Bijdrage Gert-Jan Segers aan het wetgevingsoverleg Politie
Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Gert-Jan Segers als lid van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie aan een wetgevingsoverleg met minister Opstelten van Veiligheid en Justitie
Onderwerp: Politie
Kamerstuk: 34 000 - VI
Datum: 17 november 2014
De heer Segers (ChristenUnie): Mevrouw de voorzitter. Ook van de kant van de ChristenUnie is er grote waardering voor het werk van de politie die vaak in heel moeilijke omstandigheden werkt. Dat geldt te meer nu ze in een ontzettend ingewikkelde reorganisatie zit. De metafoor van de rijdende auto kwam al bij mijn collega Oskam langs en kwam ook in de stukken langs. De rijdende auto waaraan van alles vervangen moet worden en die ondertussen gewoon door moet rijden.
Er zijn grote problemen en grote zorgen. Wat dan nu niet past, zijn sussende of kalmerende woorden. Eerlijkheid is geboden. Laten we ingewikkelde problemen gewoon maar op tafel leggen en onder ogen zien om te werken aan een heel realistisch plan van aanpak. Ik zet een aantal zaken op een rijtje.
Geconcludeerd wordt dat het ziekteverzuim bij de politie hoog is, te hoog. Er is achterstallig onderhoud als het gaat om PTSS. We hebben het eerder gehad over de prioriteiten, de extra taken, waar de Nucleair Summit, de jihadisten en MH17 dan ook nog bijkomen. Dat vraagt ontzettend veel van de politie en dat moet dan uit de lengte of de breedte komen. Ook noem ik ICT en de aansluiting met de keten, bijvoorbeeld het Openbaar Ministerie, die problematisch is. De Telegraaf heeft via de WOB gekeken naar de samenstelling van de basisteams en hoeveel politiemensen op straat aanwezig zijn. Welnu, dat blijken er 16.000 te zijn. Veel te weinig. Heerenveen wordt als voorbeeld genoemd: 106 fte waarvan 13 inzetbaar. Kan de minister daarop reageren? Een ander punt is de kwaliteit van leidinggevenden. Trouw berichtte zaterdag: minder zaken opgelost. Er zijn 50.000 minder opgeloste zaken in vergelijking met 2010. Dat zijn toch heel zorgelijke cijfers, zeker voor deze minister die altijd zo van het aanpakken en het oplossen van misdrijven is. Ook noem ik het gebrek aan vertrouwen bij de vakbeweging en financiële problemen.
Dat zijn allemaal grote zorgen die op tafel liggen waar geen sussende woorden bij passen; het is vijf voor twaalf, tijd voor actie. Wat we dus nodig hebben, zijn heldere, realistische doelstellingen en een realistisch tijdpad, controleerbaar. Als hier mensenhandel als belangrijke prioriteit wordt aangemerkt, zoals de minister heeft gedaan, komen er opeens signalen vanuit het Amsterdams Openbaar Ministerie dat het mensen te kort heeft. De SP heeft er eerder ook al vragen over gesteld. Het is een probleem dat zich dan opeens voordoet waarbij het zou helpen als de minister dat meldt en zegt: jongens, ik heb nu een probleem met de strijd tegen jihadisme en daardoor kan ik dit en dat niet doen. Het is dus van belang dat iedere keer heel realistisch wordt gekeken wat er op dat moment gedaan moet worden zodat we niet voor onaangename verrassingen komen te staan.
