Over Don Ceder
Tweede Kamerlid sinds 31 maart 2021
d.ceder@tweedekamer.nl
Tweede Kamerlid sinds 31 maart 2021
d.ceder@tweedekamer.nl
Persvoorlichting: Ardjan de Boo | a.dboo@tweedekamer.nl
Gisteren debatteerde de Tweede Kamer over de gebeurtenissen in Afghanistan de afgelopen weken en maanden en het handelen van de Nederlandse overheid daarin. Het was een pittig debat, met scherpe vragen aan de vier betrokken bewindspersonen, waarin de minister van Buitenlandse Zaken en de minister van Defensie de grootste rol spelen.
De gebeurtenissen en beelden in Afghanistan hebben de wereld gechoqueerd. Ik wil allereerst mijn dank uitspreken voor de troepen, het personeel, die zich in gevaarlijke tijden zich hebben ingezet in Afghanistan en de afgelopen weken. Ik was een tijdje terug in Harskamp en ik heb daar een Afghaanse tolk gesproken die Engels met mij sprak en die zo dankbaar was en ook haar dankbaarheid nogmaals uitsprak over dat ze nog leeft en ook de inzet van Nederland in die dagen.
Kamerlid én demissionair staatssecretaris tegelijkertijd zijn, kan dat? Tot op heden is het antwoord: ja. Recente speelde de kwestie nog op: afgelopen zomer werden drie Kamerleden staatssecretaris in het demissionaire kabinet, zonder daarbij hun Kamerzetel op te geven. Deze dubbelrollen leverde terecht een discussie op in het Parlement. Want hoe kan iemand Tweede Kamerlid zijn en tegelijkertijd een functie binnen het kabinet vervullen en zichzelf controleren? Tegelijkertijd vertolken ook demissionaire bewindspersonen die ook gekozen Kamerleden zijn tijdelijk een dubbele functie. En hoewel deze uitzondering in de grondwet staat en er praktisch mee wordt omgegaan, schuurt het toch.
Afgelopen maandagavond las ik het verhaal van Sharif. Sharif is een Afghaan en werkte jarenlang als tolk voor de Nederlandse politiemissie in Afghanistan. Hij vluchtte voor de Taliban maar wist niet hoe het verder moest. Het raakte me. Want het verhaal van Sharif is niet uniek. Na een turbulent weekend in Afghanistan werd de situatie met de dag erger en waren er tal van dit soort mensen die dringend wachtte op hulp.
Een fatsoenlijk ontbijt, normale schoolspullen, warm water en een goede avondmaaltijd. Het lijkt normaal, het lijkt zo gewoon. Maar de werkelijkheid is anders. Ook in Nederland zijn er nog steeds kinderen die bijvoorbeeld zonder ontbijt naar school moeten. Kinderarmoede, het is één van de onderwerpen die mij nauw aan het hart gaat en die mijn volle aandacht vraagt. Want hoewel Nederland één van de meest welvarende landen is van Europa, groeit op dit moment één op de tien kinderen op in armoede. Kinderarmoede is een stille ramp en vraagt om aandacht en actie.
Vandaag is het Keti Koti. Dat betekent letterlijk: de ketenen zijn verbroken. Een bijzondere dag voor veel inwoners van ons koninkrijk, voor voormalige Nederlandse kolonie Suriname en ook voor mij. En op steeds meer plaatsen in Nederland lijkt er lokale aandacht en bewustwording te ontstaan voor 1 juli. Bijvoorbeeld in Zwolle maar ook in Arnhem is er dit jaar voor het eerst lokaal officieel stilgestaan bij Keti Koti.