leven. Dat betekent voor mij ook juist een grote inzet voor de ruimte voor ondernemers, die elke dag juist zoveel mensen een boterham bieden, die ook met creativiteit het goede tot stand brengen in de samenleving. Ik denk dat jullie allemaal, in je eigen dorp en in je eigen stad, plekken kunnen noemen waar dat gebeurt. Zodat juist eigenlijk de bakker, de boer, de bouwer, de installateur, de machinebouwer, dat zij ergens ook met elkaar beseffen: als we samen niet dat brood bakken, kunnen we het ook niet verdelen. En dat neem ik mee uit al die gesprekken. Het begint ermee, hoe zijn wij een gemeenschap die voor elkaar kan zorgen, waar je kan werken, waar je in veiligheid kan leven. En hoe zijn we een gemeenschap waar we onrecht telkens opnieuw laten zullen opstappen. In ons land kan dat. Vanuit je diepste drijfveren kan dat. Ook met drie zetels, ook als we terug gaan, dan kan dat.

Als we dan, we hadden vanochtend het programma waarbij we juist ook keken naar over onze grenzen, als we dan kijken voorbij onze eigen landsgrenzen, dan beseffen we ineens hoe kostbaar én kwetsbaar dat is. En misschien wel dat onze verkiezingen soms ook wel heel erg gaan over wat wij hier nu in ons eigen leventje ervaren, maar dat het kan bij de gratie van vrede en van veiligheid. En er staat internationaal nogal wat op het spel. Denk aan Poetin, aan de oostgrens van Europa. De oorlog in Oekraïne bepaalt ons erbij dat Poetin de tijd heeft en dat hij heel goed ziet dat er verkiezingen in andere Europese landen die in zijn voordeel kunnen werken. En dan hebben we het nog niet eens gehad over Amerika. Dat bepaalt ons bij de vraag: hoeveel mag de oorlog in Oekraïne ons kosten?

Afgelopen donderdag hadden we dat debat in de Tweede Kamer, over de staat van de oorlog in Europa, al twee jaar sinds de inval. En in een voorbereiding van dat debat werd ik er opnieuw bij bepaald hoe diep de christelijke waarden zijn, waarop Europa is gefundeerd. Van vrijheid, van verantwoordelijkheid voor elkaar, van een plek van minderheden en van het besef dat als jij de ander in de ogen kijkt en het goede zoekt voor elkaar, dat je dan de vrede kunt dienen. Die vrijheid, die we jarenlang hebben kunnen koesteren op ons continent, mijn eerste herinnering is zo’n beetje de val van de muur, dus ik weet bijna niet anders, die vrijheid verdient alle bescherming. Dat is geen vrijheid van ieder voor zich, maar een vrijheid zoals God het gegeven heeft om tot bloei te komen, om de ander tot bloei te brengen. Niet een vrijheid voor de meerderheid, maar juist voor alle minderheden.

De ChristenUnie zal pal staan voor die vrijheid. In een steeds verder seculariserend Europa zien we dat niet vanzelfsprekend is, maar wij zullen daar pal voor staan. Want we zien enerzijds de gevolgen van een Woke-cultuur. Als op een achternamiddag, zelfs in Nederland, het woord ‘moeder’ uit een wettekst lijkt te worden geschrapt, dan verliest de overheid eerlijk gezegd toch wel een beetje het contact met de realiteit. Mam, ik ben blij dat je er bent. Als we zien, Anja had het er net al over, wat er in Frankrijk gebeurt en ook wat er geregeld in het Europees parlement benoemd wordt, alsof een recht op abortus in ons Handvest zou moeten komen te staan, dan zien we dat dood in plaats van het leven voorop wordt gesteld. En dat is niet waar die christelijke vrijheid over gaat, dat zijn niet onze diepste waarden.