Ik zeg dit zo omdat de minister niet altijd helder is geweest in zijn communicatie richting de Kamer en bijvoorbeeld de vakbonden. Ik noem als voorbeeld het realisatieplan. In december 2012 zegt de minister het volste vertrouwen erin te hebben dat dit realisatieplan goed is en dat alles keurig op orde is, terwijl intern bijvoorbeeld de vakbonden al kritiek hebben geuit. Een jaar geleden, in oktober 2013, zegt de minister: ik constateer op basis van wat mij gerapporteerd is, dat op de meeste terreinen de mijlpalen worden gehaald. Oftewel: het realisatieplan staat fier overeind, terwijl er intern heel stevige kritiek op wordt uitgeoefend en signalen aan de minister worden meegegeven dat dit weleens heel problematisch zou kunnen zijn. In juni 2014 zegt de minister dat de ambitie wel goed is maar dat het qua planning en volgorde alleen een beetje anders moet. Dan wordt het bijgesteld en refereert hij aan iets van oktober 2013, terwijl toen het verhaal was: alles is op orde, het gaat allemaal prima. Nu in november zegt de minister dat er verder moet worden ingegrepen in dat realisatieplan, terwijl we nog maar drie maanden geleden dat plan al hadden bijgesteld. Wat is er in die drie maanden gebeurd? Zijn die signalen niet doorgekomen? Dat is een voorbeeld van gebrek aan heldere communicatie en van onduidelijke communicatie waarbij de Kamer echt een probleem heeft om te kunnen beoordelen wat ze moet beoordelen. Dan heb ik liever dat je de ongemakkelijke waarheid op tafel hebt waarbij we kunnen kijken wat we er aan kunnen doen in plaats van dat je iedere keer het idee hebt dat achter geruststellende woorden een heel zorgwekkende situatie schuilgaat.
Een jaar geleden waren we ook in debat over de Nationale Politie. Op mijn opmerking toen tegen de minister dat mij signalen bereikten over grote financiële knelpunten zei de minister weer geruststellend dat er sprake was van een sluitende begroting en dat dit geen enkel issue vormde. Maar nu zijn er opnieuw verhalen over een tekort. Hoe groot is dat tekort? Wordt de financiële doelstelling, de bezuiniging niet gehaald? En wordt er om die begroting sluitend te krijgen geput uit het eigen vermogen van de politie? Dat zijn zaken die wij onder ogen moeten zien. Hoe ziet de minister dat dan in relatie tot wat hij een jaar geleden zei: geen problemen, geen zorgen als het gaat om de financiën?
De minister houdt steeds vol dat het goed gaat, dat het goed komt, maar dat er hier en daar wat moet worden aangepast. Ook in een interview met De Telegraaf zei de minister de afgelopen week dat hij wel een lastige opdracht heeft maar dat het geen onmogelijke opdracht is. De vraag van de ChristenUnie-fractie is een heldere, inzichtelijke rapportage van de doelstellingen, waarbij we iedere keer met elkaar om de tafel kunnen zitten en kunnen bezien hoe realistisch die doelstellingen nog steeds zijn.
Ondertussen komen de gevolgen van die hele reorganisatie en komt de enorme last aan prioriteiten waar al eerder aan gerefereerd is op de schouders van de mensen op de werkvloer. Dan is het wel heel zorgelijk als je ziet dat het ziekteverzuim 7% is. Dat zijn mensen die langer dan drie maanden thuis zitten. Het is heel zorgelijk dat dossiers niet op orde zijn en soms niet zijn bijgehouden. Nogmaals, dat is begrijpelijk in het licht van de enorme reorganisatie, maar het is wel heel zorgelijk als je ziet dat enorm veel taken op de schouders worden gelegd van de mensen, waarbij een hoog ziekteverzuim ontstaat. Dat zijn dingen die op orde moeten zijn. Minister, kom met een breed gedragen plan van aanpak dat ook is afgestemd met de politiebonden.
Overuren, die nogal eens worden gedraaid, worden niet altijd volledig betaald. Agenten die overwerken, krijgen hun uren in tijd terug. Andere agenten moeten dan inspringen en ook zij krijgen er weer vrije uren voor terug. Dat is het ene gat met het andere vullen. Dan moeten er komend jaar ook nog eens 2.000 plaatsen van de personele sterkte af. Hoe gaat de minister ervoor zorgen dat dit goedkomt in een organisatie die zo zwaar belast is? Het kan niet anders dan dat er taken blijven liggen. Kan daar helderheid over komen?
Ook de instroom -- collega Oskam wees daar al op -- komt in gevaar. Na 2020 zal er een grote uitstroom van agenten plaatsvinden, doordat mensen dan met pensioen gaan, terwijl de instroom beperkt is. Komen wij niet in de knel met de aantallen? Leg ook daarover maar de ongemakkelijke waarheid op tafel als dat moet, minister. Wat gaan wij aan die knelpunten doen?
