Donner en de amorele staat

dinsdag 27 juni 2006 14:51

De discussie over de briefwisseling van Donner met de Leidse hoogleraar christelijke ethiek, dhr Gerrit de Kruijf, kreeg de afgelopen week nog een vervolg. Na dagblad Trouw berichtte ook het Nederlands Dagblad over de uitlatingen van de minister. Ook het ND was kritisch over zijn zienswijze. En terecht! Zijn grote moeite met het begrip ‘christelijke politiek’, dat hij “een gevaarlijk begrip” noemt, kan ik met geen mogelijkheid rijmen met de traditie van christen-politici als Groen van Prinsterer, Abraham Kuyper en De Savornin Lohman. Of neem zijn opvatting dat we de “overheid niet moeten belasten met zingeving, ethische opbouw en moreel gezag”, omdat we daar de samenleving voor hebben, “in al haar levensbeschouwelijke wijsheid”. Het kan aan mij liggen, maar ik snap daar helemaal niets van! Natuurlijk, de overheid is niet de eerst aangewezene als het gaat om zingeving of het overdragen van morele normen; gezin, kerk en school zijn daarvoor van onschatbare waarde. Maar als de overheid in het geheel geen morele gezagsdrager is, wat heeft het hele normen- en waardendebat van minister-president Balkenende dan voor betekenis gehad? Blijkt bijv. uit het integratiedebat niet dat de overheid gehouden is om onze nationale ‘mores’, onze zeden en gewoonten, hoog te houden en aan nieuwe landgenoten voor te schrijven? En wat te denken van wetgeving en beleid terzake van drugs, zedelijkheid en vraagstukken van leven en dood: meent Donner werkelijk dat de overheid daarin niet als morele autoriteit functioneert?

Nee, het moet me van het hart dat ik minister Donner echt niet kan volgen. Hij roept met zijn stevige stellingen in elk geval veel vragen op. Acht jaar lang heb ik gestreden tegen de paarse opvatting over de ‘amorele staat’. Het zal toch niet waar zijn dat uitgerekend deze antirevolutionaire minister per saldo bij dit paarse dogma uitkomt? Misschien een goede aanleiding om nu eindelijk een keer het debat aan te gaan, waarvoor ik hem eerder heb uitgedaagd. Het gaat tenslotte wel over het hart van de christelijke politiek! Hij is bij dezen opnieuw uitgenodigd!

Dat zal dan wel na het reces moeten, want deze laatste weken zijn helemaal vol gepland met debatten. Zo vlak voor het reces moet er nog veel afgehandeld worden…
Op dinsdag mag ik na de fractievergadering eerst spreken in de maandelijkse Residentie Pauze Dienst; altijd weer fijn om een moment van bezinning en gebed te hebben.
Met de minister-president en de staatssecretaris Nicolaï debatteren we vervolgens over de Europese Top van afgelopen week. Naast een constatering dat de Top niet heel veel heeft opgeleverd (hoewel het natuurlijk erg mooi is dat er meer openheid komt bij Raadsvergaderingen) ben ik, en met mij veel collega’s, erg benieuwd naar de handelswijze van de premier ten aanzien van de maandelijkse vergaderingen in Straatsburg. Ik merk daarover het volgende op:
‘Het is voor mijn fractie duidelijk dat er iets moet gebeuren aan de verhuiscarrousel. Het bedrag van 200 mln. dat ermee is gemoeid kunnen wij in Europa wel voor andere dingen gebruiken. De online publieksactie heeft een half miljoen handtekeningen opgeleverd. Als wij naar de burger willen luisteren, denk ik wel eens in een dwaze bui dat het Europees Parlement misschien zelf maar eens een daad moet stellen en moet weigeren om een vergaderweek in Straatsburg te houden. Misschien dat dit zou helpen.’ We zullen zien of het Europees Parlement deze wilde suggestie oppikt…
Verder sta ik maar liefst drie keer de radio te woord over een onderzoekje onder rijksambtenaren over de kwaliteit van het werk van de Tweede Kamer. Ach ja…
Woensdag begint de dag al heel vroeg met een ontbijtbijeenkomst in Hilversum. Stimulerend om met een aantal goede vrienden en vriendinnen bij te praten én stil te staan bij wat echt belangrijk is.
De rest van de dag wordt gevuld met het vervolg van het TBS-debat, plus nog wat ‘losse werkzaamheden’, zoals een erg leuk interview met de Groene Amsterdammer over ‘geluk’ en een bijeenkomst van NRC-Handelsblad over de toekomst van de Europese Unie. Ik ben op tijd thuis om met m’n zoon naar Nederland-Argentinië te kijken.

