Isoleer!
Van klimaatdoelen naar klimaatdaden en van een tochtig huis naar een comfortabel thuis
De beste energie is bespaarde energie. Die focus op energiebesparing was vandaag mijn inzet in de Tweede Kamer bij mijn eerste commissiedebat, dat ging over het verduurzamen van de ‘gebouwde omgeving’. Het was mooi om dat te voeren op de internationale Earth Day. Een dag waarop mensen wereldwijd stilstaan bij de invloed die ons gedrag heeft op het klimaat. Dan denk ik vandaag in het bijzonder aan de keuzes die we maken met onze woningen. Natuurlijk, de grootste klimaatwinst is te boeken bij hoe we produceren, consumeren en ons verplaatsen, maar ook in onze woningen is een wereld te winnen. Als we energie willen besparen en de schepping willen doorgeven, is het hoog tijd om te gaan van klimaatdoelen naar klimaatdaden.
Het isolatiebeleid in Nederland kán socialer, slimmer en sneller. Helaas is energie besparen in het nationale klimaatakkoord een ondergeschoven kindje, terwijl daar zo veel winst te boeken is. Als we ons met isolatie richten op de slechtst geïsoleerde huizen met de slechtste energielabels kunnen we daar veel energieweglek voorkomen. Maar er is nog een ander minstens zo belangrijk voordeel: die tochtige huizen met de laagste labels worden vaak bewoond door mensen met de kleinste inkomens. Bij de grote klimaat- en energieopgaven waar we voor staan, hebben we de kans om juist hen als eerste een fijner en gezonder huis te bieden. Laten we die kans grijpen.
In Den Haag ken ik de straten vol huizen met schimmel door vochtproblematiek. Niet alleen groeien kinderen daar ongezonder op dan in goed geïsoleerde huizen, gezinnen die daar wonen hebben ook een onnodig forse energierekening en zijn echt geholpen met een isolatieoffensief dat bij hen begint. De ChristenUnie wil energie besparen door juist extra in te zetten op de isolatie van die woningen en wil daarmee deze families als eerste helpen.
Onze nationale ambitie mag en moet echt hoger. Op dit moment voeren we ongeveer 57.000 tot 72.000 isolatiemaatregelen per jaar uit. Dat aantal moet vier keer zo hoog worden om alleen al de doelen uit het Klimaatakkoord te halen. Doelen die we hebben gesteld om daarmee onze verantwoordelijkheid te nemen voor het beperken van onze bijdrage aan de wereldwijde klimaatverandering.
Daarom pleiten we voor een Nationaal Isolatieprogramma, een isolatieoffensief, te beginnen in de straten en buurten met de slechtst geïsoleerde huizen met gemiddeld de laagste inkomens. We stellen voor dat er isolatiebrigades komen die in opdracht van de overheid de straten doortrekken gewapend met informatie op maat over isoleren, subsidies en ‘offers you can’t refuse’. Stelt u zich eens voor: met de hele straat vol verouderde portiekwoningen geen gedoe, maar gezellig een paar dagen weg, terwijl ondertussen uw huis helemaal op en top wordt geïsoleerd.
Als we blijven werken met de huidige subsidies (die vaak halverwege het jaar op zijn), dan helpen we vooral de kapitaalkrachtige kopgroep, mensen die goed de weg weten in het subsidiewoud en niet opzien tegen het invullen van aanvraagformulieren. Het is tijd voor verandering. Het is tijd voor een isolatieaanpak die niet begint bij de kopgroep, maar bij het peloton en de achterblijvers. Bij mensen die maandelijks lastig rondkomen en wonen in een tochtig en vochtig huis.
Tijdens deze Earth Day maakte de Verenigde Staten bekend dat ze wereldwijd opnieuw mee gaan doen met het terugdringen van CO2 en het besparen van energie. In Europa zijn ook ambitieuze en broodnodige doelen gesteld voor het klimaat. De doelen zijn er, nu is het tijd voor daden. In de Tweede Kamer moeten we concreet worden, in al die bedrijven, in de steden, dorpen en straten en in de huizen moeten we overgaan tot actie. Tot spouwmuurisolatie, vloerisolatie, dakisolatie en dubbel glas. Heel praktisch en down to earth. En precies dat is nodig om te komen van hoge doelen naar praktische daden, van praten over klimaatverandering naar zorgen voor de schepping.