Peter Ester: 'Regering, kom belofte na aan pleegouders'
ChristenUnie-senator Peter Ester wil dat de overheid haar belofte nakomt aan pleegouders om de financiële vergoeding voor hun goede werk te verbeteren. Dat zei de ChristenUnie-senator tijdens een debat in de Eerste Kamer. De regering gaat nu opnieuw bestuderen of er ruimte is voor een verhoging. Als die er niet komt, dan zal de ChristenUnie een uitspraak van de Eerste Kamer vragen over dit punt.
Lees hier de hele plenaire bijdrage van Peter Ester aan het debat over Wetsvoorstel 32 529 Wet verbetering positie pleegouders, Tweede termijn, van 27 november 2012:
Allereerst wil mijn fractie de Staatssecretaris van harte feliciteren met zijn benoeming. Wij zien uit naar een goede samenwerking. Het voorliggende wetsvoorstel is daarvoor een uitstekende testcase.
Mijn fractie, voorzitter, kijkt met gemengde gevoelens terug op de eerste termijn van het debat over dit wetsvoorstel rond de verbetering van de positie van pleegouders. Een gezamenlijke actie van de woordvoerders bleek nodig om de vorige staatssecretaris tot grotere stappen in dit gevoelige dossier te bewegen. Wij hopen dat de nieuwe staatssecretaris dit dossier met nieuw elan en vooral met daadkracht ter hand zal nemen. De uitkomst van het debat was een verzoek aan de regering om een nadere schriftelijke reactie op een viertal kernelementen uit de beraadslagingen, te weten: de schokkende bevindingen van de commissie-Samson, de screening van pleegouders en de zwarte lijst van pleegouders die in de fout zijn gegaan, de verplichte begeleiding van pleegoudervoogden en het geharrewar rond de toegezegde verhoging vande pleegvergoeding.
Mijn fractie heeft de brief nauwkeurig bestudeerd en komt tot de volgende standpuntbepaling. Wij hebben er begrip voor dat de Staatssecretaris tijd nodig heeft voor een grondige reactie op het rapport van de commissie Samson. Het gaat om een pijnlijke problematiek die terecht de maatschappelijke gemoederen danig in beweging heeft gebracht. Maar juist daarom mag deze reactie ook niet te lang uitblijven. Slachtoffers, instellingen en de samenleving hebben er recht op te vernemen welke lering het kabinet trekt uit de conclusies van de commissie en tot welke concrete beleidsaanscherpingen dit gaat leiden. Ik wil de Staatssecretaris dan ook vragen welk tijdpad hij voor ogen heeft en wanneer het parlement de kabinetsreactie kan verwachten. Het momentum mag niet verloren gaan.
Wat de kwestie betreft van de screening en de zwarte lijst geeft de staatssecretaris aan dat hij een voorstel aan het uitwerken is dat voorgelegd zal worden aan het College Bescherming Persoonsgegevens. De lijnen van het voorstel die in de brief zijn vervat, kunnen wij billijken. Het voorstel zien wij tegemoet. Wij gaan er van uit dat het een landelijke registratie betreft. Ook het screeningsvoorstel kunnen wij billijken. Dat geldt ook voor de opname van de pleegouderverklaring in het pleegcontract. Het pragmatische voorstel inzake de begeleiding van de pleegoudervoogden heeft eveneens onze instemming. Wij dringen er op aan dat de effectiviteit van zowel de screening, de zwarte lijst en de begeleiding van pleegoudervoogden naar behoren wordt geëvalueerd. Kan de Staatssecretaris dit toezeggen? De vorige staatssecretaris ging hem hierin voor.
Mijn fractie, MdV, heeft evenwel grote moeite met de starre houding die uit de brief blijkt rond het niet honoreren van de beloofde verhoging van de pleegvergoeding. Zoals mijn fractie in eerste termijn betoogde: het kan toch niet zo zijn dat een ICT-kwestie de verbetering van de pleegvergoeding belemmert? Dit in verband met een gebrekkige gegevensuitwisseling tussen het Bureau Jeugdzorg en de Sociale Verzekeringsbank waar het gaat om de overheveling van de Kinderbijslag. Dat is toch niet aan pleegouders uit te leggen? Nu probeert de Staatssecretaris het via de band van de provinciale inning van de ouderbijdrage. Maar zoals we tussen de regels door in de brief kunnen lezen, is ook dit een moeizaam en langdurig traject. Dit alles maakt niet de indruk van slagvaardig beleid. Het wetsvoorstel wordt hiermee behoorlijk uitgekleed. Dat staat wel zeer haaks op de cruciale rol die pleegouders spelen in de opvoeding van kinderen die van hun biologische ouders niet de juiste zorg kunnen krijgen. Deze pleegouders verdienen daarvoor alle waardering van de samenleving, ook in materiële zin. Dag-in, dag-uit zetten zij zich in voor een kwetsbare groep kinderen en bieden hen een veilige plek in het eigen gezin. Kom daar maar eens om. Pleegouders spelen een onmisbare rol in de pedagogische zorg voor kinderen die tussen de wal en het schip raken. Zij kunnen een geweldig verschil maken in de levens van deze kinderen. De toegezegde verhoging van de pleegvergoeding, zoals verwoord in de memorie van toelichting en brieven aan de Tweede Kamer, deed recht aan deze wezenlijke rol.
Maar het is ook vanuit welbegrepen maatschappelijk belang geboden om pleegouderschap aantrekkelijker te maken en te houden. Met name voor intensieve vormen van pleegzorg blijkt het moeilijk om geschikte pleegouders te vinden. Vraag- en aanbod zijn niet in evenwicht. Er dreigen tekorten. Gekwalificeerde pleegouders zijn broodnodig. Opname in de reguliere residentiële zorg voor pleegkinderen is vele malen duuurder. Pleegouders zijn dus goud waard, letterlijk en figuurlijk. Zij vervullen een rol in de jeugdzorgketen die respect afdwingt. Op het punt van de beloofde verbetering van de pleegvergoeding moet de Staatssecretaris echt meer uit de kast halen. Dit punt achtervolgt ons nu al meer dan drie jaar. Het is moeilijk meer te vatten. Nu is het wetsvoorstel wel erg pover geworden en komt het niet meer overeen met de oorspronkelijke doelstelling om zowel de juridische als de financiële positie van pleegouders substantieel te verbeteren. Wij vragen van de staatssecretaris dan ook een krachtig signaal.
Mijn fractie heeft een motie op dit punt die ik u graag overhandig. Ik dank u wel.