ChristenUnie twijfelt aan nut en noodzaak van HPV-vaccin

Wel of niet laten inenten tegen baarmoederhalskanker? Deze vraag speelt niet meer in het politieke debat, maar in talloze huiskamers. Sinds alle meisjes tussen 12-16 jaar een uitnodiging hebben gekregen om het baarmoederhalskankervaccin (HPV) te komen halen, is de besluitvorming er niet gemakkelijker op geworden. De ChristenUnie heeft bij besluitvorming twijfel uitgesproken over nut en noodzaak van opname van dit vaccin in het Rijksvaccinatieprogramma. Kamerlid Esmé Wiegman: ,,Baarmoederhalskanker moet worden bestreden, maar de vraag is of een vaccin daarvoor het beste middel is."

Hoewel de ChristenUnie zich als politieke partij graag terughoudend opstelt in dit soort vraagstukken -want: iets al dan niet opnemen in het vaccinatieprogramma moet niet op basis van politieke voorkeuren, maar op basis van criteria- wil de partij dat bij nut en noodzaak wordt stil gestaan. Kritische geluiden komen onder andere van de Nederlandse Patiënten Vereniging (NPV). Directeur Seldenrijk signaleert veel onduidelijkheid over de prik en maakt zich zorgen over de grote verantwoordelijkheid die bij de jonge meisjes wordt neergelegd: ,,Er wordt verzwegen dat HPV een seksueel overdraagbaar virus is. Hierover krijgen wij veel vragen."

Vaccinatie valt onder preventiebeleid. HPV wordt overgedragen via seksueel contact. De beste preventie is volgens de ChristenUnie nog altijd goede educatie. Wiegman: ,,Zowel educatie van hoe om te gaan met verliefdheid, liefde, relatie en seks, als eenvoudig uitdragen dat met het wachten met seks totdat je een vaste relatie hebt na je puberteit niets mis is."