Dan wacht een volgende, erg drukke, dag met voor mij drie belangrijke onderwerpen. Omdat ik niet alles kan doen, heb ik besloten om niet mee te doen met het debat ‘modernisering AWBZ’. Ik besef dat dit een belangrijk onderwerp is en had er graag aan meegedaan. Maar, er wacht ook een belangrijk overleg over drugs, waarin onder andere een motie van mij over het blowverbod behandeld wordt. Bovendien wordt er gesproken over legalisering van de wietteelt, iets waar de ChristenUnie fel tegenstander van is. Ik besef dat het om een rare situatie gaat: verkoop wordt wel gedoogd, maar de teelt, die nodig is om verkoopmateriaal te verkrijgen, wordt verboden. Over de oplossing ben ik erg duidelijk: gewoon helemaal niet meer gedogen, dus ook de verkoop niet meer! Uitbreiding van het gedoogbeleid is in elk geval een doodlopende weg.
Het derde debat deze dag, dat ik afwissel met het drugsoverleg, is het Verantwoordingsdebat 2005. Het is duidelijk dat we in verkiezingstijd zitten: niet alleen de oppositie, ook CDA en D66 en zelfs minister-president Balkenende maken al zo’n beetje de balans van de kabinetsperiode op… Balkenende geeft een opsomming van wat het kabinet allemaal voor goeds gedaan heeft en heeft als refrein ingestudeerd: “de feiten tellen, voorzitter!” Mij valt op dat hij niet alle feiten telt… Hij is zeer selectief in zijn opsomming en laat bijv. alle maatregelen in de zorg, waardoor chronisch zieken, gehandicapten en ouderen forse klappen hebben gekregen, ongenoemd. Ook díe feiten tellen, Jan-Peter!

Zoals meestal wissel ik ook deze week het echte Kamerwerk af met interviews en gesprekken. Interviews zijn vaak leuk om te doen en zijn belangrijk voor de zichtbaarheid. Ik prijs me gelukkig dat er over de volle breedte van journalistiek Nederland in toenemende mate belangstelling is voor het geluid van de ChristenUnie. Kennelijk zijn we ‘zichtbaar en relevant’!

Bij de post zat trouwens ook nog een leuk boek: ‘De God van Nederland’. Dit boek is verschenen naar aanleiding van een tentoonstelling hedendaagse fotografie van het Catharijne Convent. Hierin wordt door middel van foto’s weergegeven hoe God, of religie, met de Nederlandse samenleving verweven is. Symbolen, organisaties, gebouwen en ook personen staan er in. Naast fraaie portretten van o.a. Majoor Bosshardt, Antoine Bodar en kardinaal Simonis, is ook van mij een – wel wat serieuze… – portretfoto in het boek opgenomen. Ik vat het op als een compliment dat men bij dit thema aan iemand van de ChristenUnie denkt.

De vrijdag is weer een ‘thuisdag’. Genoeg te doen, maar ook wat ruimte voor eigen bezigheden en voor de kinderen. Aan het eind van de middag zoek ik samen met Liesbeth de medewerkers van het Partijbureau op, die in de buurt van Leerdam een ‘heidag’ besluiten met een gezellige barbecue.
Zaterdagmiddag vieren we met een boottocht over de Vecht het huwelijksjubileum van een zus en zwager. Prachtig weer, schitterende omgeving, fijn om de familie te ontmoeten. Kortom: een heerlijk ontspannende manier om de week af te ronden!
Labels
André Rouvoet

« Terug

Reacties op 'Donner en de amorele staat'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.