In aansluiting op de vraag van collega Kooiman sta ik stil bij problemen om mensen van kwaliteit aan te trekken. Ook in het rapport is de vinger bij die zere plek gelegd, want het is heel lastig om in een complexe organisatie mensen van goede kwaliteit aan te trekken en om ze op eenzelfde manier te betalen als bijvoorbeeld bij het Openbaar Ministerie of bij het ministerie zelf gebeurt. Ik sluit me graag aan bij de woorden van collega Kooiman hierover.
Ik heb ook een vraag over politievrijwilligers. Dat heeft altijd de warme belangstelling van mijn fractie, zoals de minister weet, ook dit keer. Wij hebben daarover herhaaldelijk met de minister gesproken, ook over de doelstelling om tot 5.000 politievrijwilligers te komen . De minister zei dat dat niet 2015 maar 2016 wordt. Ik wijs hem erop dat dat in de toelichting op de begroting nog altijd genoemd wordt als streefcijfer in 2015. Het zou daar dan ook moeten worden aangepast als de minister dit inderdaad naar 2016 wil verschuiven. Maar ook dan is er nog altijd een gat tussen de 3.000 die er nu zijn en de 5.000 die er moeten komen. 2000 vrijwilligers die nog moeten worden geworven, dat is heel veel. Hoe gaat de minister dat doen? Wat is het plan?
Een ander punt daarbij is dat van de bevoegdheden van politiekvrijwilligers. Ze hebben minder bevoegdheden dan beroepsmatige ambtenaren, terwijl hun taak en hun situatie vaak hetzelfde is. De minister zou nog bezien of wetten, regels en besluiten moeten worden aangepast. Ik hoor graag of hij hier meer over kan zeggen.
De voorzitter: U hebt nog een minuut.
De heer Segers (ChristenUnie): Dan kom ik op mijn laatste punt. Dat gaat over geweld tegen politiemensen. De situatie is natuurlijk ongelofelijk zorgelijk. Het is ergerniswekkend en kwaadmakend dat geweld tegen politiemensen zo vaak voorkomt. Een derde blijkt er mee te maken te hebben. Tijdens privésituaties heeft bijna 6% last van bedreigingen, intimidatie en vernielingen. Dat zijn schokkende cijfers. Ik ga ervan uit dat de minister dat ook zo ziet. Er wordt ingezet op hogere straffen, maar in de praktijk wordt er nog steeds te veel geweld tegen politiemensen toegepast. Wat gaat de minister daartegen doen? Kan het volledig binnen de organisatie worden opgelost? Of zijn er mogelijkheden buiten de organisatie? Ik noem bijvoorbeeld een organisatie als Hulp voor Hulpverleners, die veel breder kijkt dan alleen naar de politie. Die organisatie ondersteunt ook ambulancepersoneel of brandweerpersoneel. Is Hulp voor Hulpverleners niet een organisatie die steun verdient en die ons zou kunnen helpen bij de strijd tegen zoiets kwalijks als geweld tegen mensen die opkomen voor onze veiligheid?
Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.
Archief
september 2021
- 22-09-2021 - Algemene Politieke Beschouwingen
- 07-09-2021 - Debat over het eindverslag van de informateur
juni
- 30-06-2021 - Doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs
- 23-06-2021 - Debat over het eindverslag van de informateur
- 22-06-2021 - Debat over de Europese Top van 24 en 25 juni 2021
- 17-06-2021 - Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken (CD 16/6)
- 07-06-2021 - Onderwijs en corona - primair en voortgezet onderwijs
mei
- 20-05-2021 - Raad Buitenlandse Zaken
- 19-05-2021 - Debat over de Europese Top van 24 en 25 mei 2021
- 12-05-2021 - De dreigende executie van een Egyptische monnik
- 03-05-2021 - Invoer van producten uit de Westelijke Sahara via Marokko naar de EU
april
- 29-04-2021 - Debat over het bericht dat het kabinet informatie over de toeslagenaffaire voor de Tweede Kamer achterhield
- 26-04-2021 - Het bericht dat Iran is verkozen als lid van de Commissie voor Vrouwenrechten van de Economische en Sociale Raad van de Verenigde Naties
- 23-04-2021 - De veroordeling van een monnik in Turkije voor het geven van brood aan Koerdische bezoekers
- 06-04-2021 - Debat over aanwijzen van en opdracht verlenen aan de informateur
- 01-04-2021 - Debat over de ontstane situatie in de verkennende fase van de kabinetsformatie