Een christelijk-sociale politiek is daarom voor mij ook regelmatig een kritiek op de tijdsgeest. Onze Grondwet beschermt het goede samenleven, het leven zelf, juist van degenen die niet kunnen spreken voor zichzelf, van rechten die onder druk staan als de meerderheid de opinie wil bepalen. Daarom staat de ChristenUnie voor de democratische rechtsstaat. Dat doet Anja in Europa. En jij, Anja, jij ziet dat als geen ander. Jij merkt het op en je benoemt het en dankjewel daarvoor. Wat gaan we ervoor knokken dat je die strijd op al die fronten ook door kan zetten.

Want om diezelfde reden is ook het rechtspopulisme minstens zo’n bedreiging voor de samenleving. Want waar het “Wokisme” de opvatting van de enkeling tot regel verklaart voor iedereen, daar wekt het rechtspopulisme heel vaak de indruk dat als ‘het volk’ het wil, alles daarvoor moet wijken. Zonder oog voor minderheden, zonder oog voor rechtsbescherming, zonder oog voor instituties, zonder oog voor wie bescherming verdient en dat zelf niet zal zeggen.

En daarom wil ik hier met nadruk zeggen dat christelijk-sociale politiek niet buigt voor links-elitair ‘Wokisme’ en ook niet buigt voor rechts-populisme waar telkens maar weer de meerderheid alles zou moeten bepalen. Nee, wij gaan niet voor dat simplisme. Wij kiezen voor een samenleving, voor een vrijheid, waar juist minderheden tot bloei kunnen komen. Daar zijn we dienstbaar aan. Wij kiezen voor al die mooie verbanden, van een overheid die juist weet heeft van een vrijheid van onderwijs, waar ouders zelf het beste kunnen zoeken voor hun kind en zo ook juist onderwijzers les kunnen geven vanuit hun diepste waarden. Wij kiezen voor de ruimte van verbanden van gezinnen, van scholen, van kerken, van coöperaties. Ik zag gisteren nog zo’n mooi voorbeeld van energiecoöperaties die samen juist kiezen voor een andere toekomst. Daar staan wij voor. Dat is christelijk-sociaal denken en als we dat niet doorhebben, kijken we soms alleen maar naar rechts en of naar links in de zin van is dat een bedreiging. Daar moeten we niet mee beginnen. Wij beginnen vanuit die diepste waarden, omdat we zo goed weten dat als wij goed samenleven, dat dat de vrede zal dienen en dat dat vrijheid zal brengen.

Juist in deze tijd zal christelijk-sociale politiek aan de ene kant moeten durven blijven verbinden om dat goede samenleven te zoeken, telkens opnieuw. Want het is heel leuk om naar elkaar te schelden, om op Twitter nog eens extra de algoritmes aan te jagen waardoor je extra in beeld bent, omdat je nog eens lekker erop beukt. Maar het is niet het goede voor dit land. Het is niet het goede voor deze samenleving. Daarom zullen wij moeten blijven verbinden en aan de andere kant ook tegendraads durven blijven. Omdat we weten dat vrijheid kostbaar is. Ik heb het de afgelopen tijd vaak gehad over mijn zorg over toenemend antisemitisme. Want laten we wel wezen, als de kleinste minderheid in ons land, dat is de Joodse gemeenschap, als die zich tachtig jaar na de oorlog niet veilig weet, dan doen wij met z’n allen iets niet goed. En wij hebben de dure plicht om deze gemeenschap hier in Nederland en in Europa blijvend te beschermen voor hun vrijheid.

