Genoeg goede opvangplekken en een eerlijke spreiding: einde aan de opvangcrisis
In ons land moet er altijd fatsoenlijke en humane opvang zijn voor mensen die vluchten voor oorlog en geweld. Dat is steeds de inzet van de ChristenUnie geweest. Met het aangekondigde wetsvoorstel wordt geborgd dat er structureel voldoende en menswaardige plekken zijn en dat alle gemeenten daar een aandeel in nemen.
Daarmee komt er een einde aan de mensonterende taferelen die we de afgelopen tijd te vaak langs hebben zien komen. Kinderen die op stoelen moeten slapen, asielzoekers die buiten moeten slapen en Artsen zonder Grenzen dat binnen onze eigen landsgrenzen medische ondersteuning moet komen bieden. Onbestaanbaar voor een welvarend land als Nederland.
Met dat in ons achterhoofd hebben we eind augustus ook afspraken gemaakt om de acute situatie rond de de opvangcrisis te verbeteren, zodat we structureel het asielbeleid op orde krijgen. Dat betekent: voldoende en humane opvangplekken, een eerlijke spreiding van opvangplaatsen, kleinschalige opvang, betere doorstroming van een opvangplek naar een lokale gemeenschap, effectieve maatregelen tegen overlastgevers en meer capaciteit, kennis en expertise bij het beoordelen van een asielverzoek.
Wet spreiding
De afspraken die wij eind augustus hebben gemaakt moeten leiden dat er blijvend genoeg plekken zijn waar asielzoekers op een humane wijze worden opgevangen. Een belangrijke maatregel die daarvoor moet gaan zorgen is de wet eerlijke spreiding, die vandaag is aangekondigd. Met deze wet behoort crisisopvang in Nederland hopelijk tot het verleden. Goede spreiding van de opvang over het land, structureel genoeg opvangcapaciteit en kleinschalige opvang. Dat moet deze wet gaan regelen. Zo ontlasten we ook gemeenten die al jarenlang onevenredig veel vluchtelingen opvangen.
Het was niet makkelijk om tot afspraken te komen. Maar wel noodzakelijk. Dat blijkt ook uit de oproepen van lokale overheden die stellen dat deze wet nodig is om de problemen van nu op te lossen en voor een eerlijke verdeling en humane opvang zorgt.
Het is goed dat het kabinet vandaag de wet alsnog presenteert én deze begin van het jaar in gaat. Hiermee zorgen we blijvend voor voldoende opvangplekken. Er komt een wettelijke plicht om die opvangplekken te realiseren, zodat alle gemeenten daaraan bijdragen. In de wet wordt ook het toezicht daarop geregeld, met in de eerste jaren is een extra stok achter de deur, omdat de staatsecretaris in kan grijpen als gemeenten er met elkaar niet uit komen. Na deze periode gaan we verder met hetzelfde toezichtssystematiek zoals nu bij statushouders wordt toegepast. Met deze wet geven we ook meer ruimte aan kleinschalige opvang, wat nu vaak werd aangeboden door welwillende gemeenten (vaak ook ChristenUnie-gemeenten) maar te vaak werd afgewezen. Het Rijk gaat hierbij gemeenten ook financieel extra ondersteunen om dit mogelijk te maken.
Met deze wet maken we werk van een structurele oplossing voor de problemen die het gevolg waren van verkeerde keuzes en het afschalen van opvangcapaciteit in het verleden. Dit kabinet breekt nu met die problematische werkwijze. Wij zullen blijven knokken voor fatsoenlijke opvang en goede zorg voor mensen die in nood zijn, in Nederland en Europa.