Een begin voor meer eenheid
De ChristenUnie heeft altijd uitgedragen dat excuses voor het slavernijverleden namens de Nederlandse staat een belangrijke rol kunnen spelen om bevolkingsgroepen in onze samenleving en in de oud-koloniën met elkaar te verzoenen. Daarom is het ook goed dat minister-president Rutte vandaag excuses aanbood voor de rol van de Nederlandse Staat in de Trans-Atlantische slavernij.
Het excuus dat is aangeboden bergt meerdere elementen in zich. Het is een moment van reflectie op het gezamenlijk verleden. Een moment van erkenning van de ontmenselijking van mensen die in het evenbeeld van God zijn geschapen, en de rol die de staat daarbij heeft gespeeld. Erkenning van het economisch profijt van eeuwenlange gratis arbeid. Erkenning van het pijnlijke gegeven dat rond de afschaffing van het slavernij de aandacht meer naar de plantage-eigenaren en hun economische verliezen uitging dan naar het toekomstperspectief van de tot slaaf gemaakten. En erkenning dat de doorwerking van het slavernij- en koloniaal verleden, die we in ons huidige maatschappij op vele terreinen terugzien, aangepakt dient te worden.
De aanloop naar deze excuses heeft in het maatschappelijk debat geregeld tot veel emoties geleid. Er zijn mensen die aangeven dat ze niets met de misstanden te maken hebben gehad en dat excuses niet ‘namens hen’ zijn. Daar hoeft helemaal geen onenigheid over te bestaan, dat is namelijk ook niet het geval. Het is de staat die excuses maakt voor haar aandeel tijdens de Trans-Atlantische slavernij. Dat hebben we ook al gezien bij de excuses van de stadsbesturen van o.a. Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en het recente voornemen van Middelburg om ook excuses aan te bieden.
Daarnaast merk ik ook ongemak over de manier waarop het proces richting excuses verliep en in hoeverre iedereen bij de voorbereiding betrokken was. Dat had zorgvuldiger gemoeten.
Op Curaçao vroeg ik dit jaar een inwoner wanneer excuses oprecht zouden aanvoelen. Zijn antwoord luidde: oprechte excuses merk je aan het veranderd gedrag achteraf. Dat ben ik met hem eens. Dat maakt dat excuses ook geen eindstation zijn, maar het begin van een nationaal proces richting verzoening en eenheid tussen gemeenschappen. En met deze blik kijk ik naar de historische woorden van premier Rutte vandaag. Excuses zijn geen einde van een langdurige discussie, maar het begin van een bijzonder gezamenlijk proces, waarbij we zorgvuldig aandacht schenken aan de gevoelens die nu leven binnen gemeenschappen die het in het bijzonder treft.
Wat de ChristenUnie betreft moeten we ons nu dan ook inspannen om erkenning van het slavernijverleden ten dienste te laten staan van gelijkheid in het heden. Deze opgave is tweeledig: het richt zich op de nazaten van tot slaafgemaakten die in Nederland wonen, maar ook op de oud-koloniën waar vormgegeven moet worden aan een gedeelde toekomst. Ik heb zelf geprobeerd daar een bijdrage aan te leveren door vorig jaar via een motie om een nationaal onderzoek te vragen, met als doel de eenheid te bevorderen binnen het koninkrijk en Suriname. Ik hoop dat deze uitkomsten een leidraad zijn voor de stappen die we samen nog te zetten hebben.
Het verleden kunnen we niet meer veranderen. Maar we hebben wel een mogelijkheid om de gedeelde toekomst tussen de inwoners van Curacao, Sint Maarten, Aruba, Bonaire, Saba en St. Eustatius, Suriname en Nederland vorm te geven.
Ik bid dat we hierin verzoenende keuzes zullen maken en eenieder zich uitgenodigd voelt aan de gesprekstafel. Zodat we samen verder kunnen gaan.