Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg Turkije

woensdag 16 april 2014

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind als lid van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken aan een algemeen overleg met minister Timmermans van Buitenlandse Zaken

Onderwerp:   Turkije

Kamerstuk:    23 987

Datum:            16 april 2014

De heer Voordewind (ChristenUnie): Voorzitter. Ik dank de minister voor zijn reactie op de aangenomen motie van mijn collega Segers. Er is blijkbaar geen steun voor opschorting, maar de minister gaat zich er wel voor inzetten om de preaccessiegelden om te buigen. Ik hoop dat hij de Kamer van zijn inspanningen en mogelijk ook van zijn resultaten op dit vlak op de hoogte wil houden.

Het is een beetje teleurstellend dat de VVD nu terugkrabbelt op het punt van de mogelijke betrokkenheid van Turkije. De minister laat het nog open. Hij wil best nog wat rondvragen, heeft hij ons toegezegd. Ik wil de VVD aanmoedigen om dat in ieder geval te steunen. Het zou mooi zijn als we kunnen komen tot een onafhankelijk onderzoek, ook gericht op de passieve betrokkenheid. Ik hoop dat de minister daar echt werk van gaat maken. Zo'n onderzoek zou in ieder geval de verdenking weg kunnen halen dat Nederland mogelijk via de Turken de aanvallen op Syrië zou willen steunen, al is het indirect.

Van 2 tot 4 juni gaat er een handelsdelegatie naar Turkije, geleid door minister Ploumen. Via de minister van Buitenlandse Zaken wil ik vragen of tijdens die missie ook de kinderarbeid ter sprake kan komen. We hebben het hier specifiek over Turkije. Daarom wil ik dit hier ook onder de aandacht brengen. In Turkije worden nog steeds 5 miljoen kinderen voor arbeid ingezet terwijl ze eigenlijk naar school zouden moeten gaan. Ze verrichten seizoenarbeid of werken in de kleding- of schoenenindustrie. Aanstaande dinsdag gaat de uitzending van het opinieprogramma Altijd Wat daarover. Ik wil graag dat daarvoor ook aandacht is tijdens die delegatiereis.

Ik sluit mij aan bij de vragen van de heer Van Bommel over de Armeense genocide en hoe dat precies aan de orde wordt gesteld. Ik heb begrepen dat minister Asscher is gevraagd om aanwezig te zijn bij de herdenking van de Armeense genocide op 23 april in Amsterdam. Dit jaar wordt herdacht dat die 99 jaar geleden plaatsvond, en volgend jaar dat het 100 jaar geleden is. Ik hoop dat het kabinet een delegatie stuurt. Ik hoop dat de minister hier duidelijk kan maken dat minister Asscher inderdaad op 23 april daarbij aanwezig zal zijn.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

 

 

« Terug