En ja, het is de afgelopen tijd, ook in onze partij, veel gegaan over het conflict in Gaza. Ik denk dat we allemaal met verdriet dag in dag uit het nieuws zien van het geweld, van de horror, van mensen op de vlucht en met verdriet zien dat dag in dag uit gegijzelden niet thuis zijn, hun familie op ze wacht en dat nog steeds de verkrachters en moordenaars van 7 oktober vrij rondlopen, straffeloos. Het is een dag die schreeuwt om recht. Om vrijheid voor gijzelaars. Dat betekent niet dat de ChristenUnie alles klakkeloos goedkeurt wat daarop volgde. Nee, vanzelfsprekend niet. Ook Israël heeft de hoge standaard van humanitair oorlogsrecht na te leven, en we zullen daar telkens opnieuw, op de plekken die geëigend zijn, de vragen stellen. Dat is ook de reden dat Don naar Israël ging afgelopen week. Hij heeft gesproken met de families van de gegijzelden, met de voorgangers van Palestijnse christengemeenten over de druk die zij ervaren en hoe ze zien hoe hun gemeenschap steeds verder wegkwijnt en verkruimelt. Hij heeft gesproken met de Israëlische overheid. En waarom? Omdat we verlangen naar een rechtvaardige vrede en ons daar voor zullen blijven inzetten. Dat wil ik ook uitspreken naar de velen die hier telkens opnieuw bij ons om vragen. Ja, wij zullen dag in dag uit blijven benoemen dat de gegijzelden vrij moeten komen, dat het recht moet geschieden, maar ook dat onschuldige burgers zich beschermd moeten weten en een toekomst verdienen.

Vrienden van de ChristenUnie. Ik heb veel besproken. Er staat veel op het spel. Ook in ons eigen land. En dat brengt me toch bij de formatie. Allereerst zou ik gewoon willen beginnen met een klassiek compliment. Want informateur Kim Putters heeft wel echt werk geleverd. Na 4 maanden gedoe tussen de “snerende vier”, heeft hij het belang van het land voorop weten te krijgen. En een vorm gevonden waarin in ieder geval verder gesproken wordt. Dat is goed nieuws. Want we kunnen het ons niet veroorloven om juist in deze tijd, met wat we net al wisselden, om alleen maar de blik naar binnen te blijven richten en het te hebben over wie met wie en hoe precies.

De vier partijen staan voor een grotere uitdaging dan dat. En we weten zelf maar al te goed, daarom begon ik mijn toespraak ook zo dat sommige veranderingen een kwestie van lange adem zijn. Maar dan moet je ze ook volhouden, en daarin moedig ik de formerende partijen ook nu van harte aan. Ik denk aan de woningmarkt, aan al die mensen die al heel lang wachten op een huis. U zult ze ook kennen, kinderen, familie, of misschien ben je het zelf. We hebben het spoor weer ingezet van volkshuisvesting, van gaan bouwen, van een Rijk dat ook weer regie neemt in plaats van het overlaten aan de markt alleen. Het vraag wel om volhouden. En we hebben gezegd over het armoedebeleid, dat er inzicht moet zijn wat het doet met kinderen, zodat er minder kinderen in armoede opgroeien. Maar dat vraagt wel om volhouden. Er zijn veranderingen ingezet in de jeugdzorg. Juist om ervoor te zorgen dat de kinderen die het het hardste nodig hebben niet eindeloos op de wachtlijst staan maar hulp zullen krijgen. Maar dat vraagt wel om volhouden en het goede telkens blijven zoeken. En we zijn blijven pleiten voor veranderingen in die toeslagen. De Belastingdienst kon het de afgelopen jaren niet aan om de toeslagen af te schaffen, maar het is nu wel de tijd. Het kan bijna, ze zijn er bijna aan toe.

En ik denk aan Regina en Nathalie, maar ik denk ook aan de parlementaire rapporten die zeiden: als we het niet doen, als we onze stelsels niet veranderen, dan gebeurt morgen zo’n toeslagenschandaal opnieuw. Dan is er dus maar één antwoord mogelijk voor de formerende partijen. Schaf. De. Toeslagen. Af. Het is hoog, hoog tijd dat deze affaires, deze schandalen niet meer herhaald worden. Dat vraagt een flinke investering en dat vraagt flink doorbijten. Op dat punt zullen wij aan jullie zijde staan, maar schaf die toeslagen af.

