Inbreng Carola Schouten tbv Wijziging woningwet ivm versterken handhavingsinstrumentarium

donderdag 19 december 2013

Inbreng verslag (wetsvoorstel) van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carola Schouten als lid van de algemene commissie voor Wonen en Rijksdienst ten behoeve van een wijziging woningwet

Onderwerp:   Wijziging woningwet ivm het versterken van het handhavingsinstrumentarium

Kamerstuk:    33 798

Datum:            19 december 2013

De leden van de ChristenUnie fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel dat beoogt het handhavingsinstrumentarium van de woningwet te versterken met name om eigenaars die herhaaldelijk in de fout gaan en panden laten verpauperen beter te kunnen aanpakken via een lik-op-stuk aanpak.

Genoemde leden steunen deze inzet maar vragen in aanvulling daarop of er naast dergelijke dwang maatregelen ook onderzocht is of er maatregelen in de preventieve sfeer (drang) mogelijk zijn om verpaupering te voorkomen.

Het wetsvoorstel is ingegeven door ervaringen in enkele grote steden. Genoemde leden vragen in dit verband of er ook gekeken is naar instrumenten die in het buitenland worden toegepast.

Belangrijkste onderdeel van het voorstel is het introduceren van een bestuurlijke boete en de mogelijkheid van een beheerovername. Van zwaardere middelen zoals een verkoopplicht of een verhuurverbod is afgezien vanwege het recht op ongestoord eigendom.

Genoemde leden vragen of er nog meer alternatieven zijn overwogen. Met name vragen zij of er mogelijkheden zijn die tussen de bestuurlijke boete en de beheerovername en de bestuurlijke boete en het verhuurverbod in zitten. Zo vragen deze leden of het wettelijk mogelijk zou zijn om voorwaarden te verbinden aan verhuur waarbij eigenaren zelf het recht op verhuur houden maar alleen onder (tijdelijke) voorwaarden. Hiervan zou mogelijk gebruik gemaakt kunnen worden in kwetsbare wijken waar reeds veel verpaupering is of bij verhuurders met een verleden in slecht pandbeheer. Op deze manier zouden eigenaren zelf de mogelijkheid krijgen om te bewijzen dat ze een pand wel goed kunnen onderhouden maar is er wel een duidelijke waarschuwing vooraf waardoor mogelijk sneller kan worden ingegrepen.

In het wetsvoorstel staat dat de bestuurlijke boete pas kan worden opgelegd als in de twee jaar daarvoor een vergelijkbare overtreding is begaan. Genoemde leden vragen wat dit betekent voor de uitvoerbaarheid van deze maatregel. Kan de gemeente dan alleen ingrijpen op basis van een eigen registratiesysteem van eerdere overtredingen? Het gevolg van deze voorwaarde is dat als er geen registratie van een eerdere overtreding is de gemeente de eigenaar eerst middels een last onder dwangsom of bestuursdwang erop moet wijzen om de overtreding ongedaan te maken. Pas na een overtreding van de herstelsanctie is een bestuurlijke boete mogelijk. Genoemde leden vragen of de bestuurlijke boete hiermee net gelijkgeschakeld wordt aan de last onder dwangsom aangezien in deze situatie een eigenaar al de dwangsom verbeurd. Waarom is er niet voor gekozen om de bestuurlijke boete directe werking te geven?

Genoemde leden vragen een onderbouwing van de maximale hoogte van de bestuurlijke boete (derde categorie). Genoemde leden vragen of hierbij nog rekening kan worden gehouden bij verhuurders die regelmatig de fout in gaan. Welke sanctiemogelijkheden zijn er in dergelijke situaties, zo vragen deze leden.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug