Bron: Reformatorisch Dagblad

Door: Albert-Jan Regterschot     

GROOT-AMMERS - Hij wil langer burgemeester van Rijssen-Holten blijven dan zijn voorganger Lonink. Toch rekent drs. mr. B. Koelewijn, die maandag wordt geïnstalleerd, er al op dat zijn functie over twee jaar vervalt. Dan komen alle Nederlandse burgemeesters op straat te staan. Als het aan minister De Graaf van Bestuurlijke Vernieuwing ligt, worden hun opvolgers gekozen. „Mijn verkiezingscampagne begint bij mijn installatie.”

Als zeventienjarige kwam hij in dienst bij de gemeente Bunschoten-Spakenburg. Hij begon als medewerker bij de burgerlijke stand, maar kwam uiteindelijk op het bestuurderspluche terecht. Koelewijn (49), de huidige burgemeester van Liesveld, in de Alblasserwaard, maakt volgende week de overstap naar de fusiegemeente Rijssen-Holten. Ver verwijderd van Bunschoten, hij kent de plaats alleen van vakantie. „Het lijkt me een aantrekkelijke gemeente. Veel mensen hebben me al gewezen op de prachtige omgeving.”

Koelewijn, gereformeerd vrijgemaakt en lid van de ChristenUnie, zag al vele gemeentehuizen vanbinnen. Na de afdeling burgerlijke stand en de afdeling bouw- en woningtoezicht van Bunschoten-Spakenburg ging hij aan de slag bij de gemeente Harderwijk. Daar zwaaide hij de scepter over de stadsvernieuwing en monumentenzorg. Het bleek slechts een intermezzo. Hij keerde terug in Bunschoten-Spakenburg en werd daar gemeentesecretaris. Die functie vervulde hij zes jaar, waarna hij in De Bilt opnieuw aan het roer van de ambtelijke organisatie kwam te staan. In 1999 werd Koelewijn burgemeester van Liesveld. Daarnaast studeerde Koelewijn rechten en algemene sociale wetenschappen.

De burgemeester, getrouwd en vader van zes kinderen, kent de omgeving van Rijssen en Holten alleen van vakanties. „De enige uitzondering daarop vormt vorig jaar. Toen heb ik in de aanloop naar mijn sollicitatie wat rondgekeken.” De fusiegemeente Rijssen-Holten, die drie jaar geleden ontstond door de samenvoeging van het orthodox-protestantse Rijssen en het overwegend rooms-katholieke Holten, is de „eerste en enige” plaats waar Koelewijn naar solliciteerde. „Het bevalt me prima in Liesveld, maar Rijssen-Holten lijkt me een mooie gemeente om te gaan wonen en werken. De gemeente kent een dynamisch bedrijfsleven en een jonge bevolking. Jongeren willen altijd wel iets, is mijn ervaring. Dat is prettig werken. En de wijze van besturen die Rijssen-Holten kenmerkt is er een waar ik me goed in kan vinden. Bovendien spreekt het Twentse landschap me aan.”

Rijssen en Holten verschillen in veel opzichten sterk van elkaar. Hoe denkt u als burgemeester om te gaan met hun uiteenlopende kenmerken?

„Ik zie het als belangrijk aandachtspunt voor mezelf om mensen met elkaar te verbinden. Ik hoop respect te tonen voor inwoners van beide plaatsen. De taak van een burgemeester is niet om te scheiden, maar om eenheid te brengen.”

In Holten zou men kunnen denken: We krijgen een echte Rijssense, protestantse burgemeester.

„Op voorhand kan ik dat vooroordeel, zo het al bestaat, moeilijk wegnemen. Maar laat de bevolking mij beoordelen op mijn daden. Het is bovendien belangrijk om helder te hebben dat niet de burgemeester bepaalt hoe een gemeenschap denkt of doet; daarvoor zijn de inwoners zelf verantwoordelijk.”

Hoe gaat u zich opstellen in zaken die principieel gevoelig liggen, zoals de zondagsrust?

„Ik denk dat het heel belangrijk is om aandacht te hebben voor hoe we in dit soort zaken met elkaar omgaan. Ik pleit ervoor om ruimte te creëren, zodat de ene bevolkingsgroep op zondag kan doen wat zij wil, zonder de ander te hinderen.”

Betekent dat dat er wat u betreft geen bezwaar is tegen, om maar eens iets te noemen, winkelopenstelling op zondag?

„Ik denk dat een groot deel van de winkeliers zelf wel een afweging kan maken of het sowieso zinvol is om op zondag open te gaan. Dat hangt samen met het klimaat in de samenleving. Dat zal in Holten anders zijn dan in Rijssen. Je moet als gemeente wat dat betreft maatwerk leveren.”

Bent u van plan om langer aan te blijven dan uw voorganger Lonink?

„Als ik het goed begrepen heb, is hij om persoonlijke redenen weggegaan; niet omdat hij uitgekeken was op zijn Rijssen-Holten. Voor mij geldt dat ik in 2006 waarschijnlijk mijn baan kwijtraak, omdat dan alle burgemeestersposten vrijkomen. Ik zie de periode daaraan voorafgaand als voorbereidingstijd. Rijssen en Holten kunnen kijken wat ze met mij voor vlees in de kuip hebben. Ik kan mezelf ook optimaal verdiepen in de lokale situatie. Wat mij betreft begint mijn verkiezingscampagne bij mijn installatie volgende week.”