Godsdienstvrijheid
Geloofsvrijheid voor iedereen. Alle mensen hebben het recht om in vrijheid hun geloof en overtuiging te delen, met elkaar, met hun kinderen en in de samenleving. Iedereen heeft ook het recht om van geloof te veranderen. Eeuwenlange geloofstradities verdienen bescherming, zoals bijvoorbeeld de rituele slacht. De overheid mag wel regels stellen, bijvoorbeeld om het welzijn van dieren zo goed mogelijk te borgen.
Erken de rol van kerken. De overheid erkent de bijzondere positie en beschermwaardigheid van kerkgenootschappen, waaronder in de wet alle geloofsgemeenschappen worden verstaan. De overheid voert regelmatig overleg met de gezamenlijke kerken en met andere geloofsgemeenschappen over de belangrijke rol die zij in de samenleving spelen. Er is aandacht voor praktische hindernissen voor deze vrijheid, zoals huisvestingsvraagstukken.
Bevorder godsdienstvrijheid wereldwijd. Nederland zet zich hier internationaal voor in. We blijven wegen zoeken om schending van deze vrijheid in landen als Noord-Korea, I Afghanistan, China en Pakistan aan de orde te stellen en tegen te gaan. Er komt een permanent mandaat voor de speciaal gezant voor godsdienstvrijheid, in Nederland en de EU. Zij moeten beiden verslag kunnen doen van hun activiteiten, adequaat worden ondersteund en binnen het mensenrechtenbeleid aandacht vragen voor godsdienstvrijheid.