De orthodox-christelijke partij had erop aangedrongen dat het kabinet zich actief zou inzetten om het tweetal, voor wie de doodstraf dreigde, vrij te krijgen. Voor de ChristenUnie woog dat zeer zwaar, omdat het volgens Voordewind moeilijk voorstelbaar zou zijn een politietrainingsmissie te steunen naar een land waar afvalligheid van de islam zwaar wordt bestraft.

Voordewind denkt dat de vrijlating van de mannen het gevolg is van Nederlandse en Amerikaanse druk en bemiddeling. Een van de hordes voor de beoogde missie in Kunduz is wat hem betreft van de baan. Wel heeft hij nog andere zorgen, zoals het mandaat van de agenten die Nederland gaat opleiden. Hierover moeten ook harde afspraken komen met de nieuwe politiecommandant in Kunduz, aldus Voordewind. Verder heeft hij nog zorgen over de opleidingsduur, die volgens hem voor iedereen achttien weken zou moeten zijn.

De ChristenUnie zal dinsdag het finale oordeel geven over de missie. Voordewind zei dat zijn partij in januari heeft ingestemd met de missie, maar dat er nog veel losse eindjes waren. Hij gaat ervan uit dat die opgelost worden, zei hij.

(ANP)