Minder bureaucratie voor Roemenen en Bulgaren
Boeren en tuinders die de afgelopen twee jaar met een vaste groep werknemers uit Roemenië of Bulgarije hebben gewerkt, moeten een nieuwe tewerkstellingsvergunning krijgen zonder ingewikkelde procedures te doorlopen. Dit zegt Kamerlid Cynthia Ortega-Martijn van de ChristenUnie, tijdens het AO Arbeidsmarktbeleid dat donderdag zal plaatsvinden.
Volgens Europese richtlijnen zijn werkgevers verplicht om arbeiders te werven uit de zogenoemde EER-landen (Europese Economische Ruimte). Sinds Polen is toegetreden tot de EER-landen, geldt vrij verkeer van werknemers als een fundamenteel recht. Hierdoor hoeft de Nederlandse werkgever geen tewerkstellingsvergunning aan te vragen voor Poolse werknemers. Echter, het gevolg hiervan is dat werkgevers hun vacatures eerst bij uitzendbureaus moeten uitzetten waar Polen staan ingeschreven. Omdat het steeds moeilijker is om aan Poolse arbeiders te komen, betekent dit dat werkgevers voor (extra) werknemers uit Roemenië of Bulgarije alsnog een tewerkstellingsvergunning moeten aanvragen. “De vrijstelling voor de Polen zou ertoe moeten leiden dat het makkelijker wordt voor werkgevers om personeel te werven, maar voor sommige werkgevers is het juist moeilijker geworden,” aldus Ortega.
Bureaucratie
De bureaucratische procedure om seizoensarbeiders te vinden is enorm toegenomen voor met name de boeren en tuinders. Hierdoor wordt niet op tijd personeel gevonden en blijven mogelijk duizenden vacatures open staan. De tewerkstellingsvergunning die voorheen werd aangevraagd voor werknemers uit Midden- en Oost Europese landen (Polen, Bulgarije, Roemenie) werd bij een vervolgaanvraag eenvoudig afgegeven. Hierdoor konden werkgevers een ‘vaste’ groep werknemers uit die landen om zich heen verzamelen, waarin ze veel kennis en kunde investeerden.
De ChristenUnie wil dat werkgevers, met name in de land- en tuinbouwsector, die de afgelopen twee jaar met een vaste groep werknemers uit Roemenië of Bulgarije hebben gewerkt, opnieuw een tewerkstellingsvergunning krijgen zonder eerst te moeten werven onder arbeiders uit EER-landen. Het belang voor werknemers uit Roemenië en Bulgarije is groot, omdat deze twee landen op termijn zullen toetreden tot de EER-landen. Bedrijven hebben vaak veel tijd en geld geïnvesteerd in scholing van de werknemers waardoor het een kostbare aanwinst is als deze arbeiders komend jaar weer bij de Nederlandse werkgever aan de slag kunnen. Voorwaarde hiervoor is dat het flankerend beleid bij de werkgever op orde moet zijn en er de afgelopen twee jaar sprake moet zijn geweest van goed werkgeverschap.
Land en Tuinbouw Organisatie Nederland (LTO) steunt het voorstel van de ChristenUnie.
Nieuwsarchief > 2008 > januari
Geen berichten gevonden
Reacties op 'Minder bureaucratie voor Roemenen en Bulgaren'
Geen berichten gevonden
Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.