Energieakkoord: schoorvoetende stap in de goede richting
De onderhandelaars hebben opvallende resultaten bereikt: oude kolencentrales moeten dicht, er liggen energiebesparingsdoelen en er komt veel windenergie bij. Het akkoord is een stap in de goede richting. Maar is een stap in de goede richting voldoende? Een echte omslag naar een duurzame economie is het Energieakkoord helaas niet, zegt Kamerlid Carla Dik-Faber. Lees hier haar analyse.
Nederland heeft flinke vertraging opgelopen in de omslag naar een schone energievoorziening. Werd in het vorige kabinet de aandacht nog afgeleid door een mogelijke tweede kerncentrale, nu zijn de ogen vooral gericht op het winnen van de laatste resten fossiele brandstoffen, zoals schaliegas. En daar ligt ook meteen mijn grootste kritiek: we zijn nog steeds bezig met het in stand houden van de energievoorziening van de vorige eeuw. Dit Energieakkoord brengt hier geen verandering in en houdt tegenstrijdige belangen en maatregelen in stand.
In het akkoord is gekozen voor het sluiten van de verouderde kolencentrales. Dat is een mooi resultaat. Tegelijkertijd worden nu ook weer nieuwe kolencentrales gebouwd, daar zitten we de komende decennia mee opgescheept. De kolenbelasting wordt afgeschaft, maar dat is verre van gunstig voor schone vormen van energie. Zo’n maatregel werkt averechts ten opzichte van de ontwikkeling van wind- en zonne-energie.
Onze wetgeving is bovendien ingericht op grote energiecentrales. Kleine energiebedrijven en energiecollectieven lopen tegen centrale principes in de wetgeving aan. De energiewetgeving is aan modernisering toe.
Een andere hervorming zou in ons fiscale stelsel moeten plaatsvinden. Het moet meer gericht zijn op het belasten van vervuiling en consumptie, in plaats van het belasten van arbeid. Het consequent doorberekenen van de kosten van CO2-uitstoot zou een goede stap zijn. Nu is de SDE+ er op gericht om de ‘onrendabele top’ te overbruggen. Deze onrendabele top wordt de komende jaren kleiner door innovatie en opschaling van schone energietechnieken.
Het is bovendien de vraag of subsidie het juiste instrument is om het speelveld tussen groen en grijs gelijk te trekken. Het wrange is bijvoorbeeld dat met de opslag op de energierekening straks bijstook van biomassa in kolencentrales wordt gesubsidieerd. In plaats van kostbare subsidie te steken in technieken die echt schone energie, innovatie en werkgelegenheid bieden, worden de subsidies gebruikt om de kosten van kolenstroom te drukken.
Ook voor duurzame decentrale energie is een omslag nodig in wetgeving en fiscaal beleid.
Mijn inzet zal bijvoorbeeld zijn om participatie in windenergie beter mogelijk te maken. Het is goed dat in het Energieakkoord is afgesproken om belastingkorting te geven op lokale opwekking, maar het is de vraag of het leveren ‘op afstand’ daadwerkelijk kan profiteren. Uitbreiding naar bijvoorbeeld gemeentegrenzen kan uitweg bieden voor mensen zonder ruimte voor een windmolen of zonnepanelen.
Energiebesparing zal voor het behalen van de doelstelling een belangrijke pijler worden onder het energieakkoord. Maar de zo noodzakelijke 2% besparing per jaar is afgezwakt naar 1,5%. Het is een terugkerend patroon. De richting is goed, maar de stappen zijn te klein. Visie en ambitie ontbreken. We gaan schoorvoetend op weg naar een duurzame toekomst. Een toekomst die verder weg ligt dan mij lief is.
Reacties op 'Energieakkoord: schoorvoetende stap in de goede richting'
Geen berichten gevonden
Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.