Er staan nog teveel mensen langs de zijlijn die willen meedoen
Het Kamerlidmaatschap is een boeiend vak. Hoe meer je erin zit, hoe boeiender en uitdagender het wordt. Hoewel dit ook wel betekent dat je soms korte nachten maakt, zoals ik afgelopen nacht. Drie uurtjes geslapen, zodat ik mij nog kon voorbereiden. Er stonden vandaag drie debatten op de agenda. Vandaag een korte impressie van een aantal debatten.
Gisterenavond (dinsdag) had ik het debat innovatiebeleid. Een onderwerp dat ik ben gaan waarderen sinds ik een aantal werkbezoeken heb afgelegd in de technologiesector. Nederland wil een internationale speler worden op het gebied van kenniseconomie. Het debat ging over de verschillende maatregelen die het kabinet wil inzetten om deze ambitie te realiseren. Het kabinet wil onder andere toponderzoeken en toponderzoekgroepen naar Nederland halen. Dat lijkt mij prima, ware het niet dat ik in het plan geen voorstellen zag om excellente personen vanuit Nederland te ontwikkelen tot toponderzoekers. Ik heb daarom aan minister Van der Hoeven voorgesteld om met een actieplan te komen met duidelijke targets om toponderzoekers van eigen bodem te 'kweken’. Na het idee eerst te hebben gebagatelliseerd, zegde zij toe het door te schuiven naar haar collega Plassterk. Weer komt hier de regel om de hoek kijken: ’economische groei, ten koste van wie’?
Het is belangrijk dat Nederland gaat inzetten op het ontwikkelen van talenten van haar burgers. Er staan nog veel mensen aan de zijlijn die graag willen participeren, zoals de Wajongers (jonggehandicapten). Vandaag in het debat heb ik speciale aandacht gevraagd voor de hoogopgeleide Wajongers. Zij kunnen bijvoorbeeld niet promoveren omdat zij door fysieke beperkingen niet kunnen voldoen aan de nominale studietijd of het minimale aantal werkuren (32 uur). Daarom heb ik voorgesteld om te komen met een speciale AIO-traject voor deze doelgroep. Tevens vroeg ik aandacht voor het wegnemen van belemmeringen voor zelfstandig ondernemerschap, zoals een speciale minor (internet)ondernemerschap. Deze ideeën heeft minister Donner toegezegd met minister Plassterk af te stemmen. Bij de begrotingsbehandeling van Sociale Zaken en Werkgelegenheid krijg ik uitsluitsel hierover.
Ook in het Algemeen Overleg Wet Arbeid Vreemdelingen van vandaag kwam talentontwikkeling aan de orde. Minister Donner wil een uitbreiding van de arbeidsmarkttoets-vrijstelling bij de podiumkunsten. Het kabinet acht het wenselijk om voor balletdansers in opleiding een apart minimum salarisniveau in te stellen. Misschien hebt u het gelezen in de media, dat het CDA hier tegen is. Maar ook de ChristenUnie heeft haar bedenkingen. Deze uitbreiding kan als gevolg hebben dat er meer jonge potentiële balletdansers vanuit het buitenland kunnen worden aangetrokken. Hieraan toegeven, leidt volgens mij tot een glijdende schaal. Waarom wel een jonge veelbelovende balletdanser en niet een veelbelovende voetballer? Dan komen er allemaal vragen om de hoek kijken over het gelijkheidsbeginsel.
Over gelijke behandeling gesproken. Donner wil de arbeidsmarkttoets ook afschaffen bij de verstrekking van tewerkstellingvergunning voor ‘native speaking docenten’ voor buitenlandse nationale scholen en de onafhankelijke internationale scholen gevestigd in Nederland. Maar de Dutch International Schools (dat zijn door de rijksoverheid erkende internationale scholen in Nederland) krijgen die ruimte niet. Waarom niet? Omdat zij niet opleiden voor een bepaald land zoals Japan, het onderwijs wordt gegeven in het Japans. De Dutch International Schools leidt kinderen op van expats en het onderwijs wordt gegeven in het Engels. Leidt dit niet tot concurrentievervalsing? Juridisch lijkt het allemaal wel kloppen, maar snap een burger dit nog?
Iets wat de burger meer zal aanspreken is het Algemeen Overleg inburgering buitenland en huwelijksmigratie. Het kabinet maakt ernst met dit dossier. Daar ben ik blij om, want er blijkt toch sprake van schijnhuwelijken met alle gevolgen van dien voor de samenleving. In veel maatregelen kon ik mij goed vinden, echter in een aantal niet. Een maatregel moet een probleem oplossen en redelijk en billijk zijn. Bijvoorbeeld stel een jonge vrouw van rond 25 jaar wordt verliefd op een jongeman in het buitenland. Het wordt een serieuze relatie met een huwelijk tot gevolg. Wil deze jonge vrouw haar man naar Nederland halen, moet zij voldoen aan een aantal eisen. Zoals zelfstandige huisvesting en een minimuminkomen. Maar zij moet ook voldoen aan een opleidingseis en dat begrijp ik niet. De minister kon niet goed beargumenteren waarom deze eis wordt gesteld, wat de nut en noodzaak is van deze maatregel. Ik vraag mij af, of dit in redelijkheid van deze jonge vrouw verwacht kan worden.
Tot slot, het is bijna weer Sinterklaas. Dus weer tijd voor de chocoladeletters. De ChristenUnie wil staan voor duurzaam geproduceerde producten. Wist u dat 1,5 miljoen cacaoboeren in Afrikaanse landen leven onder slechte omstandigheden. Ze zijn arm omdat zij een te lage prijs voor hun product krijgen. Aan deze uitbuiting moet een eind komen. Dat kan alleen als ook de consument bewust duurzaam gaat consumeren. Maar een duurzaam geproduceerde chocoladeletter moet wel in de winkel liggen. Echter slechts 15 procent van alle chocoladeletters in Nederland zijn duurzaam geproduceerd, met andere woorden: daar heeft de cacaoboer een redelijke prijs voor gekregen. Sinds ik dit weet, eet ik geen chocolade meer. Het kabinet wil naar een transparante ketenverantwoordelijkheid en wil ook uitbuiting tegengaan. Daarom heb ik afgelopen dinsdag samen met Joël hier Kamervragen over gesteld. Het lijkt een druppel op een gloeiende plaat, maar het stimuleert wel de bewustwording en ik vertrouw ook die van u.
Nieuwsarchief > 2009 > november
Geen berichten gevonden
Plaats het eerste bericht!