Gisteravond las ik het advies van Putters toch nog opnieuw, want het is best een uitgebreid werk. Ik las vervolgens, want ik hoorde soms nog spijt in de stem dat politiek leiders van de vier in de Kamer blijven, wat de ChristenUnie een goede keuze vindt. Het is heel goed dat je juist vanuit de Kamer bewaakt wat je belangrijk vindt. Het is heel goed dat je ruimte maakt voor het parlement. En het is heel goed om afspraken te maken op hoofdlijnen, dat is allemaal te begrijpen. Maar tegelijkertijd ook meteen een zorg. Want afspraken op hoofdlijnen zonder visie, waarbij je wel vaststelt wat je financieel gaat doen, is alles waar je geen afspraken over hebt, houden op de status quo. Eigenlijk op een beleid zonder visie. Waar de visie ontbreekt, verwildert het volk. Dat zegt de Spreuken-dichter al. Als je afspraken maakt op hoofdlijnen en geen aanpassingen maakt in het financieel kader, dan houd je de status quo. Dus als je doelen vaststelt, maar er geen gezamenlijk beeld is van welke richting je opgaat, dan baart dat me zorgen.

Want de lastige afwegingen zitten heel vaak niet op de doelen, dat hebben we zelf ook volop gezien in de afgelopen tijd, maar wel op de waarden- en belangenafwegingen die eronder horen.

Als we nu stevige financiële kaders vaststellen maar geen visie hebben, is niet helder wie de rekening moet betalen. Zijn dat de kwetsbare of de sterke schouders?

Als we ons bij migratie alleen blindstaren op een getal, maar geen visie hebben op wat voor land we willen zijn en wat voor economie we willen zijn, dan is het heel onhelder of we stevig zullen zijn op arbeidsmigratie en welk economisch effect dat heeft. Of op asielmigratie en welk humaan effect dat heeft. Kijk je naar cijfers of wat voor land je wil hebben en waar we samen naar toe willen?

Als alleen het doel staat, dan kan het doel zomaar de middelen heiligen. Bij het toeslagenschandaal stond het doel voorop en werd alles daaraan ondergeschikt gemaakt. En juist daarom zou ik het programkabinet willen vragen: kies geen boekhoudersbenadering. Begin met visie, met bezieling, met principes.

Komende woensdag hebben we het formatiedebat. Het is nu aan deze partijen. Zij gaan op zoek naar externe inhuur, waar de partijen het zelf niet in huis hebben, dat is heel verstandig, zeer verstandig. Maar laat helder zijn, dit is geen kabinet namens de ChristenUnie. Wij zijn niet aan zet. Wij zullen constructief vanuit de oppositie onze rol spelen. We gaan een fase in zonder kabinetsdeelname. En tegelijkertijd start er wel een nieuwe campagne. Richting de Europese verkiezingen. Voor de ChristenUnie heb ik net geschetst hoe belangrijk wij vrijheid vinden, hoe belangrijk christelijk-sociaal gewortelde politiek is, juist ook nu. Juist in een tijd waarin er veel op het spel staat. Laat de ChristenUnie de partij zijn die voluit staat voor die vrijheid. Tegen agressie en terreur, tegen een meerderheidsdenken vanuit rechtspopulisme of tegen een links-elitair boven alles uit heilig verklaren van de opvatting van een individu. Laat de ChristenUnie de partij zijn die staat voor vrijheid van minderheden, zodat zij zich veilig weten. Laat de ChristenUnie de partij zijn die staat voor een vrije samenleving die tot bloei komt. Waar je ook de vrijheid hebt om het net even anders te doen. In de Achterhoek leef je anders samen dan op de Veluwe, dan in Den Haag. Die vrijheid kennen wij, weten wij en zullen wij naar voren brengen. Laat de ChristenUnie de partij zijn waar zorgzaamheid geen soft woord is, maar iets wat we dagelijks blijven doen. En juist daarom zullen wij altijd weer opkomen voor goede ouderenzorg, voor goede palliatieve zorg. En juist daarom is het belangrijk dat we telkens opnieuw bedenken hoe kostbaar die vrijheid is. Laat de ChristenUnie de partij zijn van het kompas van de vrijheid.

