De ChristenUnie wil oliemaatschappijen, waaronder BP, oproepen voortaan betere beveiligingsmaatregelen te nemen bij het winnen van olie. Ook pleit de partij ervoor om in 2050 veel minder afhankelijk te zijn van fossiele brandstoffen, bij voorkeur een reductie van 80 procent. Tijdens de actie zal, op initiatief van de ChristenUnie, aan alle politieke partijen gevraagd worden een verklaring met deze strekking te ondertekenen. Namens de ChristenUnie zal partijleider André Rouvoet dat doen.

,,Deze enorme milieuramp geeft de kwetsbaarheid van het winnen van olie aan op zee. Dit vraagt om betere veiligheidsgaranties van oliewinnende maatschappijen. Het  verwijst ook naar een veel grotere, onderliggende, crisis: onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen is op de lange termijn onhoudbaar. Het voorkomen van een volgende olieramp hangt af van De bereidheid om nu radicale keuze te maken voor duurzame energie,’’ aldus Joël Voordewind, Tweede Kamerlid en initiatiefnemer van de BP-actie.

Onlangs onderstreepte ook de SER in het advies Meer werken aan duurzame groei het streven naar duurzame energie. Greenpeace zal tegelijkertijd het eerste exemplaar van het kersverse Energy [R]evolution Scenario aanbieden aan de aanwezige Tweede Kamerleden.

Achtergrond

Volgende olieramp moet voorkomen worden

De olieramp in de Golf van Mexico heeft desastreuze gevolgen voor het milieu en de economie in de regio. Er is de afgelopen zes weken al circa 160 miljoen liter in zee gestroomd en per dag komen daar miljoenen liters bij.

Vooralsnog ziet het er niet naar uit dat het gat binnen de komende drie maanden gedicht zal worden.  Deze enorme milieuramp geeft ook de kwetsbaarheid van het winnen van olie aan op zee. Dit vraagt om betere veiligheidsgaranties van oliewinnende maatschappijen.  Het  verwijst ook naar een veel grotere, onderliggende, crisis: onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen is op de lange termijn onhoudbaar. We moeten de huidige economie hervormen en met een ambitieus plan komen voor een overstap naar duurzame energie.

Veiligheid

Nederland en andere landen rond de Noordzee hebben de beveiliging van olieplatforms in de Noordzee beter geregeld, onder andere door meer afsluitpunten te eisen en blow-out preventers regelmatig te testen. De handhaving van de veiligheidsvoorschriften wordt echter per land geregeld.

Een internationale, onafhankelijke inspectiedienst voor boorplatforms op de Noordzee, zoals onlangs bepleit door hoogleraar Lucas Reijnders, zou de risico’s die samenhangen met het boren naar olie op zee nog verder kunnen verkleinen.

Een olieramp op zee, zoals in de Golf van Mexico, kan ook op andere plekken plaatsvinden. De EU moet zich daarom inzetten om strengere veiligheidsmaatregelen binnen de VN en de OESO verankerd te krijgen om bij problemen tijdig en effectief te kunnen ingrijpen en een nieuwe ramp te voorkomen. De Amerikaanse wetgeving, waar ook het boorplatform van BP onder valt, is veel soepeler. Juist nu de vergunning van Shell om in de Noordpool te gaan boren voor een half jaar is ingetrokken, zou de EU moeten pleiten voor strengere veiligheidsmaatregelen op olieplatforms in de vergunningverlening op internationaal niveau.

2050

Een olieramp is echter nooit volledig te voorkomen. Daarom is inzetten op meer veiligheid niet voldoende. Beter is het om minder afhankelijk te worden van olie. Onze energievoorziening is voor een aanzienlijk deel gebaseerd op verbruik van fossiele energiebronnen. Deze bronnen zijn eindig en verbranding veroorzaakt onwenselijke emissies. We moeten af van deze grote afhankelijkheid van olie, die bovendien vaak komt uit politiek instabiele landen. Deels zal dit door de markt worden gestimuleerd door prijsstijgingen die worden veroorzaakt door de toename van de mondiale energievraag. Maar als we de broodnodige energieovergang niet tijdig in gang zetten, dan zal er niet voldoende duurzame energie voor handen zijn, indien oliebronnen uitgeput raken. Ook zal de prijs van energie bij een niet tijdig overschakelen naar duurzame energie gigantisch stijgen voor de consument en bedrijven en dit zal ontwrichtend  voor de wereldeconomie. Voor het milieu is het eveneens noodzakelijk dat er een trendbreuk plaatsvindt in het gebruik van fossiele energie. Daar kunnen we niet mee wachten tot de volgende olieramp zich voordoet.

Nederland moet minder afhankelijk worden van olie en moet streven naar een volledig hernieuwbare energievoorziening in 2050. Dit is technisch en economisch haalbaar, zo hebben McKinsey, KEMA, Imperial College London en University of Oxford ook in een rapport vastgesteld. Het vraagt alleen wel een duidelijke politieke keuze voor een overstap naar hernieuwbare energie.

Vorige week werd de Verklaring van Utrecht gepresenteerd, met daarin tien actiepunten om te komen tot een versnelde omschakeling naar volledig hernieuwbare energie binnen 40 jaar. Deze verklaring is een uitwerking van het partijoverstijgende voorstel ‘Nederland krijgt nieuwe energie’. Een hoopgevend initiatief, maar het moet niet bij mooie woorden blijven.

Het is nodig dat een hernieuwbare energievoorziening wordt geformuleerd als nationale prioriteit van overheid, burgers en bedrijven. Een Deltawet Nieuwe Energie kan deze doelstellingen wettelijk borgen en randvoorwaarden scheppen voor groene initiatieven en innovaties. Voor individuele boeren en bedrijven moet het makkelijker worden om zelf duurzame energie te winnen en ook dit te kunnen leveren aan derden in hun directe omgeving.

Maandag zal de ChristenUnie een verklaring aanbieden aan de overige politieke partijen om gezamenlijk tot een inspanningsverplichting om op korte termijn te komen tot meer veiligheidsmaatregelen bij oliewinning en te streven naar 80 procent minder afhankelijkheid van olie in 2050. Het voorkomen van een volgende olieramp hangt af van de bereidheid om nu radicale keuze te maken voor duurzame energie.

(Foto: BP / www.bp.com)