De veevoermaatregel nader bekeken
In een klein land als Nederland is het dringen om de ruimte. Met het Programma Aanpak Stikstof (PAS) is beoogd om economie en ecologie in samenhang te ontwikkelen. De uitspraak van de Raad van State (mei 2019) heeft ons met de neus op de feiten gedrukt. Het PAS leek te mooi om waar te zijn en dat is ook zo gebleken. We hebben niet goed voor de natuur gezorgd en moeten toe naar een nieuwe balans tussen economie en ecologie.
Met de uitspraak van de Raad van State kwamen direct projecten op het gebied van woningbouw en infrastructuur stil te liggen. Om die vergunningen weer vlot te trekken, is geïnventariseerd welke maatregelen op korte termijn genomen konden worden om stikstofruimte te creëren. Daaruit zijn deze drie maatregelen naar voren gekomen:
- de verlaging van de maximum snelheid
- minder eiwit in het veevoer
- warme sanering varkenshouderij
Over de aanpassing in het veevoer is nu veel te doen onder boeren en dat begrijp ik. Dat er een ministeriële regeling is die voorschrijft wat een koe moet eten, tast boeren aan in hun vakmanschap. Als geen ander weten boeren wat ze hun vee moeten voeren en ze maken zich ongerust over de gezondheid van hun dieren.
Daarom stond en sta ik helemaal achter het initiatief van de melkveehouderij om met een alternatieve veevoer maatregel te komen. Daarvoor werd de datum van 1 juli afgesproken. Mocht het overleg geen resultaat opleveren, dan zou worden teruggevallen op de ministeriële regeling. Het is goed om te zien dat de afgelopen weken constructief overleg gevoerd is tussen ministerie en melkveehouderij en dat wederzijds begrip gegroeid is.
Toch is het niet gelukt om er samen uit te komen en daar baal ik enorm van. Natuurlijk had ik graag gezien dat er een regeling was gekomen die beter aansluit op de boerenpraktijk. Als Parlementslid kan ik echter niet zomaar de criteria van de Raad van State terzijde schuiven. En daar knelt het. Als de veevoer maatregel niet goed juridisch te borgen en handhaafbaar is, zal de rechter er – zodra er een zaak is – zeker een streep doorheen zetten. Daarmee komen direct vergunningen voor andere projecten, die stikstofruimte nodig hebben, in de knel. En dan zijn we weer terug bij af.
Nu hebben CDA en VVD een motie ingediend waarin ze bepleiten dat het PBL de ministeriële regeling en het voorstel van de sector doorrekent, evenals de optie waarbij boeren de keuze krijgen voor één van beide trajecten. Dit lijkt aantrekkelijk, maar het is goed om te beseffen dat ook het voorstel van de sector zelf van iedere melkveehouder een aanpassing van het voer vraagt. Daarbij moeten er duizenden privaatrechtelijke contracten worden gesloten tussen melkveehouders en voerleverancier die dan ook door de overheid gecontroleerd worden, om de toets van de rechter te kunnen doorstaan.
Of het nu langs de ene of de andere regeling is, we vragen de melkveehouderij om mee te doen. Dat is niet onmogelijk. We hebben het over een periode van 4 maanden waarin een reductie van 0,2 kiloton op een totaal van 280 kiloton gerealiseerd moet worden. Natuurlijk mag diergezondheid niet in de knel komen en daarom is in de ministeriële regeling een uitzonderingsbepaling daarvoor opgenomen. De komende weken worden gebruikt om in overleg met experts van o.a. diergeneeskunde te kijken of er nog aanvullende maatregelen nodig zijn.
Eind augustus zal het PBL komen met de doorrekeningen. Dat is later dan ik had gewild en ik had boeren graag eerder duidelijkheid willen geven. Het is belangrijk dat zij hun voorraden op orde hebben en zich voorbereiden op 1 september, de datum dat er een regeling ingaat.
Tegelijkertijd wil ik graag de blik vooruit richten en samen met de sector werken aan een nieuwe regeling vanaf januari 2021. De regeling die dan ingaat zal beter aansluiten bij de boerenpraktijk. De Tweede Kamer heeft daarover ook een motie van mijn hand aangenomen. Er is dan ook ruimte voor minder knellende regels, omdat vanaf volgend jaar gewerkt wordt aan maatregelen om de totale ‘stikstofdeken’ boven ons land te verminderen. Stikstof ‘leverancier’ is niet alleen de landbouw, maar ook de zee- en binnenvaart, de industrie, de bouw etc. Het oplossen van het stikstofprobleem gaat niet alleen de boeren, maar ons allemaal aan.