Vrienden, ik ga afronden.

Jullie zijn vanmorgen allemaal uit bed gekomen, hebben de auto, de trein of de fiets naar Apeldoorn gepakt. Een enkeling zag ik vanmorgen vroeg al in Apeldoorn, dus die is gisteravond gekomen. Omdat je beschikbaar wilt zijn, omdat je het goede wilt zoeken voor ons land. Omdat je als lid van de ChristenUnie wil bijdragen, vrede wil zoeken, recht wil doen, hoop wil bieden. Ik wil jullie daarvoor danken. Dank jullie wel. Dank ook voor de mensen die het volhouden om op het scherm te kijken ergens. En eigenlijk wil ik jullie iets moois meegeven. Als partij zijn we door allerlei tijden heen getrokken. Ik sprak met een aantal oud-partijleiders en zij vertelden mij hoe ze eerder wel eens drie zetels haalden en de keer erna waren het er zes. Je maakt van alles mee. Die vijfentwintig jaar ChristenUnie zijn uiteindelijk nooit om de zetels gegaan. Die zijn gegaan om ons hart, om wat ons ten diepste drijft, om waarom wij elke dag toch weer ons bed uitkomen en zelfs op een prachtige zaterdag in maart hier in Apeldoorn zitten met elkaar. En juist daarom vinden jullie op jullie stoel een hart, het hart van de ChristenUnie. We gaan vandaag iets belangrijks meemaken. We hebben ons 50e partijcongres en we hebben 25 jaar ChristenUnie in het vizier. We hebben al van alles meegemaakt. Ik zie dat iedereen zin heeft het gesprek te voeren over waar je hart van klopt voor de ChristenUnie.

Ik wil jullie een ding vragen. Christelijk-sociale politiek kan niet bestaan zonder dat we als leden actief zijn en actief blijven. Vandaag heb je daarom de kans je christelijk-sociale hart te delen. Ik wil je uitnodigen om na vandaag te zoeken naar iemand in jouw omgeving waarvan je denkt: eigenlijk heeft die dat hart ook gewoon en het zou heel gaaf zijn met die persoon samen op te trekken. Deel wat je drijft binnen de ChristenUnie, waarom je zo graag actief bent. Ik sta hier nu net voor kersverse kandidaten van de lijst, dus misschien moeten jullie wel tien harten mee, maar dat terzijde. Deel dat hart en maak een ander lid.

Christelijk-sociale politiek draait niet om zetels, maar draait wel om hoe wij een samenleving willen bouwen en hoe wij van betekenis willen zijn. Dat kan alleen als we het samen doen. Vanzelf zullen wij in Den Haag ons het vuur uit de sloffen lopen om telkens opnieuw te zoeken naar recht. Om telkens opnieuw vrijheid voorop te stellen. Maar de ChristenUnie is nooit begonnen in Den Haag. De ChristenUnie is begonnen op de plek waar mensen samen zeiden: ja, wij willen het goede zoeken voor onze stad, voor ons dorp. Wij willen dat die voedselbank kan doorgaan. Wij willen dat die ondernemer juist wel een plekje hier houdt en zoveel dingen meer. Daar begint de ChristenUnie. De ChristenUnie begint dus bij jullie. Ik zou jullie willen vragen, ook de mensen die meekijken, van Katwijk tot Kampen, van Amsterdam tot Apeldoorn, doe mee! Kom op de been, omdat je bewogen bent. Zoekend naar wat de ander nodig heeft, zoekend naar vrijheid. Wetend dat onze vrijheid uiteindelijk een kostbaar geschenk is, een zegen die we krijgen. Vanuit die afhankelijkheid zullen we op weg gaan om tot zegen te zijn voor de ander. Dank jullie wel!

Tags: , ,